Verzorgende

 
BK-0489-1
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Verzorgende

Deze benaming komt voor in de Competent fiche "K130201 Verzorgende (m/v)"

Definitie

De verzorgende ondersteunt de zorgvrager en zijn omgeving bij de activiteiten van het dagelijks leven op vlak van persoonsverzorging, comfortzorg, huishoudelijke ondersteuning, psychosociale en (ped)agogische zorg en bij activiteiten zowel binnen als buitenshuis teneinde de zorgvrager op een preventieve, herstellende en verzorgende wijze tegemoet te komen als burger in de samenleving, vertrekkende van zijn/haar noden, behoeften en eigen mogelijkheden.

Afbakening

Beschrijving van de specifieke doelgroepen met inbegrip van hun context, zoals:
- kraamzorg inclusief meerlingenzorg;
- gezinnen in een problematische opvoedingssituatie;
- personen met psych(iatr)ische problemen;
- personen met een handicap;
- personen met een chronische zorgnood;
- personen met dementie;
- personen in een palliatieve zorgfase.

Zorgcontext:
- Natuurlijk thuismilieu van de zorgvrager
- Centrum voor dagopvang
- Voorzieningen voor personen met een handicap

Niveau (VKS en EQF)

4

Jaar van erkenning

versie 1, 2020

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt volgens de wettelijke reglementeringen en procedure(s)
    • Verleent zorg binnen de grenzen van het wetgevende en professionele kader
    • Werkt volgens afspraken en visie van de organisatie
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de begrippen zorgvisie en zorgprocessen
    • Basiskennis van regelgeving en het deontologisch kader met betrekking tot de uitoefening van het beroep
    • Kennis van richtlijnen, gebruik van protocollen en procedures(verzorgende handelingen, preventieve maatregelen, …)
  • Competentie 2:
    Handelt volgens de professionele gedragscodes
    • Handelt volgens de professionele (gedrags-)code (beroepsgeheim, privacy van de zorgvrager , scheiding beroepscontext-privé, …)
    • Bouwt een professionele zorgrelatie op empathische wijze op met respect voor de medische, fysieke, sociale, culturele en spirituele achtergrond van de zorgvrager
    • Creëert een veilige omgeving voor de zorgvrager
    • Benadert de zorgvrager op holistische wijze
    • Voert haar/zijn taken uit met de nodige verantwoordelijkheidszin
    • Respecteert de professionele omgangsvormen
    • Verzorgt de persoonlijke hygiëne en zorgt voor een verzorgd voorkomen
    • Gaat op constructieve wijze om met de grenzen van zijn beroepsdomein en zijn eigen competenties
    • Gaat adequaat om met stressfactoren
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de holistische visie op de mens
    • Basiskennis over diversiteit (diverse sociale, etnische, religieuze of filosofische achtergrond, gender, seksuele geaardheid, …)
    • Kennis van zorgvraaggerichte sociale vaardigheden en communicatietechnieken
    • Kennis van de deontologie
    • Kennis van integer handelen
  • Competentie 3:
    Verleent de zorg aan de hand van de kwaliteitsnormen
    • Hanteert een systematische aanpak voor het oplossen van problemen in alle mogelijke professionele situaties binnen de grenzen van de eigen bevoegdheid
    • Verleent zorg conform de professionele aanbevelingen, de gemaakte afspraken en institutionele procedures
    • Werkt volgens de basisprincipes (hygiëne, comfort, beleving, zelfzorg en inspraak, veiligheid, ergonomie, economie en ecologie) in de zorgverlening
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de begrippen zorgvisie en zorgprocessen
    • Basiskennis van vrijheidsbeperkende maatregelen
    • Kennis van richtlijnen, gebruik van protocollen en procedures(verzorgende handelingen, preventieve maatregelen, …)
    • Kennis van de basisprincipes in de zorgverlening (hygiëne, comfort, zelfzorg en inspraak, beleving, veiligheid, ergonomie, economie en ecologie)
  • Competentie 4:
    Werkt samen met de zorgvrager en communiceert professioneel binnen een zorgvrager-gerichte zorgrelatie
    • Gaat op empathische wijze om met de zorgvrager waarbij de nodige afstand bewaard wordt om een professionele relatie te behouden
    • Maakt afspraken met de zorgvrager aangaande de uitvoering van de hulpvraag
    • Werkt behoeftegericht en doelstellingsgericht in samenwerking met de zorgvrager
    • Luistert actief zonder een waardeoordeel te vellen, rekening houdend met de geschiedenis en eigenheid van de zorgvrager en vergewist zich ervan dat hij/zij de zorgvrager correct begrepen heeft
    • Past zijn/ haar taalgebruik aan in functie van de zorgvrager, zowel naar inhoud als naar vorm
    • Informeert de zorgvrager rekening houdend met emoties en reacties om zijn zelfredzaamheid te bevorderen (advies, informatie, …)
    • Ondersteunt en begeleidt de zorgvrager en zijn omgeving in moeilijke momenten (rouwproces, hevige pijn, …)
    • Ondersteunt de draagkracht van de omgeving van de zorgvrager
    • Is in staat adequaat om te gaan met agressie, grensoverschrijdend gedrag
    • Reageert gepast op crisissituaties, signaleert ze
    • Roept hulp in van het team indien noodzakelijk
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van procesmatig werken
    • Basiskennis van ondersteunings- en ontwikkelingsdoelen
    • Kennis van zorgvraaggerichte sociale vaardigheden en communicatietechnieken
    • Kennis van communicatie in het Nederlands (kan zichzelf verstaanbaar uitdrukken en de gesprekspartner begrijpen. Zij/hij kan een conversatie voeren met de zorgvrager en kan efficiënt rapporteren aan andere zorgverleners. Kan korte verslagen en mededelingen lezen, begrijpen, en noteren)
  • Competentie 5:
    Werkt samen met andere zorgverstrekkers
    • Onderhoudt een efficiënte communicatie met andere zorgverleners om zorgoverdrachtrisico's tot een minimum te beperken waarbij hij/zij een respectvolle houding aanneemt, luistert en samen werkt met de andere teamleden
    • Rapporteert de toegediende zorg en meldt veranderingen
    • Bespreekt de algemene zorg van de zorgvrager met andere zorgverstrekkers (arts, verpleegkundige, (interdisciplinair) team)
