Amateur cineast

 
BK-0414-2
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Amateur cineast

Definitie

De amateur cineast maakt in de vrije tijd audiovisueel werk met behulp van audiovisuele technieken teneinde zich artistiek uit te drukken en te ontplooien.

Niveau (VKS en EQF)

5

Jaar van erkenning

versie 2, 2019

Competenties

Opsomming competenties

Transversaal algemeen
  • Competentie 1:
    Werkt samen
    • Communiceert gepast met alle betrokken actoren.
    • Overlegt over de voorbereiding en uitvoering.
    • Doet een eigen inbreng.
    • Respecteert de inbreng van anderen.
    • Stelt zich flexibel op.
    • Werkt mee aan het groepsbelang.
    • Enthousiasmeert anderen.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van communicatietechnieken
  • Competentie 2:
    Coördineert de activiteiten van een groep
    • Stelt een planning op en past ze aan wijzigende omstandigheden aan.
    • Verdeelt taken en verantwoordelijkheden.
    • Informeert, begeleidt, stuurt en motiveert groepsleden.
    • Organiseert en leidt groepsoverleg.
    • Heeft oog voor de mogelijkheden van groepsleden.
    • Evalueert samen met de groepsleden.
    • Verschaft de groepsleden het nodige materiaal.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van communicatietechnieken
    • Basiskennis van groepsmanagement
  • Competentie 3:
    Functioneert binnen een groep
    • Beleeft de kunstuitvoering samen met anderen.
    • Leert bij en vervolmaakt zich door samen te creëren.
    • Kan omgaan met conflicten.
    • Is resultaatgericht.
    • Inspireert anderen.
    • Creëert en waakt over de groepsdynamiek.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van communicatietechnieken
    • Basiskennis van groepsmanagement
  • Competentie 4:
    Werkt met oog voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen
    • Handelt ergonomisch verantwoord.
    • Gaat veilig om met materiaal.
    • Signaleert risico’s.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis ergonomie
    • Basiskennis van veiligheidsregels
Transversaal creëren
  • Competentie 5:
    Ontwikkelt artistieke concepten en ideeën
    • Integreert opgedane inzichten in het creatieve proces.
    • Verzamelt basismateriaal.
    • Analyseert basismateriaal.
    • Werkt aan een persoonlijke visie.
    • Werkt aan een collectieve visie.
    • Gaat scheppend, associatief en (re)productief om met intuïties.
    • Interageert met andere artistieke disciplines.
    • Transformeert waarnemingen en indrukken in artistieke ideeën.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van andere artistieke disciplines
    • Basiskennis van audiovisueel materiaal
    • Basiskennis van creatieve processen in de audiovisuele sector
    • Basiskennis van de geschiedenis van film- en audiovisuele technieken
    • Basiskennis van film- en audiovisuele geschiedenis regisseurs, monteurs, cameramannen …
    • Basiskennis van het audiovisuele landschap
  • Competentie 6:
    Zet artistieke concepten en ideeën om in een uitvoerbaar geheel
    • Geeft vorm aan verbeelding.
    • Kiest materialen, technieken en methodes.
    • Hanteert materialen, technieken en methodes.
    • Interageert met betrokken medewerkers.
    • Bewaakt de artistieke visie.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van het bewaken van een artistieke visie
    • Basiskennis van het interageren met betrokken medewerkers
    • Kennis van audiovisuele materialen, technieken en methodes
    • Kennis van het hanteren van audiovisuele materialen, technieken en methodes
  • Competentie 7:
    Ontwikkelt een eigen artistieke praktijk
    • Heeft oog voor maatschappelijke en artistieke tendensen.
    • Heeft oog voor artistieke en culturele praktijken.
