Skip to Main Content
 

Beroepskwalificatie

Matroos zeevisserij

 
BK-0199-2
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Matroos zeevisserij

Definitie

De matroos zeevisserij werkt in de zeevisserij en staat in voor het optuigen en onderhouden van vaar- en vistuigen, om de gevangen vis te verwerken, het schip te onderhouden en te reinigen rekening houdend met de veiligheidsvoorschriften teneinde de bedrijfsdoelstellingen te bekomen

Niveau (VKS en EQF)

2

Jaar van erkenning

versie 2, 2020

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband
    • Communiceert efficiënt met alle bemanningsleden
    • Wisselt informatie uit met alle bemanningsleden
    • Werkt efficiënt samen met de andere bemanningsleden
    • Past zich flexibel aan (verandering van bemanningsleden,…)
    • Rapporteert aan de leidinggevende
    • Volgt aanwijzingen van de leidinggevende
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van sociale vaardigheden
    • Basiskennis van teamwork
  • Competentie 2:
    Handelt volgens de afspraken aan boord
    • Respecteert de omgangsvormen
    • Handelt volgens aan boord gemaakte afspraken
    • Past kledij aan conform de taakuitvoering
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van sociale vaardigheden
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van afspraken aan boord
  • Competentie 3:
    Werkt met oog voor veiligheid, kwaliteit en welzijn
    • Werkt ergonomisch
    • Werkt economisch
    • Werkt ecologisch
    • Past de veiligheids- en milieuvoorschriften toe
    • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Ziet er op toe dat de bemanningsleden de collectieve beschermingsmiddelen aanwenden indien nodig
    • Meldt problemen aan de schipper
    • Volgt (verplichte) opleidingen
    • Leert nieuwe opgelegde technieken en past ze toe
    • Houdt het vissersvaartuig en de uitrusting hygiënisch
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van planning en organisatie van de werkzaamheden
    • Basiskennis van de wettelijke bepalingen in functie van de zeevisserij
    • Basiskennis van ergonomie in de scheepvaart
    • Basiskennis van kostenbewust omgaan met materialen en infrastructuur
    • Kennis van vakterminologie
    • Kennis van preventieve maatregelen en arbeidsveiligheid op zee
    • Kennis van de reglementering van de organisatie
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van gebruik van (werk)procedures
  • Competentie 4:
    Neemt maatregelen om het marien leefmilieu te beschermen
    • Past de internationale, nationale en bedrijfseigen milieuvoorschriften toe (MARPOL, …)
    • Sorteert afval en voert het af volgens de procedures
    • Stockeert gevaarlijke en ontvlambare producten volgens de procedures
    • Recupereert materialen
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van gebruik van (werk)procedures
    • Kennis van voorkoming van milieuverontreiniging op zee
  • Competentie 5:
    Onderhoudt het vissersvaartuig en de uitrusting
    • Stemt de techniek en het materieel af op de opdracht (schoonmaken, detergenten, …)
    • Houdt zich aan het onderhoudsprogramma
    • Controleert het dek en het materieel
    • Maakt materialen zeewaardig vast
    • Verbetert de situaties aan boord die een gevaar kunnen zijn
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de te gebruiken materialen
    • Kennis van de te gebruiken gereedschappen
    • Kennis van de te gebruiken apparatuur
  • Competentie 6:
    Helpt het vissersvaartuig veilig af- en aanmeren
    • Stemt de techniek af op de opdracht van de schipper (afstoppen, vieren, uitwerpen, losgooien, opschieten van de meertrossen en -touwen,…)
    • Geeft de schipper aanwijzingen bij het uitvoeren van de manoeuvres
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de stabiliteitsprincipes van het vaartuig
    • Basiskennis van typologie van vissersvaartuigen
    • Kennis van knoop- en touwwerktechnieken
  • Competentie 7:
    Controleert de (veiligheids-)uitrusting aan boord en oefent de veiligheidsprocedures op het vissersvaartuig
    • Controleert de (veiligheids)uitrusting op het vissersvaartuig
    • Meldt afwijkingen van de (veiligheids)uitrusting aan de schipper/reder
    • Houdt zich aan de richtlijnen voor veiligheid
    • Neemt deel aan de reddingsoefeningen (schipbreuk, brand, ongeval, …)
    • Oefent het gebruik van het reddingsmateriaal en brandbestrijdingsmiddelen
    • Oefent EHBO (verzorgen brandwonden, CPR, …)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de stabiliteitsprincipes van het vaartuig
    • Basiskennis van gebruik van communicatiemiddelen
    • Basiskennis van het veiligheidsplan en de veiligheidsuitrusting aan boord
    • Kennis van preventieve maatregelen en arbeidsveiligheid op zee
    • Kennis van brandpreventie en brandbestrijding,
    • Kennis van EHBO
    • Kennis van persoonlijke overlevingstechnieken, persoonlijke veiligheid, samenwerken in nood en gebruik reddingsvlot
  • Competentie 8:
    Voert de opgedragen maatregelen uit bij incidenten en/of accidenten (storingen, inbreuk, ongeval, ...)
    • Draagt beschermings- en reddingsmaterieel (reddingsvest met MOB-zender, veiligheidshelm, …)
    • Verlaat het vissersvaartuig indien nodig op een veilige manier volgens het evacuatieplan
    • Rapporteert een incident en/of een accident aan de schipper
    • Hanteert persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Verwittigt in geval van nood de andere opvarenden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de stabiliteitsprincipes van het vaartuig
    • Basiskennis van typologie van vissersvaartuigen
    • Basiskennis van gebruik van communicatiemiddelen
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van brandpreventie en brandbestrijding,
    • Kennis van EHBO
    • Kennis van persoonlijke overlevingstechnieken, persoonlijke veiligheid, samenwerken in nood en gebruik reddingsvlot
    • Kennis van de te gebruiken materialen
  • Competentie 9:
    Helpt en houdt toezicht bij het uitzetten en ophalen van de vistuigen
    • Volgt instructies gekregen van op de brug op
    • Zet de instructies om in handelingen aan dek
    • Houdt zich aan de richtlijnen voor veiligheid
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de te gebruiken materialen
    • Kennis van de te gebruiken gereedschappen
    • Kennis van de te gebruiken apparatuur
  • Competentie 10:
    Haalt de vangst op, sorteert en verwerkt de vangst
    • Haalt de netten binnen samen met de andere bemanningsleden
    • Controleert de vis
    • Stript (gut) de vis
    • Bergt de vis op in de viskisten
    • Stapelt de viskisten zeewaardig in het visruim
    • Bedient een weegschaal
    • Gaat de temperatuur van de koelruimte na
    • Houdt zich aan de richtlijnen voor voedselveiligheid
    • Houdt indien nodig loten apart (traceerbaarheid)
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van technieken voor visverwerking aan boord
    • Kennis van de te gebruiken materialen
    • Kennis van de te gebruiken gereedschappen
    • Kennis van de te gebruiken apparatuur
    • Kennis van de te gebruiken producten ((vis)kisten, schoonmaakproducten,…)
  • Competentie 11:
    Onderzoekt de staat van de netten, sleepnetten, boeien, touwen en voert de nodige herstellingen uit
    • Herkent netsoorten (maaswijdte, tekening, …)
    • Stemt de techniek en het materieel af op de opdracht (breien, boeten, touwwerk en kabels splitsen, …)
    • Voert in opdracht preventief onderhoud uit
    • Merkt afwijkingen op en overlegt met de schipper
    • Vernieuwt vislijnen, borgen, kabels van de gieken, …
    • Vult tekorten in het nettenruim aan voor het vertrek
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van knoop- en touwwerktechnieken
    • Kennis van onderhoudsprocedures
    • Kennis van de te gebruiken materialen
    • Kennis van de te gebruiken gereedschappen