    • De verzorgende werkt in samenwerking met collega’s, leidinggevenden en deskundigen op het vlak van welzijns- en gezondheidszorg
    • De verzorgende volgt de schriftelijke afspraken in het individuele zorg- en ondersteuningsplan van de zorgvrager op
    • Verwoordt de bezorgdheden en noden van de zorgvragers* en/of zorgverleners bij de besluitvorming van het interdisciplinair team
    • Werkt samen met anderen om conflicten te voorkomen en helpt om eventuele conflicten op te lossen
    • Draagt bij tot de continuïteit van de (intradisciplinaire) zorgverlening of de interdisciplinaire samenwerking in het kader van de zorgprocessen
    • Kent de taken en rollen van andere disciplines in de zorgsector en weet wanneer op wie een beroep gedaan kan worden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van rapportering
    • Basiskennis van een zorg- en ondersteuningsplan
    • Basiskennis van bedrijfseigen software en dagelijkse administratie
    • Basiskennis van instellingen en verpleeg- en zorgkundige beroepsorganisaties binnen de zorg
    • Basiskennis van teamwork en interdisciplinair werken
    • Kennis van vakterminologie
    • Kennis van teamgerelateerde sociale vaardigheden
    • Kennis van communicatie in het Nederlands (kan zichzelf verstaanbaar uitdrukken en de gesprekspartner begrijpen. Zij/hij kan een conversatie voeren met de zorgvrager en kan efficiënt rapporteren aan andere zorgverleners. Kan korte verslagen en mededelingen lezen, begrijpen, en noteren)
  • Competentie 6:
    Ondersteunt empowerment en bevordert de zelfredzaamheid van de zorgvrager
    • Bepaalt in overleg met de zorgvrager de zelfredzaamheidsdoelen en voert ze uit conform het zorgplan
    • Past aangereikte methoden (hulpmiddelen, paramedische adviezen, gesprekstechnieken, …) toe om zelfredzaamheid van de zorgvrager te ondersteunen, te versterken of te herstellen
    • Respecteert en ondersteunt de draagkracht en draaglast van de zorgvrager en zijn omgeving binnen de individuele zorg
    • Herkent weerstanden van de zorgvrager en gaat hier mee om
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de doelgroepen (kraamzorg inclusief meerlingenzorg, gezinnen in een problematische opvoedingssituatie, personen met psych(iatr)ische problemen, personen met een handicap, personen met een chronische zorgnood, personen met dementie, personen in een palliatieve zorgfase)
    • Basiskennis van empowerment
    • Basiskennis van hulpmiddelen (krukken, rolstoel …)
  • Competentie 7:
    Ontwikkelt de eigen deskundigheid
    • Schoolt zich professioneel bij
    • Reflecteert over het eigen handelen en stuurt bij
    • Staat open voor en gaat constructief om met feedback
    • Stelt persoonlijke verbeterplannen op, in samenspraak met de leidinggevende
    • Gaat op constructieve wijze om met de grenzen van zijn beroepsdomein in functie van zijn eigen competenties
    • Roept hulp in van het interdisciplinaire team indien noodzakelijk
    • Wisselt kennis uit met alle actoren (collega’s, …)
    • Gebruikt de taal die men in het kader van het beroep hanteert op voldoende deskundige wijze zowel mondeling als schriftelijk
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van evaluatie- en feedbackmethoden
    • Basiskennis van (zelf-)reflectie
    • Kennis van vakterminologie
  • Competentie 8:
    Draagt bij tot de ontwikkeling van het beroep
    • Werkt volgens actuele (evidence based ) ontwikkelde protocollen binnen de organisatie/sector
    • Volgt de toegewezen stagiaires op en schept een gunstige leerklimaat in functie van de leerdoelen en leermogelijkheden van de stagiair
    • Fungeert als rolmodel
    • Draagt bij aan het positief imago van het beroep
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van evaluatie- en feedbackmethoden
    • Basiskennis van coachen
    • Kennis van richtlijnen, gebruik van protocollen en procedures(verzorgende handelingen, preventieve maatregelen, …)
  • Competentie 9:
    Plant en organiseert de zorg van de zorgvrager conform het zorg- en ondersteuningsplan
    • Werkt op basis van het zorg- en ondersteuningsplan en past aan in overleg met de zorgvrager en de verantwoordelijke
    • Plant efficiënt en op systematische wijze (stappen van probleemoplossing) de zorg van de zorgvragers conform het zorg- en ondersteuningsplan rekening houdend met de prioriteiten, de continuïteit van de zorg, tijdsbesteding, …
    • Voert administratieve taken uit (registratie van uitgevoerde taken, verwittigen van zorgvragers, bijhouden van bewijs van uitgevoerde taken, aanpassingen in het zorg- en ondersteuningsplan , bijhouden van betalingsbewijzen en persoonlijke onkosten, dossier BA opmaken in het geval van een ongeluk …)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van planning en organisatie van taken
    • Basiskennis van bedrijfseigen software en dagelijkse administratie
    • Basiskennis van procesmatig werken
  • Competentie 10:
    Evalueert de zorg en rapporteert in het zorgdossier
    • Rapporteert op nauwkeurige en gestructureerde wijze de wijzigingen en/of gerealiseerde vooruitgang in het zorgdossier
    • Deelt en rapporteert zijn observaties, interventies alsook de reacties (psychosociale, fysieke en psychische) van de zorgvrager conform de voorschriften
    • Evalueert samen met andere hulpverleners de zorg op een continue systematische manier in relatie tot de geplande doelstellingen met inspraak van de zorgvrager en stuurt, in overleg, bij indien nodig
    • Wisselt informatie uit met betrekking tot de behandeling van de zorgvrager met de verschillende betrokkenen (verzorgende, verpleegkundige, artsen, ...) om de kwaliteit van de zorg te verbeteren
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van rapportering
    • Basiskennis van observatietechnieken
    • Kennis van vakterminologie
    • Kennis van communicatie in het Nederlands (kan zichzelf verstaanbaar uitdrukken en de gesprekspartner begrijpen. Zij/hij kan een conversatie voeren met de zorgvrager en kan efficiënt rapporteren aan andere zorgverleners. Kan korte verslagen en mededelingen lezen, begrijpen, en noteren)