    • Heeft oog voor technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden.
    • Onderzoekt in functie van de eigen artistieke praktijk.
    • Reflecteert over eigen werk en over de eigen praktijk.
    • Ontwikkelt een eigen artistieke taal.
    • Heeft oog voor de eigen artistieke ontwikkeling.
    • Ontwikkelt de eigen deskundigheid..
    • Gaat constructief om met feedback.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van artistieke en culturele praktijken
    • Basiskennis van maatschappelijke en artistieke tendensen
    • Basiskennis van technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden
Specifieke activiteiten
  • Competentie 8:
    Werkt technisch verantwoorde en creatieve concepten uit in een film- of audiovisueel project
    • Past vernieuwing en originaliteit toe in het concept.
    • Vertaalt concepten naar de praktijk.
    • Schrijft en/of werkt een scenario uit.
    • Gebruikt audiovisuele technieken
    • Houdt rekening met esthetische en technische criteria.
    • Kiest apparatuur.
    • Voert locatieonderzoek uit.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis audiovisuele apparatuur
    • Basiskennis van de geschiedenis van film- en audiovisuele technieken
    • Basiskennis van film- en audiovisuele geschiedenis
    • Basiskennis van scenarioschrijven
    • Basiskennis van types audiovisuele en filmproducten (film, reportage ...)
    • Kennis van audiovisuele technieken (compositie, kadrage, camerastandpunt, camerabewegingen, montagemogelijkheden, lichtgevoeligheid, lichtwaarde …)
  • Competentie 9:
    Treft organisatorische voorbereidingen
    • Houdt rekening met de beschikbare tijd, budgetten en technische beperkingen.
    • Neemt deel aan overleg.
    • Analyseert de nood aan acteurs, technische medewerkers …
    • Bespreekt het concept of het scenario met acteurs, technische medewerkers …
    • Kiest locaties, decors, kostuums, licht, geluid …
    • Werkt een opname- en montageplanning uit.
    • Volgt de planning op.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis opname- en montageplanning
    • Basiskennis van budgetbeheer
    • Basiskennis van communicatietechnieken
    • Basiskennis van groepsmanagement
  • Competentie 10:
    Treft technische voorbereidingen
    • Kiest apparatuur (cameratype, lens, statief, filters, microfoons …).
    • Selecteert belichtingsmateriaal.
    • Installeert het opname-, belichtings- en videomateriaal op de opnamelocatie.
    • Bepaalt de positie van verlichting, decorstukken, persoon of object.
    • Houdt rekening met licht en weersomstandigheden bij buitenopnames.
    • Instrueert personen tijdens het treffen van technische voorbereidingen.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis audiovisuele apparatuur
    • Basiskennis belichting
    • Basiskennis belichtingsmateriaal
  • Competentie 11:
    Realiseert de opnames
    • Selecteert audiovisuele technieken.
    • Manifesteert een persoonlijke stijl.
    • Stelt de camera en de belichting in.
    • Stelt de geluidsapparatuur in.
    • Bedient het opnamemateriaal.
    • Bewaakt de technische beeld- en geluidskwaliteit.
    • Geeft aanwijzingen aan acteurs, technische medewerkers …
    • Improviseert bij onverwachte gebeurtenissen op de set.
    • Houdt rekening met licht en weersomstandigheden bij buitenopnames.
    • Instrueert personen tijdens het realiseren van opnames.
    • Respecteert eigendomsrechten en regelt toestemming voor gebruik tijdens het realiseren van opnames.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis audiovisuele opnametechnieken
    • Basiskennis belichting
    • Basiskennis intellectueel eigendomsrecht
    • Kennis audiovisueel materiaal
  • Competentie 12:
    Selecteert opnamemateriaal
    • Verzamelt opnames en laadt ze in in de computer.
    • Zet het aangeleverde beeldmateriaal om naar andere formaten om het te kunnen monteren.
    • Bekijkt de ongemonteerde opnames.
    • Selecteert opnamemateriaal in functie van het scenario.
    • Selecteert opnamemateriaal op basis van inhoudelijke en technische kwaliteit.
    • Hanteert eigen en/of collectieve artistieke criteria.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis audiovisuele opname- en weergavemateriaal
    • Basiskennis van compositie.
    • Basiskennis van film- en audiovisuele geschiedenis regisseurs, monteurs, cameramannen …
    • Basiskennis van kleurenleer.
    • Basiskennis van software voor digitale bewerking van beeld- en geluidsmateriaal
    • Kennis eigen en/of collectieve artistieke criteria
  • Competentie 13:
    Monteert opnamemateriaal
    • Bepaalt de volgorde van de beeld- en geluidsfragmenten
    • Monteert de geselecteerde beeld- en geluidsfragmenten in de gewenste volgorde en kort ze indien nodig in.
    • Kiest geluidsmateriaal naargelang de in beeld gebrachte thema’s (muziek, geluidseffecten, voice off, voice over, soundscapes …).
    • Voegt geluidsmateriaal toe naargelang de in beeld gebrachte thema’s (muziek, geluidseffecten, voice off, voice over, soundscapes …).
    • Synchroniseert geluid met beeld.
    • Maakt generieken, ondertitels, logo’s …
    • Voegt generieken, ondertitels, logo’s … toe
    • Kiest software voor digitale bewerking van beeld- en geluidsmateriaal
    • Gebruikt software voor digitale bewerking van beeld- en geluidsmateriaal
    • Respecteert eigendomsrechten en regelt toestemming voor gebruik tijdens het monteren van opnamemateriaal
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis intellectueel eigendomsrecht
    • Basiskennis van audiovisuele montagetechnieken
    • Basiskennis van de procedures om eigendomsrechten te regelen
    • Basiskennis van digitale beeldbewerking
    • Basiskennis van lay-out en vormgeving
    • Basiskennis van software voor digitale bewerking van beeld- en geluidsmateriaal
  • Competentie 14:
    Treedt naar buiten met audiovisueel materiaal
    • Bepaalt wanneer het werk kan getoond worden.
    • Bepaalt langs welke kanalen audiovisueel werk getoond wordt.
    • Maakt een selectie van te tonen werk in functie van kanaal en doel.
    • Hanteert eigen artistieke criteria.
    • Bewaakt de artistieke kwaliteit van de presentatiewijze.
    • Kiest bewust voor een bepaalde vormgeving.
    • Bepaalt de frequentie en wijze van communicatie.
    • Toont zijn werk aan andere amateurcineasten.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis presentatiewijzen
    • Basiskennis van kanalen (wedstrijden, groepstentoonstelling, solotentoonstelling, portfolio, online …) langs dewelke audiovisueel werk getoond wordt.
    • Kennis van eigen artistieke criteria
  • Competentie 15:
    Voorziet in het basisonderhoud van materiaal, apparatuur en accessoires
    • Houdt zich aan onderhoudsrichtlijnen (fabrikanteninstructies …).
    • Bewaart materiaal en apparatuur zorgvuldig.
    • Controleert regelmatig de correcte werking van materiaal, apparatuur en accessoires.
    • Reinigt regelmatig materiaal, apparatuur en accessoires.
    • Vervangt indien nodig defecte onderdelen.
    • Controleert de staat van de apparatuur.
    • Sluit mogelijke oorzaken van problemen één na één uit.
    • Voert reparaties uit.
    • Besteedt reparaties uit.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis bewaar- en onderhoudsvoorschriften
    • Basiskennis reiniging audiovisueel materiaal
    • Basiskennis reparatie audiovisueel materiaal
    • Basiskennis werking audiovisueel materiaal

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis audiovisuele apparatuur
  • Basiskennis audiovisuele opname- en weergavemateriaal
  • Basiskennis audiovisuele opnametechnieken
  • Basiskennis belichting
  • Basiskennis belichtingsmateriaal
  • Basiskennis bewaar- en onderhoudsvoorschriften
  • Basiskennis ergonomie
  • Basiskennis intellectueel eigendomsrecht
  • Basiskennis van andere artistieke disciplines
  • Basiskennis opname- en montageplanning
  • Basiskennis presentatiewijzen
  • Basiskennis reiniging audiovisueel materiaal
  • Basiskennis reparatie audiovisueel materiaal
  • Basiskennis van artistieke en culturele praktijken
  • Basiskennis van audiovisueel materiaal
  • Basiskennis van audiovisuele montagetechnieken
  • Basiskennis van budgetbeheer
  • Basiskennis van communicatietechnieken
  • Basiskennis van compositie.
  • Basiskennis van creatieve processen in de audiovisuele sector
  • Basiskennis van de geschiedenis van film- en audiovisuele technieken
  • Basiskennis van de procedures om eigendomsrechten te regelen
  • Basiskennis van digitale beeldbewerking
  • Basiskennis van film- en audiovisuele geschiedenis
  • Basiskennis van film- en audiovisuele geschiedenis regisseurs, monteurs, cameramannen …
  • Basiskennis van groepsmanagement
  • Basiskennis van het audiovisuele landschap
  • Basiskennis van het bewaken van een artistieke visie
  • Basiskennis van het interageren met betrokken medewerkers
  • Basiskennis van kanalen (wedstrijden, groepstentoonstelling, solotentoonstelling, portfolio, online …) langs dewelke audiovisueel werk getoond wordt.
  • Basiskennis van kleurenleer.
  • Basiskennis van lay-out en vormgeving
  • Basiskennis van maatschappelijke en artistieke tendensen
  • Basiskennis van scenarioschrijven
  • Basiskennis van software voor digitale bewerking van beeld- en geluidsmateriaal
  • Basiskennis van technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden
  • Basiskennis van types audiovisuele en filmproducten (film, reportage ...)
  • Basiskennis van veiligheidsregels
  • Basiskennis werking audiovisueel materiaal
  • Kennis audiovisueel materiaal
  • Kennis eigen en/of collectieve artistieke criteria
  • Kennis van audiovisuele materialen, technieken en methodes
  • Kennis van audiovisuele technieken (compositie, kadrage, camerastandpunt, camerabewegingen, montagemogelijkheden, lichtgevoeligheid, lichtwaarde …)
  • Kennis van eigen artistieke criteria
  • Kennis van het hanteren van audiovisuele materialen, technieken en methodes