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van de stabiliteitsprincipes van het vaartuig
  • Basiskennis van de wettelijke bepalingen in functie van de zeevisserij
  • Basiskennis van ergonomie in de scheepvaart
  • Basiskennis van gebruik van communicatiemiddelen
  • Basiskennis van het veiligheidsplan en de veiligheidsuitrusting aan boord
  • Basiskennis van kostenbewust omgaan met materialen en infrastructuur
  • Basiskennis van planning en organisatie van de werkzaamheden
  • Basiskennis van sociale vaardigheden
  • Basiskennis van teamwork
  • Basiskennis van typologie van vissersvaartuigen
  • Kennis van vakterminologie
  • Kennis van afspraken aan boord
  • Kennis van brandpreventie en brandbestrijding,
  • Kennis van de reglementering van de organisatie
  • Kennis van de te gebruiken apparatuur
  • Kennis van de te gebruiken gereedschappen
  • Kennis van de te gebruiken materialen
  • Kennis van de te gebruiken producten ((vis)kisten, schoonmaakproducten,…)
  • Kennis van EHBO
  • Kennis van gebruik van (werk)procedures
  • Kennis van knoop- en touwwerktechnieken
  • Kennis van onderhoudsprocedures
  • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Kennis van persoonlijke overlevingstechnieken, persoonlijke veiligheid, samenwerken in nood en gebruik reddingsvlot
  • Kennis van preventieve maatregelen en arbeidsveiligheid op zee
  • Kennis van technieken voor visverwerking aan boord
  • Kennis van voorkoming van milieuverontreiniging op zee