  • Competentie 11:
    Voert EHBO uit bij noodsituaties
    • Herkent levensbedreigende situaties en grijpt in conform de voorgeschreven procedure
    • Zorgt voor veiligheid van de zorgvrager
    • Alarmeert interne verantwoordelijken of externe hulpdiensten volgens de ernst en toestand van de zorgvrager
    • Past de noodzakelijke eerste hulp toe
    • Voert BLS (basic life support) met en zonder AED (automatische externe defibrillator) uit conform de geldende normen
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van EHBO (behandeling bij bloedingen, verwondingen, verstikking, vergiftiging, verdrinking, insectenbeten, orthopedische letsels, …)
    • Kennis van BLS en AED
  • Competentie 12:
    Voert de persoonsverzorging uit volgens het zorg- en ondersteuningsplan van de zorgvrager
    • Voert de nodige praktische voorbereidingen uit om de zorg uit te voeren (het nodige materiaal meenemen …)
    • Stuurt de planning bij in het geval van onvoorziene omstandigheden
    • Verleent persoonszorg (zorg en nazorg) conform het zorg- en ondersteuningsplan en past deze aan in functie van de individuele noden en gewoonten van de zorgvrager
    • Voert de kwalitatieve persoonszorg in de verschillende zorgcontexten uit volgens het zorg- en ondersteuningsplan
    • Voert de persoonszorg op structurele en systematische wijze uit, met aandacht voor ergonomie
    • Observeert en herkent de veranderingen (psychisch, fysiek, sociaal…) in de gezondheidstoestand van de zorgvrager
    • Voert de preventieve maatregelen uit ter voorkoming van drukletsels, vochtletsels, verstijvingen, misgroeiingen …
    • Helpt bij het mobiliseren, positioneren en zich verplaatsen
    • Bewaakt het algemeen comfort en de veiligheid van de zorgvrager
    • Ruimt al het materiaal op en laat de kamer/leefruimte netjes achter rekening houdend met de verwachtingen en mogelijkheden van de zorgvrager
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van vocht- en voedingstoediening
    • Basiskennis van bijstand bij geneesmiddelentoediening
    • Basiskennis van vrij verkrijgbare geneesmiddelen en veel voorkomende geneesmiddelen
    • Basiskennis van soorten afval en afvalsortering gerelateerd aan de zorg
    • Basiskennis van veiligheidsmaatregelen
    • Kennis van verzorgingstechnieken (hygiënische zorgen: toilet, haarverzorging, mondhygiëne, nazorg, …,) en verzorgingsmaterialen
    • Kennis van omkleden
    • Kennis van verplaatsingstechnieken
    • Kennis van bedopmaak,
    • Kennis van recipiënten en maatregelen bij uitscheiding (naar toilet gaan, bedpan plaatsen, incontinentieverband aanbrengen…)
    • Kennis van fysieke veiligheid
    • Kennis van ADL-hulpmiddelen, ADL-functies en dysfuncties
  • Competentie 13:
    Voert bijkomende persoonszorg voor zorgbehoevende personen uit conform de wettelijke bepalingen
    • Verleent persoonszorg conform de professionele en organisatorische procedures en past deze aan in functie van de individuele noden en gewoonten van de zorgvrager
    • Voert de kwalitatieve zorg uit volgens het zorg- en ondersteuningsplan
    • Voert de specifieke zorg voor zorgbehoevende personen uit binnen de toegestane wetgevende bepalingen
    • Voert de persoonszorg op structurele en systematische wijze uit bij de verschillende doelgroepen
    • Bewaakt het algemeen comfort en de veiligheid van de zorgvrager
    • Biedt comfortzorg bij de toegewezen palliatieve en terminale zorg
    • Dient de laatste zorg toe aan de overleden zorgvrager
    • Ruimt al het materiaal op en laat de kamer/leefruimte netjes achter, rekening houdend met de verwachtingen en mogelijkheden van de zorgvrager
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van contexten (residentiële zorg, thuisverpleging, thuiszorg, gehandicaptenzorg, ziekenhuissector, palliatieve zorg, revalidatie, ...)
    • Basiskennis van rapportering
    • Basiskennis van observatietechnieken
    • Basiskennis van anatomie en fysiologie
    • Basiskennis van voedings- en dieetleer (malnutritie, nutritionele interventies, …)
    • Basiskennis van vitale en fysieke parameters
    • Basiskennis preventie van veneuze en arteriële aandoeningen in de onderste ledematen
    • Basiskennis preventie bij decubitus
    • Basiskennis preventie bij incontinentie gerelateerde vochtletsels
    • Basiskennis van preventie van droge huid, jeuk en irritatie
    • Basiskennis van preventie van mondproblemen
    • Basiskennis van preventie van scheurwonden (skintears, …)
    • Basiskennis van blaassondes en katheters
    • Basiskennis van stomata
    • Basiskennis van de geriatrische zorgvrager
    • Basiskennis van dementie
    • Basiskennis van kraamzorg
    • Basiskennis van het zieke kind
    • Basiskennis van de meest voorkomende beperkingen bij personen met een beperking
    • Basiskennis van palliatieve en terminale zorg
    • Basiskennis van geestelijke gezondheidszorg
    • Basiskennis van de meest voorkomende chronische aandoeningen
    • Basiskennis van diabetes (diabetesvoet, …)
    • Basiskennis van bijstand bij geneesmiddelentoediening
    • Basiskennis van vrij verkrijgbare geneesmiddelen en veel voorkomende geneesmiddelen
    • Basiskennis van soorten afval en afvalsortering gerelateerd aan de zorg
    • Basiskennis van preventie van valincidenten
    • Kennis van beschermingsmaatregelen
  • Competentie 14:
    Neemt primaire, secundaire en/of tertiaire preventieve maatregelen tijdens de zorgverlening
    • Inventariseert de risicofactoren voor letsels bij zorgvragers
    • Past de nodige maatregelen toe ter voorkoming van letsels bij zorgvragers
    • Past de nodige maatregelen toe om infecties en besmettingen te voorkomen
    • Geeft informatie over het treffen van preventieve maatregelen (hulpmiddelen, ondersteunende middelen, …)
    • Ondersteunt het aanwenden van preventiemiddelen
    • Volgt zorgvragers met een verhoogd risico op
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van veel voorkomende psychopathologie
    • Kennis van veiligheidsmaterialen