Cognitieve vaardigheden

  • Communiceert gepast met alle betrokken actoren.
  • Overlegt over de voorbereiding en uitvoering.
  • Doet een eigen inbreng.
  • Respecteert de inbreng van anderen.
  • Stelt zich flexibel op.
  • Werkt mee aan het groepsbelang.
  • Enthousiasmeert anderen.
  • Stelt een planning op en past ze aan wijzigende omstandigheden aan.
  • Verdeelt taken en verantwoordelijkheden.
  • Informeert, begeleidt, stuurt en motiveert groepsleden.
  • Organiseert en leidt groepsoverleg.
  • Heeft oog voor de mogelijkheden van groepsleden.
  • Evalueert samen met de groepsleden.
  • Verschaft de groepsleden het nodige materiaal.
  • Beleeft de kunstuitvoering samen met anderen.
  • Leert bij en vervolmaakt zich door samen te creëren.
  • Kan omgaan met conflicten.
  • Is resultaatgericht.
  • Inspireert anderen.
  • Creëert en waakt over de groepsdynamiek.
  • Signaleert risico’s.
  • Integreert opgedane inzichten in het creatieve proces.
  • Verzamelt basismateriaal.
  • Analyseert basismateriaal.
  • Werkt aan een persoonlijke visie.
  • Werkt aan een collectieve visie.
  • Gaat scheppend, associatief en (re)productief om met intuïties.
  • Interageert met andere artistieke disciplines.
  • Transformeert waarnemingen en indrukken in artistieke ideeën.
  • Geeft vorm aan verbeelding.
  • Kiest materialen, technieken en methodes.
  • Interageert met betrokken medewerkers.
  • Bewaakt de artistieke visie.
  • Heeft oog voor maatschappelijke en artistieke tendensen.
  • Heeft oog voor artistieke en culturele praktijken.
  • Heeft oog voor technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden.
  • Onderzoekt in functie van de eigen artistieke praktijk.
  • Reflecteert over eigen werk en over de eigen praktijk.
  • Ontwikkelt een eigen artistieke taal.
  • Heeft oog voor de eigen artistieke ontwikkeling.
  • Ontwikkelt de eigen deskundigheid..
  • Gaat constructief om met feedback.
  • Past vernieuwing en originaliteit toe in het concept.
  • Vertaalt concepten naar de praktijk.
  • Schrijft en/of werkt een scenario uit.
  • Gebruikt audiovisuele technieken
  • Houdt rekening met esthetische en technische criteria.
  • Kiest apparatuur.
  • Voert locatieonderzoek uit.
  • Houdt rekening met de beschikbare tijd, budgetten en technische beperkingen.
  • Neemt deel aan overleg.
  • Analyseert de nood aan acteurs, technische medewerkers …
  • Bespreekt het concept of het scenario met acteurs, technische medewerkers …
  • Kiest locaties, decors, kostuums, licht, geluid …
  • Werkt een opname- en montageplanning uit.
  • Volgt de planning op.
  • Kiest apparatuur (cameratype, lens, statief, filters, microfoons …).
  • Selecteert belichtingsmateriaal.
  • Bepaalt de positie van verlichting, decorstukken, persoon of object.
  • Houdt rekening met licht en weersomstandigheden bij buitenopnames.
  • Instrueert personen tijdens het treffen van technische voorbereidingen.
  • Selecteert audiovisuele technieken.
  • Manifesteert een persoonlijke stijl.
  • Bewaakt de technische beeld- en geluidskwaliteit.
  • Geeft aanwijzingen aan acteurs, technische medewerkers …
  • Houdt rekening met licht en weersomstandigheden bij buitenopnames.
  • Instrueert personen tijdens het realiseren van opnames.
  • Respecteert eigendomsrechten en regelt toestemming voor gebruik tijdens het realiseren van opnames.
  • Bekijkt de ongemonteerde opnames.
  • Selecteert opnamemateriaal in functie van het scenario.
  • Selecteert opnamemateriaal op basis van inhoudelijke en technische kwaliteit.
  • Hanteert eigen en/of collectieve artistieke criteria.
  • Bepaalt de volgorde van de beeld- en geluidsfragmenten
  • Kiest geluidsmateriaal naargelang de in beeld gebrachte thema’s (muziek, geluidseffecten, voice off, voice over, soundscapes …).
  • Maakt generieken, ondertitels, logo’s …
  • Kiest software voor digitale bewerking van beeld- en geluidsmateriaal
  • Respecteert eigendomsrechten en regelt toestemming voor gebruik tijdens het monteren van opnamemateriaal
  • Bepaalt wanneer het werk kan getoond worden.
  • Bepaalt langs welke kanalen audiovisueel werk getoond wordt.
  • Maakt een selectie van te tonen werk in functie van kanaal en doel.
  • Hanteert eigen artistieke criteria.
  • Bewaakt de artistieke kwaliteit van de presentatiewijze.
  • Kiest bewust voor een bepaalde vormgeving.
  • Bepaalt de frequentie en wijze van communicatie.
  • Toont zijn werk aan andere amateurcineasten.
  • Houdt zich aan onderhoudsrichtlijnen (fabrikanteninstructies …).
  • Besteedt reparaties uit.

Probleemoplossende vaardigheden

  • Improviseert bij onverwachte gebeurtenissen op de set.
  • Sluit mogelijke oorzaken van problemen één na één uit.

Motorische vaardigheden

  • Handelt ergonomisch verantwoord.
  • Gaat veilig om met materiaal.
  • Hanteert materialen, technieken en methodes.
  • Installeert het opname-, belichtings- en videomateriaal op de opnamelocatie.
  • Stelt de camera en de belichting in.
  • Stelt de geluidsapparatuur in.
  • Bedient het opnamemateriaal.
  • Verzamelt opnames en laadt ze in in de computer.
  • Zet het aangeleverde beeldmateriaal om naar andere formaten om het te kunnen monteren.
  • Monteert de geselecteerde beeld- en geluidsfragmenten in de gewenste volgorde en kort ze indien nodig in.
  • Voegt geluidsmateriaal toe naargelang de in beeld gebrachte thema’s (muziek, geluidseffecten, voice off, voice over, soundscapes …).
  • Synchroniseert geluid met beeld.
  • Voegt generieken, ondertitels, logo’s … toe
  • Gebruikt software voor digitale bewerking van beeld- en geluidsmateriaal
  • Bewaart materiaal en apparatuur zorgvuldig.
  • Controleert regelmatig de correcte werking van materiaal, apparatuur en accessoires.
  • Reinigt regelmatig materiaal, apparatuur en accessoires.
  • Vervangt indien nodig defecte onderdelen.
  • Controleert de staat van de apparatuur.
  • Voert reparaties uit.

Omgevingscontext

  • De amateur cineast is actief uit interesse.
  • Het artistiek proces bepaalt de volgorde van uitvoering van de verschillende activiteiten.
  • Het gebonden zijn aan techniek bepaalt de werkwijze van de amateurcineast.
  • De amateur cineast werkt alleen of in teamverband.
  • De amateur cineast is actief in diverse omgevingen en omstandigheden zowel binnen als buiten.
  • Er is tijdsdruk als er in teamverband wordt samengewerkt.
  • De amateur cineast is actief in de amateurkunstensector. De omgeving is artistiek/creatief.
  • Resultaatgerichtheid en concentratie zijn belangrijke eigenschappen.
  • De kunstbeoefening gebeurt meestal in de vrije tijd.
  • De amateur cineast kan voor een organisator of opdrachtgever werken.

Handelingscontext

  • De amateur cineast heeft oog voor esthetiek.
  • Er is resultaatgerichtheid wat concentratie en nauwkeurigheid vergt.
  • De amateur cineast is actief betrokken bij de omgeving en gaat er flexibel mee om.
  • De handelingscontext is zeer afwisselend hetgeen reflectief handelen vereist.
  • De amateur cineast heeft oog voor de tevredenheid van de eventuele opdrachtgever en het publiek door met zorg, precisie en toewijding te werken.
  • De amateur cineast heeft bijzondere aandacht voor de (artistieke/creatieve) context van het eindproduct.
  • Het functioneren in een groep vraagt een zekere flexibiliteit.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het bedenken van concepten.
  • zijn bijdrage in het uitwerken tot een artistiek product.
  • het gebruiken van audiovisuele technieken.
  • het schrijven en/of uitwerken van een scenario.
  • het kiezen van de geschikte apparatuur.
  • het uitvoeren van een locatieonderzoek.
  • het treffen van de organisatorische voorbereidingen.
  • het treffen van de technische voorbereidingen (apparatuur, materiaal, belichting, omstandigheden …).
  • het realiseren van opnames en in het selecteren en monteren van het opnamemateriaal.
  • het naar buiten treden met zijn werk.
  • het voorzien in het basisonderhoud van materiaal, apparatuur en accessoires.
Is gebonden aan
  • de uitvoerbaarheid van het bedachte concept.
  • de technische mogelijkheden van de gebruikte apparatuur.
  • het intellectueel eigendomsrecht.
  • de wensen van de eventuele opdrachtgever.
Doet beroep op
  • collega’s amateur cineasten in functie van feedback.
  • acteurs, technische medewerkers …
  • de technische mogelijkheden van de gebruikte apparatuur.

Verantwoordelijkheid

  • Werkt samen
  • Coördineert de activiteiten van een groep
  • Functioneert binnen een groep
  • Werkt met oog voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen
  • Ontwikkelt artistieke concepten en ideeën
  • Zet artistieke concepten en ideeën om in een uitvoerbaar geheel
  • Ontwikkelt een eigen artistieke praktijk
  • Werkt technisch verantwoorde en creatieve concepten uit in een film- of audiovisueel project
  • Treft organisatorische voorbereidingen
  • Treft technische voorbereidingen
  • Realiseert de opnames
  • Selecteert opnamemateriaal
  • Monteert opnamemateriaal
  • Treedt naar buiten met audiovisueel materiaal
  • Voorziet in het basisonderhoud van materiaal, apparatuur en accessoires

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.