Cognitieve vaardigheden

  • Communiceert efficiënt met alle bemanningsleden
  • Controleert de (veiligheids)uitrusting op het vissersvaartuig
  • Controleert de vis
  • Controleert het dek en het materieel
  • Geeft de schipper aanwijzingen bij het uitvoeren van de manoeuvres
  • Handelt volgens aan boord gemaakte afspraken
  • Herkent netsoorten (maaswijdte, tekening, …)
  • Houdt zich aan de richtlijnen voor veiligheid
  • Houdt zich aan de richtlijnen voor voedselveiligheid
  • Leert nieuwe opgelegde technieken en past ze toe
  • Past de internationale, nationale en bedrijfseigen milieuvoorschriften toe (MARPOL, …)
  • Past de veiligheids- en milieuvoorschriften toe
  • Past zich flexibel aan (verandering van bemanningsleden,…)
  • Rapporteert aan de leidinggevende
  • Respecteert de omgangsvormen
  • Stemt de techniek af op de opdracht van de schipper (afstoppen, vieren, uitwerpen, losgooien, opschieten van de meertrossen en -touwen,…)
  • Stemt de techniek en het materieel af op de opdracht (breien, boeten, touwwerk en kabels splitsen, …)
  • Stemt de techniek en het materieel af op de opdracht (schoonmaken, detergenten, …)
  • Verbetert de situaties aan boord die een gevaar kunnen zijn
  • Voert in opdracht preventief onderhoud uit
  • Volgt aanwijzingen van de leidinggevende
  • Volgt instructies gekregen van op de brug op
  • Volgt (verplichte) opleidingen
  • Werkt ecologisch
  • Werkt economisch
  • Werkt efficiënt samen met de andere bemanningsleden
  • Werkt ergonomisch
  • Wisselt informatie uit met alle bemanningsleden
  • Zet de instructies om in handelingen aan dek
  • Ziet er op toe dat de bemanningsleden de collectieve beschermingsmiddelen aanwenden indien nodig

Probleemoplossende vaardigheden

  • Meldt afwijkingen van de (veiligheids)uitrusting aan de schipper/reder
  • Meldt problemen aan de schipper
  • Merkt afwijkingen op en overlegt met de schipper
  • Rapporteert een incident en/of een accident aan de schipper
  • Verwittigt in geval van nood de andere opvarenden

Motorische vaardigheden

  • Bedient een weegschaal
  • Bergt de vis op in de viskisten
  • Draagt beschermings- en reddingsmaterieel (reddingsvest met MOB-zender, veiligheidshelm, …)
  • Gaat de temperatuur van de koelruimte na
  • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Haalt de netten binnen samen met de andere bemanningsleden
  • Hanteert persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Houdt het vissersvaartuig en de uitrusting hygiënisch
  • Houdt indien nodig loten apart (traceerbaarheid)
  • Maakt materialen zeewaardig vast
  • Neemt deel aan de reddingsoefeningen (schipbreuk, brand, ongeval, …)
  • Oefent EHBO (verzorgen brandwonden, CPR, …)
  • Oefent het gebruik van het reddingsmateriaal en brandbestrijdingsmiddelen
  • Past kledij aan conform de taakuitvoering
  • Recupereert materialen
  • Sorteert afval en voert het af volgens de procedures
  • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • Stapelt de viskisten zeewaardig in het visruim
  • Stockeert gevaarlijke en ontvlambare producten volgens de procedures
  • Stript (gut) de vis
  • Verlaat het vissersvaartuig indien nodig op een veilige manier volgens het evacuatieplan
  • Vernieuwt vislijnen, borgen, kabels van de gieken, …
  • Vult tekorten in het nettenruim aan voor het vertrek