    • Kennis van advies voor een gezonde levenswijze en een goede lichaamszorg: gezonde en aangepaste voeding, valpreventie en zorg voor voldoende slaap;
    • Kennis van beschermingsmaatregelen tegen infectie, zowel bij zichzelf als bij de zorgvrager
    • Kennis van het reinigen en ontsmetten van materialen
    • Kennis van immobiliteitsproblemen en preventieve maatregelen: drukletsels helpen voorkomen, verstijving en misgroeiingen helpen voorkomen, en ademhaling en bloedcirculatie helpen bevorderen
    • Kennis van veiligheidsmaatregelen voor zorgvragers (onder meer rusteloze en stervende personen)
  • Competentie 15:
    Vervult de huishoudelijke opdracht volgens vastgelegde zorg-, ondersteunings- en ontwikkelingsdoelen
    • Neemt de huishoudelijke opdracht op volgens de vastgelegde zorgdoelen en dit in verschillende zorgcontexten.
    • Organiseert de huishoudelijke opdracht op structurele en systematische wijze en heeft oog voor de nodige praktische voorbereiding.
    • Doet gerichte boodschappen met oog voor het budget van de zorgvrager
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van kenmerken van textiel
    • Basiskennis van eenvoudige sterilisatietechnieken
    • Basiskennis van basis kennis van algemene vaardigheden rekenen (regel van drie, optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen…)
    • Kennis van de meest voorkomende schoonmaak en -onderhoudstechnieken en bijhorende producten en -materialen
    • Kennis van was- en droogmachines
    • Kennis van was- en droogprocessen
    • Kennis van strijktechnieken
    • Kennis van toepassen van instructies, gebruikshandleidingen, instructiefiches, bijsluiters en etiketten
  • Competentie 16:
    Bereidt maaltijden
    • Bereidt een maaltijd conform het zorg- en ondersteuningsplan
    • Houdt rekening met dieetvoorschriften
    • Bereidt babyvoeding
    • Zorgt voor het inmaken en bewaren van voedingswaren voor gezinsverbruik
    • Zorgt voor het opdienen, afwassen en afruimen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van soorten afval en afvalsortering gerelateerd aan de zorg
    • Basiskennis van dieetmaaltijden
    • Basiskennis van de bewaarmethoden van voedsel
    • Kennis van de bereidingsprocessen
    • Kennis van voeding bij de specifieke doelgroepen
  • Competentie 17:
    Verzorgt de kledij en het linnen van de zorgvrager (wassen, strijken en verstellen)
    • Wast kledij en linnen conform de wasvoorschriften
    • Strijkt kledij en linnen conform de strijkvoorschriften
    • Doet kleine verstelwerken aan de kledij
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van kenmerken van textiel
    • Kennis van was- en droogmachines
    • Kennis van was- en droogprocessen
    • Kennis van strijktechnieken
    • Kennis van toepassen van instructies, gebruikshandleidingen, instructiefiches, bijsluiters en etiketten
    • Kennis van eenvoudig verstelwerk
  • Competentie 18:
    Zorgt voor het woon- en leefklimaat
    • Voert de zorg voor woon- en leefklimaat conform het zorg- en ondersteuningsplan uit
    • Onderhoudt leefruimten hygiënisch
    • Zorgt voor het opmaken en verversen van bedden
    • Zorgt voor planten in de woning
    • Zorgt voor huisdieren
    • Doet voorstellen voor het aanpassen van de leefruimte om de veiligheid en ergonomie te verhogen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van veiligheidsmaatregelen
    • Basiskennis van ergonomie
    • Basiskennis van preventie van valincidenten
    • Basiskennis van doorverwijzing naar hulpmiddelen en -instanties
    • Kennis van de meest voorkomende schoonmaak en -onderhoudstechnieken en bijhorende producten en -materialen
  • Competentie 19:
    Regelt ontspannings- en vrijetijdsactiviteiten volgens de verwachtingen en noden van de zorgvrager en stimuleert de zorgvrager om deel te nemen
    • Brengt een aangename sfeer aangepast aan de doelgroep
    • Organiseert en begeleidt ontspannings- en vrijetijdsactiviteiten
    • Bespreekt met andere zorgverleners de behoeften aan activiteiten
    • Legt de nadruk op het welbevinden van de persoon met een zorgbehoefte
    • Betrekt de omgeving van de persoon met een zorgbehoefte bij het sociale leven
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van animatie-, ontspannings- en vrijetijdsactiviteiten
    • Basiskennis over diversiteit (diverse sociale, etnische, religieuze of filosofische achtergrond, gender, seksuele geaardheid, …)
  • Competentie 20:
    Ondersteunt het psychosociale welbevinden van de zorgvrager
    • Geeft aandacht en verzekert aanwezigheid
    • Heeft oog voor de draagkracht van de zorgvrager en mantelzorgers
    • ondersteunt psychosociaal welbevinden
    • Signaleert veranderingen in de psychische toestand van de zorgvrager
    • Signaleert crisissituaties
    • Staat de zorgvrager en zijn omgeving bij in moeilijke momenten
    • Meldt waargenomen signalen van mis(be)handeling en verwaarlozing
    • Meldt waargenomen signalen van suïcidaal gedrag
    • Ondersteunt bij revalidatie en therapietrouw
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de doelgroepen (kraamzorg inclusief meerlingenzorg, gezinnen in een problematische opvoedingssituatie, personen met psych(iatr)ische problemen, personen met een handicap, personen met een chronische zorgnood, personen met dementie, personen in een palliatieve zorgfase)
    • Basiskennis van de verschillende levensfases
    • Basiskennis van veel voorkomende psychische aandoeningen
    • Basiskennis van de kenmerken van mishandeling en verwaarlozing
    • Basiskennis van de kenmerken van suïcidaal gedrag
  • Competentie 21:
    Ondersteunt bij de opvoeding
    • Ondersteunt bij de zorg voor de baby en de moeder
    • Ondersteunt het gezin bij de dagelijkse opvoedingstaken
    • Begeleidt kinderen bij spel en huiswerk
    • Houdt toezicht op kinderen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van kraamzorg
    • Basiskennis van borstvoeding
    • Basiskennis van opvoedingsprincipes en ontwikkelingsfasen van het kind
    • Basiskennis van de verschillende levensfases
    • Basiskennis van begeleiding van kinderen en jongeren

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van contexten (residentiële zorg, thuisverpleging, thuiszorg, gehandicaptenzorg, ziekenhuissector, palliatieve zorg, revalidatie, ...)
  • Basiskennis van rapportering
  • Basiskennis van observatietechnieken
  • Basiskennis van de begrippen zorgvisie en zorgprocessen
  • Basiskennis van de holistische visie op de mens
  • Basiskennis van regelgeving en het deontologisch kader met betrekking tot de uitoefening van het beroep
  • Basiskennis van planning en organisatie van taken
  • Basiskennis van een zorg- en ondersteuningsplan
  • Basiskennis van bedrijfseigen software en dagelijkse administratie
  • Basiskennis van evaluatie- en feedbackmethoden
  • Basiskennis van coachen
  • Basiskennis van (zelf-)reflectie
  • Basiskennis van de doelgroepen (kraamzorg inclusief meerlingenzorg, gezinnen in een problematische opvoedingssituatie, personen met psych(iatr)ische problemen, personen met een handicap, personen met een chronische zorgnood, personen met dementie, personen in een palliatieve zorgfase)
  • Basiskennis van empowerment
  • Basiskennis van anatomie en fysiologie
  • Basiskennis van voedings- en dieetleer (malnutritie, nutritionele interventies, …)
  • Basiskennis van vitale en fysieke parameters
  • Basiskennis preventie van veneuze en arteriële aandoeningen in de onderste ledematen
  • Basiskennis preventie bij decubitus
  • Basiskennis preventie bij incontinentie gerelateerde vochtletsels
  • Basiskennis van preventie van droge huid, jeuk en irritatie
  • Basiskennis van preventie van mondproblemen
  • Basiskennis van preventie van scheurwonden (skintears, …)
  • Basiskennis van blaassondes en katheters
  • Basiskennis van stomata
  • Basiskennis van de geriatrische zorgvrager
  • Basiskennis van dementie
  • Basiskennis van kraamzorg
  • Basiskennis van het zieke kind
  • Basiskennis van de meest voorkomende beperkingen bij personen met een beperking
  • Basiskennis van palliatieve en terminale zorg
  • Basiskennis van geestelijke gezondheidszorg
  • Basiskennis van de meest voorkomende chronische aandoeningen
  • Basiskennis van diabetes (diabetesvoet, …)
  • Basiskennis van veel voorkomende psychopathologie
  • Basiskennis van vocht- en voedingstoediening
  • Basiskennis van bijstand bij geneesmiddelentoediening
  • Basiskennis van vrij verkrijgbare geneesmiddelen en veel voorkomende geneesmiddelen
  • Basiskennis van soorten afval en afvalsortering gerelateerd aan de zorg
  • Basiskennis van veiligheidsmaatregelen
  • Basiskennis van ergonomie
  • Basiskennis van preventie van valincidenten
  • Basiskennis van hulpmiddelen (krukken, rolstoel …)
  • Basiskennis van doorverwijzing naar hulpmiddelen en -instanties
  • Basiskennis van dieetmaaltijden
  • Basiskennis van de bewaarmethoden van voedsel
  • Basiskennis van borstvoeding
  • Basiskennis van opvoedingsprincipes en ontwikkelingsfasen van het kind
  • Basiskennis van de verschillende levensfases
  • Basiskennis van begeleiding van kinderen en jongeren
  • Basiskennis van veel voorkomende psychische aandoeningen
  • Basiskennis van de kenmerken van mishandeling en verwaarlozing
  • Basiskennis van de kenmerken van suïcidaal gedrag
  • Basiskennis van animatie-, ontspannings- en vrijetijdsactiviteiten
  • Basiskennis over diversiteit (diverse sociale, etnische, religieuze of filosofische achtergrond, gender, seksuele geaardheid, …)
  • Basiskennis van instellingen en verpleeg- en zorgkundige beroepsorganisaties binnen de zorg
  • Basiskennis van teamwork en interdisciplinair werken
  • Basiskennis van kenmerken van textiel
  • Basiskennis van eenvoudige sterilisatietechnieken
  • Basiskennis van basis kennis van algemene vaardigheden rekenen (regel van drie, optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen…)
  • Basiskennis van vrijheidsbeperkende maatregelen
  • Basiskennis van procesmatig werken
  • Basiskennis van ondersteunings- en ontwikkelingsdoelen
  • Kennis van vakterminologie
  • Kennis van zorgvraaggerichte sociale vaardigheden en communicatietechnieken
  • Kennis van de deontologie
  • Kennis van integer handelen
  • Kennis van teamgerelateerde sociale vaardigheden
  • Kennis van richtlijnen, gebruik van protocollen en procedures(verzorgende handelingen, preventieve maatregelen, …)
  • Kennis van de basisprincipes in de zorgverlening (hygiëne, comfort, zelfzorg en inspraak, beleving, veiligheid, ergonomie, economie en ecologie)
  • Kennis van verzorgingstechnieken (hygiënische zorgen: toilet, haarverzorging, mondhygiëne, nazorg, …,) en verzorgingsmaterialen
  • Kennis van omkleden
  • Kennis van verplaatsingstechnieken
  • Kennis van bedopmaak,
  • Kennis van recipiënten en maatregelen bij uitscheiding (naar toilet gaan, bedpan plaatsen, incontinentieverband aanbrengen…)
  • Kennis van fysieke veiligheid
  • Kennis van veiligheidsmaterialen
  • Kennis van ADL-hulpmiddelen, ADL-functies en dysfuncties
  • Kennis van advies voor een gezonde levenswijze en een goede lichaamszorg: gezonde en aangepaste voeding, valpreventie en zorg voor voldoende slaap;
  • Kennis van beschermingsmaatregelen tegen infectie, zowel bij zichzelf als bij de zorgvrager
  • Kennis van het reinigen en ontsmetten van materialen
  • Kennis van immobiliteitsproblemen en preventieve maatregelen: drukletsels helpen voorkomen, verstijving en misgroeiingen helpen voorkomen, en ademhaling en bloedcirculatie helpen bevorderen
  • Kennis van beschermingsmaatregelen
  • Kennis van veiligheidsmaatregelen voor zorgvragers (onder meer rusteloze en stervende personen)
  • Kennis van EHBO (behandeling bij bloedingen, verwondingen, verstikking, vergiftiging, verdrinking, insectenbeten, orthopedische letsels, …)
  • Kennis van BLS en AED
  • Kennis van de bereidingsprocessen
  • Kennis van voeding bij de specifieke doelgroepen
  • Kennis van de meest voorkomende schoonmaak en -onderhoudstechnieken en bijhorende producten en -materialen
  • Kennis van was- en droogmachines
  • Kennis van was- en droogprocessen
  • Kennis van strijktechnieken
  • Kennis van toepassen van instructies, gebruikshandleidingen, instructiefiches, bijsluiters en etiketten
  • Kennis van communicatie in het Nederlands (kan zichzelf verstaanbaar uitdrukken en de gesprekspartner begrijpen. Zij/hij kan een conversatie voeren met de zorgvrager en kan efficiënt rapporteren aan andere zorgverleners. Kan korte verslagen en mededelingen lezen, begrijpen, en noteren)
  • Kennis van eenvoudig verstelwerk

Cognitieve vaardigheden

  • Verleent zorg binnen de grenzen van het wetgevende en professionele kader
  • Werkt volgens afspraken en visie van de organisatie
  • Handelt volgens de professionele (gedrags-)code (beroepsgeheim, privacy van de zorgvrager , scheiding beroepscontext-privé, …)
  • Bouwt een professionele zorgrelatie op empathische wijze op met respect voor de medische, fysieke, sociale, culturele en spirituele achtergrond van de zorgvrager
  • Creëert een veilige omgeving voor de zorgvrager
  • Benadert de zorgvrager op holistische wijze
  • Voert haar/zijn taken uit met de nodige verantwoordelijkheidszin
  • Respecteert de professionele omgangsvormen
  • Gaat op constructieve wijze om met de grenzen van zijn beroepsdomein en zijn eigen competenties
  • Gaat adequaat om met stressfactoren
  • Verleent zorg conform de professionele aanbevelingen, de gemaakte afspraken en institutionele procedures
  • Werkt volgens de basisprincipes (hygiëne, comfort, beleving, zelfzorg en inspraak, veiligheid, ergonomie, economie en ecologie) in de zorgverlening
  • Gaat op empathische wijze om met de zorgvrager waarbij de nodige afstand bewaard wordt om een professionele relatie te behouden
  • Werkt behoeftegericht en doelstellingsgericht in samenwerking met de zorgvrager
  • Luistert actief zonder een waardeoordeel te vellen, rekening houdend met de geschiedenis en eigenheid van de zorgvrager en vergewist zich ervan dat hij/zij de zorgvrager correct begrepen heeft
  • Past zijn/ haar taalgebruik aan in functie van de zorgvrager, zowel naar inhoud als naar vorm
  • Informeert de zorgvrager rekening houdend met emoties en reacties om zijn zelfredzaamheid te bevorderen (advies, informatie, …)
  • Ondersteunt en begeleidt de zorgvrager en zijn omgeving in moeilijke momenten (rouwproces, hevige pijn, …)
  • Ondersteunt de draagkracht van de omgeving van de zorgvrager
  • Bepaalt in overleg met de zorgvrager de zelfredzaamheidsdoelen en voert ze uit conform het zorgplan
  • Past aangereikte methoden (hulpmiddelen, paramedische adviezen, gesprekstechnieken, …) toe om zelfredzaamheid van de zorgvrager te ondersteunen, te versterken of te herstellen
  • Respecteert en ondersteunt de draagkracht en draaglast van de zorgvrager en zijn omgeving binnen de individuele zorg
  • Herkent weerstanden van de zorgvrager en gaat hier mee om
  • Schoolt zich professioneel bij
  • Reflecteert over het eigen handelen en stuurt bij
  • Staat open voor en gaat constructief om met feedback
  • Stelt persoonlijke verbeterplannen op, in samenspraak met de leidinggevende
  • Gaat op constructieve wijze om met de grenzen van zijn beroepsdomein in functie van zijn eigen competenties
  • Wisselt kennis uit met alle actoren (collega’s, …)
  • Gebruikt de taal die men in het kader van het beroep hanteert op voldoende deskundige wijze zowel mondeling als schriftelijk
  • Werkt volgens actuele (evidence based ) ontwikkelde protocollen binnen de organisatie/sector
  • Volgt de toegewezen stagiaires op en schept een gunstige leerklimaat in functie van de leerdoelen en leermogelijkheden van de stagiair
  • Fungeert als rolmodel
  • Draagt bij aan het positief imago van het beroep
  • Werkt op basis van het zorg- en ondersteuningsplan en past aan in overleg met de zorgvrager en de verantwoordelijke
  • Plant efficiënt en op systematische wijze (stappen van probleemoplossing) de zorg van de zorgvragers conform het zorg- en ondersteuningsplan rekening houdend met de prioriteiten, de continuïteit van de zorg, tijdsbesteding, …
  • Voert administratieve taken uit (registratie van uitgevoerde taken, verwittigen van zorgvragers, bijhouden van bewijs van uitgevoerde taken, aanpassingen in het zorg- en ondersteuningsplan , bijhouden van betalingsbewijzen en persoonlijke onkosten, dossier BA opmaken in het geval van een ongeluk …)
  • Rapporteert op nauwkeurige en gestructureerde wijze de wijzigingen en/of gerealiseerde vooruitgang in het zorgdossier
  • Deelt en rapporteert zijn observaties, interventies alsook de reacties (psychosociale, fysieke en psychische) van de zorgvrager conform de voorschriften
  • Evalueert samen met andere hulpverleners de zorg op een continue systematische manier in relatie tot de geplande doelstellingen met inspraak van de zorgvrager en stuurt, in overleg, bij indien nodig
  • Wisselt informatie uit met betrekking tot de behandeling van de zorgvrager met de verschillende betrokkenen (verzorgende, verpleegkundige, artsen, ...) om de kwaliteit van de zorg te verbeteren
  • Zorgt voor veiligheid van de zorgvrager
  • Verleent persoonszorg (zorg en nazorg) conform het zorg- en ondersteuningsplan en past deze aan in functie van de individuele noden en gewoonten van de zorgvrager
  • Voert de kwalitatieve persoonszorg in de verschillende zorgcontexten uit volgens het zorg- en ondersteuningsplan
  • Observeert en herkent de veranderingen (psychisch, fysiek, sociaal…) in de gezondheidstoestand van de zorgvrager
  • Voert de preventieve maatregelen uit ter voorkoming van drukletsels, vochtletsels, verstijvingen, misgroeiingen …
  • Bewaakt het algemeen comfort en de veiligheid van de zorgvrager
  • Verleent persoonszorg conform de professionele en organisatorische procedures en past deze aan in functie van de individuele noden en gewoonten van de zorgvrager
  • Voert de kwalitatieve zorg uit volgens het zorg- en ondersteuningsplan
  • Voert de specifieke zorg voor zorgbehoevende personen uit binnen de toegestane wetgevende bepalingen
  • Bewaakt het algemeen comfort en de veiligheid van de zorgvrager
  • Biedt comfortzorg bij de toegewezen palliatieve en terminale zorg
  • Inventariseert de risicofactoren voor letsels bij zorgvragers
  • Past de nodige maatregelen toe ter voorkoming van letsels bij zorgvragers
  • Past de nodige maatregelen toe om infecties en besmettingen te voorkomen
  • Geeft informatie over het treffen van preventieve maatregelen (hulpmiddelen, ondersteunende middelen, …)
  • Ondersteunt het aanwenden van preventiemiddelen
  • Volgt zorgvragers met een verhoogd risico op
  • Neemt de huishoudelijke opdracht op volgens de vastgelegde zorgdoelen en dit in verschillende zorgcontexten.
  • Organiseert de huishoudelijke opdracht op structurele en systematische wijze en heeft oog voor de nodige praktische voorbereiding.
  • Doet gerichte boodschappen met oog voor het budget van de zorgvrager
  • Houdt rekening met dieetvoorschriften
  • Doet voorstellen voor het aanpassen van de leefruimte om de veiligheid en ergonomie te verhogen
  • Brengt een aangename sfeer aangepast aan de doelgroep
  • Organiseert en begeleidt ontspannings- en vrijetijdsactiviteiten
  • Bespreekt met andere zorgverleners de behoeften aan activiteiten
  • Legt de nadruk op het welbevinden van de persoon met een zorgbehoefte
  • Betrekt de omgeving van de persoon met een zorgbehoefte bij het sociale leven
  • Heeft oog voor de draagkracht van de zorgvrager en mantelzorgers
  • ondersteunt psychosociaal welbevinden
  • Signaleert veranderingen in de psychische toestand van de zorgvrager
  • Ondersteunt bij revalidatie en therapietrouw
  • Ondersteunt bij de zorg voor de baby en de moeder
  • Ondersteunt het gezin bij de dagelijkse opvoedingstaken
  • Begeleidt kinderen bij spel en huiswerk
  • Houdt toezicht op kinderen
  • Maakt afspraken met de zorgvrager aangaande de uitvoering van de hulpvraag
  • Roept hulp in van het interdisciplinaire team indien noodzakelijk
  • Geeft aandacht en verzekert aanwezigheid
  • Onderhoudt een efficiënte communicatie met andere zorgverleners om zorgoverdrachtrisico's tot een minimum te beperken waarbij hij/zij een respectvolle houding aanneemt, luistert en samen werkt met de andere teamleden
  • Rapporteert de toegediende zorg en meldt veranderingen
  • Bespreekt de algemene zorg van de zorgvrager met andere zorgverstrekkers (arts, verpleegkundige, (interdisciplinair) team)
  • De verzorgende werkt in samenwerking met collega’s, leidinggevenden en deskundigen op het vlak van welzijns- en gezondheidszorg
  • De verzorgende volgt de schriftelijke afspraken in het individuele zorg- en ondersteuningsplan van de zorgvrager op
  • Verwoordt de bezorgdheden en noden van de zorgvragers* en/of zorgverleners bij de besluitvorming van het interdisciplinair team
  • Draagt bij tot de continuïteit van de (intradisciplinaire) zorgverlening of de interdisciplinaire samenwerking in het kader van de zorgprocessen
  • Kent de taken en rollen van andere disciplines in de zorgsector en weet wanneer op wie een beroep gedaan kan worden

Probleemoplossende vaardigheden

  • Hanteert een systematische aanpak voor het oplossen van problemen in alle mogelijke professionele situaties binnen de grenzen van de eigen bevoegdheid
  • Is in staat adequaat om te gaan met agressie, grensoverschrijdend gedrag
  • Reageert gepast op crisissituaties, signaleert ze
  • Herkent levensbedreigende situaties en grijpt in conform de voorgeschreven procedure
  • Alarmeert interne verantwoordelijken of externe hulpdiensten volgens de ernst en toestand van de zorgvrager
  • Past de noodzakelijke eerste hulp toe
  • Voert BLS (basic life support) met en zonder AED (automatische externe defibrillator) uit conform de geldende normen
  • Signaleert crisissituaties
  • Meldt waargenomen signalen van mis(be)handeling en verwaarlozing
  • Meldt waargenomen signalen van suïcidaal gedrag
  • Werkt samen met anderen om conflicten te voorkomen en helpt om eventuele conflicten op te lossen
  • Stuurt de planning bij in het geval van onvoorziene omstandigheden
  • Staat de zorgvrager en zijn omgeving bij in moeilijke momenten
  • Roept hulp in van het team indien noodzakelijk

Motorische vaardigheden

  • Verzorgt de persoonlijke hygiëne en zorgt voor een verzorgd voorkomen
  • Voert de nodige praktische voorbereidingen uit om de zorg uit te voeren (het nodige materiaal meenemen …)
  • Helpt bij het mobiliseren, positioneren en zich verplaatsen
  • Ruimt al het materiaal op en laat de kamer/leefruimte netjes achter rekening houdend met de verwachtingen en mogelijkheden van de zorgvrager
  • Voert de persoonszorg op structurele en systematische wijze uit bij de verschillende doelgroepen
  • Dient de laatste zorg toe aan de overleden zorgvrager
  • Ruimt al het materiaal op en laat de kamer/leefruimte netjes achter, rekening houdend met de verwachtingen en mogelijkheden van de zorgvrager
  • Bereidt een maaltijd conform het zorg- en ondersteuningsplan
  • Bereidt babyvoeding
  • Zorgt voor het inmaken en bewaren van voedingswaren voor gezinsverbruik
  • Zorgt voor het opdienen, afwassen en afruimen
  • Wast kledij en linnen conform de wasvoorschriften
  • Strijkt kledij en linnen conform de strijkvoorschriften
  • Doet kleine verstelwerken aan de kledij
  • Voert de zorg voor woon- en leefklimaat conform het zorg- en ondersteuningsplan uit
  • Onderhoudt leefruimten hygiënisch
  • Zorgt voor het opmaken en verversen van bedden
  • Zorgt voor planten in de woning
  • Zorgt voor huisdieren
  • Voert de persoonszorg op structurele en systematische wijze uit, met aandacht voor ergonomie

Omgevingscontext

  • Dit beroep vereist in het kader van de zorgverlening dat de verzorgende autonoom werkt in de zorgcontext.
  • De zorgverlening is afgestemd op de context en de zorg- en ondersteuningsdoelen. Deze doelen hebben betrekking op het geheel van zorg en welzijn van de zorgvrager en zijn mantelzorg, binnen zijn leefomgeving, en zijn vastgelegd in een zorg- en ondersteuningsplan.
  • De verzorgende werkt volgens het zorg – en ondersteuningsplan en wordt steeds ondersteund door de leidinggevende
  • Verschillen en grenzen van iedere formele en informele zorgverstrekker dienen herkend en gerespecteerd te worden.
  • Een aantal activiteiten mogen enkel uitgevoerd worden op voorwaarde dat daarover duidelijke afspraken gemaakt werden met de overige professionele zorgverleners die bij de zorgsituatie betrokken zijn. Die afspraken moeten schriftelijk vastgelegd zijn of deel uitmaken van het individuele zorg- en ondersteuningsplan van de zorgvrager.
  • Het beroep vereist een werkwijze op maat van de zorgvrager waarbij de zorgvrager op een holistische wijze benaderd moet worden
  • Het beroep van verzorgende wordt uitgeoefend in de thuiszorg waarbij de doelgroepen heel verschillend kunnen zijn
  • De werkopdrachten worden uitgevoerd binnen een afgesproken werkrooster.
  • Dit beroep wordt ook uitgeoefend binnen onregelmatige werktijden
  • Dit beroep wordt uitgeoefend in samenwerking met andere zorgverstrekkers, waarbij de nodige flexibiliteit belangrijk is
  • De sector volgt de reglementeringen wat betreft veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu, …
  • Sommige activiteiten kunnen gezondheidsrisico’s inhouden voor de beroepsuitoefenaar en zijn/haar omgeving. Het naleven van de veiligheidsvoorschriften en het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen is verplicht
  • Bij de beroepsuitoefening moet men zich bewust zijn van de effecten van de eigen verbale, non-verbale en digitale communicatie en de invloed hiervan op de zorgvrager
  • De uitoefening van het beroep vraagt verantwoordelijkheidszin
  • Bij dit beroep wordt er door alle verzorgenden meegebouwd aan een cultuur van collegialiteit, welzijn, respect binnen de professionele relaties
  • Bij dit beroep wordt rekening gehouden met de diversiteit van de zorgvragers wat inhoudt dat ze de zorgvrager en zijn omgeving erkennen en waarderen om wie ze zijn
  • De verzorgende houdt rekening met de plaats in de gezinscontext: De verzorgende gaat uit van de kracht van gezinnen. De verzorgende erkent de ouders als eerste opvoeders van hun kind. Dit impliceert dat de verzorgende het opvoedingsproject niet overneemt, maar de ouders hierin ondersteunt.
  • De verzorgende werkt samen met de andere professionele zorgverleners die bij de zorgsituatie betrokken zijn.

Handelingscontext

  • De verzorgende moet op constructieve en transparante wijze informatie uitwisselen met de andere actoren
  • De verzorgende is zich constant bewust van de impact van zijn handelingen op de zorgvrager
  • De verzorgende kan zich aanpassen aan en flexibel opstellen bij wisselende werkomstandigheden
  • De verzorgende moet steeds het zorg- en ondersteuningsplan , regelgeving en kwaliteitseisen respecteren
  • De verzorgende moet bijblijven met de ontwikkelingen binnen de sector, dit vergt levenslang leren en het volgen van (verplichte) opleidingen
  • De verzorgende moet planmatig kunnen denken, prioriteiten stellen en zijn werkzaamheden organiseren
  • De verzorgende moet discreet handelen conform de beroepsethiek en organisatiegebonden gedragscode
  • De verzorgende toont zin voor initiatief binnen de wettelijke bepalingen tijdens bepaalde situaties, problemen, opdrachten,…
  • De verzorgende gaat op constructieve wijze om met de grenzen van zijn beroepsdomein in functie van zijn eigen competenties
  • De verzorgende moet met de nodige verantwoordelijkheidszin handelen
  • De verzorgende moet op holistische wijze zorgvragergericht werken
  • De verzorgende moet het positief imago van zijn/haar onderneming uitstralen
  • De verzorgende moet op empathische wijze omgaan met de zorgvrager
  • De verzorgende dient consequent en gefocust te werken
  • De verzorgende moet zich bewust zijn dat gemaakte fouten gevolgen kunnen hebben die een impact kunnen hebben op het fysiek en psychisch welzijn van de zorgvrager
  • De verzorgende maakt van de zorgmomenten zinvolle contactmomenten
  • De verzorgende neemt een voorbeeldfunctie op binnen het zorggebeuren
  • De verzorgende werkt vanuit de empowerment gedachte
  • De verzorgende is stressbestendig

Autonomie

Is zelfstandig in
  • Het toepassen van beroepsspecifieke handelingen conform de geldende wettelijke bepalingen
  • Het uitvoeren van beroepsspecifieke handelingen conform het zorg- en ondersteuningsplan en de gemaakte afspraken met de verantwoordelijke
  • Het informeren, adviseren van de zorgvrager over de mogelijke functionele aanpassingen
  • Het rapporteren van de uitgevoerde taken binnen het zorg- en ondersteuningsplan
  • Het uitvoeren van de persoonsgebonden verzorgende taken
  • Het uitvoeren van huishoudelijke taken
  • Het bereiden van maaltijden
  • Het evalueren van het eigen werk
  • Het verstrekken van informatie aangaande preventieve maatregelen voor de zorgvrager conform het zorg- en ondersteuningsplan
  • Het begeleiden van ontspannings- en vrijetijdsactiviteiten conform de behoeften en mogelijkheden van de zorgvrager
  • Het ondersteunen van het psychosociaal welbevinden van de zorgvrager
  • Het ondersteunen van de opvoedingstaken taken conform het zorg- en ondersteuningsplan
  • Het up-to-date houden van de eigen kennis
Is gebonden aan
  • Het ontvangen en uitvoeren van opdrachten toegewezen door de verantwoordelijke
  • De richtlijnen, procedures en protocollen aangaande de uit te voeren taken
  • Het beleid van de organisatie
  • Tijdsplanning, veiligheids-, gezondheids-, kwaliteits- en milieuvoorschriften en procedures
  • De organisatiegebonden gedragscode
  • De regelgevingen
Doet beroep op
  • De verantwoordelijke voor de opdracht, gegevens en bijkomende instructies en voor het afstemmen rond zorgdoelen
  • De verantwoordelijke, zorgvrager, omgeving van de zorgvrager, collega’s, …voor advies en samenwerking

Verantwoordelijkheid

  • Werkt volgens de wettelijke reglementeringen en procedure(s)
  • Handelt volgens de professionele gedragscodes
  • Verleent de zorg aan de hand van de kwaliteitsnormen
  • Werkt samen met de zorgvrager en communiceert professioneel binnen een zorgvrager-gerichte zorgrelatie
  • Ondersteunt empowerment en bevordert de zelfredzaamheid van de zorgvrager
  • Ontwikkelt de eigen deskundigheid
  • Draagt bij tot de ontwikkeling van het beroep
  • Plant en organiseert de zorg van de zorgvrager conform het zorg- en ondersteuningsplan
  • Evalueert de zorg en rapporteert in het zorgdossier
  • Voert EHBO uit bij noodsituaties
  • Voert de persoonsverzorging uit volgens het zorg- en ondersteuningsplan van de zorgvrager
  • Voert bijkomende persoonszorg voor zorgbehoevende personen uit conform de wettelijke bepalingen
  • Neemt primaire, secundaire en/of tertiaire preventieve maatregelen tijdens de zorgverlening
  • Vervult de huishoudelijke opdracht volgens vastgelegde zorg-, ondersteunings- en ontwikkelingsdoelen
  • Bereidt maaltijden
  • Verzorgt de kledij en het linnen van de zorgvrager (wassen, strijken en verstellen)
  • Zorgt voor het woon- en leefklimaat
  • Regelt ontspannings- en vrijetijdsactiviteiten volgens de verwachtingen en noden van de zorgvrager en stimuleert de zorgvrager om deel te nemen
  • Ondersteunt het psychosociale welbevinden van de zorgvrager
  • Ondersteunt bij de opvoeding

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Voor de beroepsuitoefening van ‘Verzorgende’ is het beschikken van volgende attesten en/of voldoen aan volgende voorwaarden wettelijk verplicht:
  • Kwalificatievereisten (aanvraag erkenningsnummer) zoals bepaald in Besluit van de Vlaamse Regering van 27 maart 2009 tot uitvoering van het decreet van 18 juli 2008 betreffende de zorg- en bijstandsverlening in de thuiszorg