Omgevingscontext

  • De organisatie van de werkzaamheden wordt deels bepaald door vigerende wet- en regelgeving, deels door meer context specifieke elementen zoals infrastructuur, de steeds wisselende praktijksituaties
  • De situatie aan boord kan het werken in moeilijke houdingen en omstandigheden impliceren
  • De tijd aan boord wordt contractueel overeengekomen
  • De zeevisserij kent zeer veel nationale en internationale reglementeringen, normen, aanbevelingen en technische voorlichtingsfiches inzake kwaliteit, veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu
  • Dit beroep houdt in dat men zich 24 op 24 u aan boord bevindt waarbij men moet kunnen leven en werken op een beperkte oppervlakte en dit gedurende een langere periode wat invloed heeft op de privacy van alle teamleden (verschillende nationaliteiten, culturen, karakters, …)onontbeerlijk is
  • Dit beroep wordt uitgeoefend in het maritiem milieu. De activiteiten vinden plaats op het vissersvaartuig of in de directe nabijheid van het vissersvaartuig. De activiteiten kunnen aan dek en in een koelzone plaatsvinden.
  • Dit beroep wordt uitgeoefend in teamverband, waarbij de nodige flexibiliteit belangrijk is om zich aan te passen aan wijzigingen van planning, omgeving, weersomstandigheden en soort visvangst
  • Dit beroep wordt uitgeoefend met aangepaste/veranderende werktijden, in shift (volcontinu, tijdens de nacht, het weekend en tijdens feestdagen)
  • Er kan steeds via radio beroep doen op technische bijstand vanuit de rederij/leverancier
  • Er wordt gewerkt in een omgeving waarin uitvoerende taken moeten gecombineerd worden. Hij gaat hierbij zowel routinematige als meer specifieke handelingen uitvoeren. Hij moet bij bepaalde omstandigheden snel, alert en oplossingsgericht te werk gaan
  • Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen is verplicht
  • Het respecteren van tijdschema’s is noodzakelijk voor bepaalde opdrachten.
  • Verlof wordt toegestaan in samenspraak met de rederij, zodat een vissersvaartuig nooit onbemand is of met een tekort aan gekwalificeerd personeel vaart.

Handelingscontext

  • De matroos draagt persoonlijke beschermingskledij
  • De matroos gaat op constructieve en transparante wijze informatie uitwisselen met de andere bemanningsleden
  • De matroos kan gericht reageren bij gevaarlijke situaties
  • De matroos kan zich aanpassen en flexibel opstellen bij wisselende omgevingsfactoren
  • De matroos moet aandacht hebben voor de voor voedselveiligheid en hygiëne
  • De matroos moet bijblijven met de ontwikkelingen binnen de sector, dit vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen
  • De matroos moet steeds de veiligheids- en kwaliteitsvoorschriften respecteren
  • De matroos moet zorgvuldig gebruik maken van materieel

Autonomie

Is zelfstandig in
  • Aanvullen van tekorten in het nettenruim
  • Controleren, strippen en opbergen van de vis
  • Controleren van de werking van de installaties en het reddingsmaterieel
  • Het mogelijk toepassen van het evacuatieplan
  • Het onderzoeken en herstellen van de staat van de (sleep)netten, boeien, touwen
  • Het opruimen en schoonmaken van het vaartuig
  • Het reinigen van het materieel
  • Het sorteren van afval
  • Het uitvoeren van beroepsspecifieke handelingen conform de wettelijke* bepalingen
  • Het voorbereiden, uitvoeren en controleren van eigen werkzaamheden
  • Het zeewaardig maken van het materieel
  • Vernieuwen van vislijnen, borgen, kabels van gieken, …
Is gebonden aan
  • De bedrijfseigen procedures
  • De door de regelgeving beschreven beroeps specifieke competenties
  • De instructies van de schipper
  • De nationale en internationale wetgeving
  • De orde en tuchtregeling van het vaartuig
  • De veiligheids-, gezondheids-, kwaliteits- en milieuvoorschriften
  • De werkopdracht en tijdsplanning,
  • Instructies en afspraken met betrekking tot de eigen werkzaamheden,
Doet beroep op
  • De bemanningsleden voor het ondersteunen van de activiteiten indien hij deze niet alleen kan afwerken
  • De leidinggevende voor de werkopdracht, gegevens, melden van problemen, gevaarlijke situaties en bijkomende instructies
* Koninklijk besluit van 13/11/2009 inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor de zeevisserijvaart, federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer

Verantwoordelijkheid

  • Controleert de (veiligheids-)uitrusting aan boord en oefent de veiligheidsprocedures op het vissersvaartuig
  • Haalt de vangst op, sorteert en verwerkt de vangst
  • Handelt volgens de afspraken aan boord
  • Helpt en houdt toezicht bij het uitzetten en ophalen van de vistuigen
  • Helpt het vissersvaartuig veilig af- en aanmeren
  • Neemt maatregelen om het marien leefmilieu te beschermen
  • Onderhoudt het vissersvaartuig en de uitrusting
  • Onderzoekt de staat van de netten, sleepnetten, boeien, touwen en voert de nodige herstellingen uit
  • Voert de opgedragen maatregelen uit bij incidenten en/of accidenten (storingen, inbreuk, ongeval, ...)
  • Werkt in teamverband
  • Werkt met oog voor veiligheid, kwaliteit en welzijn

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Voor de beroepsuitoefening van ‘Matroos zeevisserij’ is het beschikken van volgende attesten en/of voldoen aan volgende voorwaarden wettelijk verplicht:
  • Attest zeevisserij zoals bepaald in Koninklijk besluit van 13/11/2009 inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor de zeevisserijvaart, federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer.