Skip to Main Content
 

Beroepskwalificatie

Diamantsorteerder

 

BK-0592-1
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Diamantsorteerder

Definitie

De diamantsorteerder sorteert ruwe en/of geslepen (gezaagde) diamanten teneinde ze in productcategorieën onder te brengen.

Niveau (VKS en EQF)

4

Jaar van erkenning

versie 1, 2024

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband.
    • Houdt zich aan de afspraken van het team.
    • Past de eigen manier van werken aan om het team vooruit te helpen.
    • Respecteert het werk van anderen.
    • Geeft constructieve feedback en doet suggesties.
    • Gaat constructief om met feedback.
    • Communiceert effectief en efficiënt.
    • Wisselt informatie uit.
    • Past zich flexibel aan wijzigende omstandigheden aan.
    • Werkt efficiënt samen.
    • Vraagt hulp of advies.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van communicatietechnieken
    • Basiskennis van sociaal en teamgericht handelen
    • Basiskennis van beroepsreglementering en plichtenleer
    • Kennis van informatiesystemen
    • Kennis van organisatiestructuur
    • Kennis van bedrijfscultuur
    • Kennis van bedrijfsgebonden werkafspraken
    • Grondige kennis van vakterminologie
  • Competentie 2:
    Werkt met oog voor welzijn, veiligheid, orde en netheid.
    • Respecteert de codex welzijn op het werk.
    • Controleert de staat van de arbeidsmiddelen.
    • Draagt zorg voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen.
    • Meldt problemen i.v.m. welzijn op het werk.
    • Analyseert informatie i.v.m. welzijn op het werk.
    • Formuleert verbetervoorstellen i.v.m. welzijn op het werk.
    • Optimaliseert de werkomstandigheden i.v.m. welzijn op het werk.
    • Past preventieve maatregelen toe om welzijn op het werk te garanderen.
    • Werkt ergonomisch.
    • Meldt problemen i.v.m. veiligheid op het werk.
    • Analyseert informatie i.v.m. veiligheid op het werk.
    • Formuleert verbetervoorstellen i.v.m. veiligheid op het werk.
    • Optimaliseert de werkomstandigheden i.v.m. veiligheid op het werk.
    • Past preventieve maatregelen toe om veiligheid op het werk te garanderen.
    • Werkt conform veiligheidsvoorschriften en -richtlijnen.
    • Instrueert medewerkers in het werken volgens veiligheidsvoorschriften en -richtlijnen.
    • Gebruikt arbeidsmiddelen volgens de veiligheidsinstructies.
    • Past de veiligheidsprocedures toe.
    • Werkt op een ordelijke en nette manier.
    • Ziet toe op orde en netheid.
    • Richt de werkplek in.
    • Bergt eigen arbeidsmiddelen op.
    • Draagt zorg voor arbeidsmiddelen.
    • Ruimt de werkplek op.
    • Gebruikt schoonmaakmaterieel en -middelen.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van wetgeving "Welzijn op het werk"
    • Basiskennis van voorschriften en richtlijnen m.b.t. welzijn op het werk
    • Basiskennis van preventieve maatregelen om welzijn op het werk te garanderen
    • Basiskennis van ergonomische werkhouding
    • Basiskennis van procedures m.b.t. veiligheid op het werk
    • Basiskennis van preventieve maatregelen om veiligheid op het werk te garanderen
    • Basiskennis van veiligheidsvoorschriften en -richtlijnen
    • Basiskennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Basiskennis van procedure voor risicoanalyse
    • Basiskennis van voorschriften en richtlijnen m.b.t. orde en netheid
    • Basiskennis van de inrichting van de werkplek
    • Basiskennis van schoonmaakmaterieel en -middelen
    • Kennis van arbeidsmiddelen
    • Kennis van gebruik van arbeidsmiddelen
  • Competentie 3:
    Werkt duurzaam en milieubewust.
    • Werkt ecologisch.
    • Werkt conform milieuvoorschriften en -richtlijnen.
    • Ziet er op toe dat milieuvoorschriften worden gerespecteerd.
    • Houdt rekening met de mogelijke impact van werkzaamheden op het milieu.
    • Neemt maatregelen in het kader van milieubewust werken.
    • Beperkt afval en restproducten.
    • Sorteert afval volgens richtlijnen.
    • Verwijdert afval volgens richtlijnen.
    • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen.
    • Stockeert gevaarlijke en ontvlambare producten volgens voorschriften.
    • Werkt duurzaam.
    • Werkt met oog voor duurzaam gebruik van materialen en energie.
    • Gebruikt energiestromen duurzaam.
    • Gebruikt materialen duurzaam.
    • Gebruikt water duurzaam.
    • Verwerkt restmateriaal.
    • Werkt met oog voor de energieprestatie van gebouwen.
    • Werkt kostenbewust.
    • Gaat kostenbesparend om met materialen, arbeidsmiddelen en tijd.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van ecologische (basis)principes
    • Basiskennis van ecologische producten
    • Basiskennis van ecosystemen
    • Basiskennis van milieuvoorschriften
    • Basiskennis van milieunormen
    • Basiskennis van milieuzorgsystemen
    • Basiskennis van afvalpreventie
    • Basiskennis van restproducten
    • Basiskennis van soorten afval
    • Basiskennis van richtlijnen voor het sorteren van afval
    • Basiskennis van richtlijnen voor het verwijderen van afval
    • Basiskennis van voorschriften voor opslag van gevaarlijke en ontvlambare producten
    • Basiskennis van gevaarlijke en ontvlambare producten
    • Basiskennis van duurzame productiemethoden
    • Basiskennis van (basis)principes van duurzaamheid
    • Basiskennis van geoptimaliseerd verbruik van energie(stromen)
    • Basiskennis van geoptimaliseerd verbruik van materialen
    • Basiskennis van geoptimaliseerd verbruik van water
    • Basiskennis van restmateriaal
    • Basiskennis van recuperatie van water
    • Basiskennis van verwerking van restmateriaal
    • Basiskennis van energieprestatieregelgeving (EPB, EPC, …)
    • Basiskennis van kostenbewustzijn
    • Basiskennis van richtlijnen om kostenbesparend te werken
  • Competentie 4:
    Werkt kwaliteitsvol.
    • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid.
    • Werkt met oog voor detail.
    • Werkt conform de kwaliteitsvoorschriften en -richtlijnen.
    • Instrueert medewerkers in het werken volgens kwaliteitsvoorschriften en -richtlijnen.
    • Ziet er op toe dat kwaliteitsvoorschriften worden nageleefd.
    • Past kwaliteitsnormen toe.
    • Instrueert medewerkers in het werken volgens kwaliteitsnormen.
    • Ziet er op toe dat kwaliteitsnormen worden nageleefd.
    • Gebruikt meetinstrumenten.
    • Gebruikt controle-instrumenten.
    • Evalueert de eigen werkzaamheden en stuurt indien nodig bij.
    • Evalueert de werkzaamheden van anderen en stuurt indien nodig bij.
    • Evalueert de kwaliteit van geleverde diensten en stuurt indien nodig bij.
    • Evalueert de kwaliteit van producten en stuurt indien nodig bij.
    • Spoort afwijkingen i.v.m. kwaliteit op.
    • Neemt maatregelen bij kwaliteitsafwijkingen.
    • Meldt afwijkingen i.v.m. kwaliteit.
    • Neemt actie bij producten die niet voldoen aan de voorschriften.
    • Respecteert kwaliteitsprocedures.
    • Voert kwaliteitscontroles uit.
    • Neemt en labelt representatieve stalen.
    • Volgt continu data op via beeldschermen.
    • Analyseert de resultaten van kwaliteitscontroles.
    • Vergelijkt resultaten van kwaliteitscontroles met kwaliteitsnormen.
    • Gaat na wat de oorzaak is van een kwaliteitsafwijking.
    • Formuleert verbetervoorstellen i.v.m. kwaliteit.
    • Optimaliseert kwaliteitsvoorschriften.
    • Optimaliseert kwaliteitsprocedures.
    • Optimaliseert kwaliteitsbeleid.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van kwaliteitsvoorschriften
    • Basiskennis van kwaliteitsnormen
    • Basiskennis van kwaliteitsbeleid
    • Basiskennis van kwaliteitszorg
    • Kennis van het productieproces
    • Grondige kennis van meetmethoden en -instrumenten
    • Grondige kennis van controlemethoden en -instrumenten
    • Grondige kennis van beoordelingscriteria
    • Grondige kennis van toleranties
    • Grondige kennis van kritische controlepunten
    • Grondige kennis van staalnames
    • Grondige kennis van procedures voor productcontrole
    • Grondige kennis van procedures voor kwaliteitscontrole
    • Grondige kennis van kwaliteitsanalyse
    • Grondige kennis van kwaliteitsverbetering
  • Competentie 5:
    Houdt gegevens bij over de werkzaamheden.
    • Houdt zich aan (bedrijfsgebonden) richtlijnen.
    • Gebruikt taakgerichte software.
    • Registreert de werkzaamheden.
    • Rapporteert over de werkzaamheden.
    • Registreert gegevens over het productieproces.
    • Rapporteert over het productieproces.
    • Registreert het gebruik van materialen.
    • Registreert het gebruik van grondstoffen.
    • Draagt werkzaamheden over.
    • Wisselt informatie uit (mondeling, schriftelijk).
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van communicatietechnieken
    • Kennis van registratietechnieken
    • Kennis van registratiesystemen
    • Kennis van rapporteringstechnieken
    • Kennis van projectmanagementtool
    • Kennis van taakgerichte software
    • Kennis van materialen
    • Kennis van grondstoffen
    • Kennis van voorraadbeheer
    • Kennis van (productie)planning
    • Kennis van het productieproces
    • Kennis van het werkproces
    • Kennis van (bedrijfsgebonden) richtlijnen
    • Kennis van informatiestromen binnen de organisatie
  • Competentie 6:
    Bouwt de eigen deskundigheid op.
    • Raadpleegt vakspecifieke informatiebronnen.
    • Beoordeelt vakspecifieke informatiebronnen.
    • Bouwt een netwerk uit.
    • Onderhoudt een netwerk.
    • Past het geleerde toe in de praktijk.
    • Wisselt deskundigheid uit.
    • Gaat constructief om met feedback.
    • Volgt ontwikkelingen in het vakgebied op.
    • Evalueert de impact van ontwikkelingen in het vakgebied op de eigen deskundigheid.
    • Evalueert het eigen handelen en stuurt bij.
    • Vormt zich permanent (opleidingen, studiedagen, werkgroepen, colloquia…).
    • Zoekt naar vormingen die tegemoet komen aan de eigen leerbehoefte.
    • Meldt de behoefte aan vorming.
  • met inbegrip van kennis:
    • Grondige kennis van vakterminologie
    • Grondige kennis van vakspecifieke informatiebronnen
    • Grondige kennis van vakspecifieke ontwikkelingen
    • Grondige kennis van vakspecifieke technieken, materialen en materieel
    • Grondige kennis van vakspecifiek netwerk
    • Grondige kennis van vakspecifieke vormingen (opleidingen, studiedagen, werkgroepen, colloquia…)
    • Grondige kennis van reflectietechnieken
  • Competentie 7:
    Sorteert diamanten.
    • Sorteert ruwe en/of geslepen (gezaagde) diamanten in categorieën naargelang hun gewicht, vorm, helderheid en kleur (de 3 of 4 C’s: carat, (cut), clarity, colour).
    • Onderzoekt oppervlakken en interne structuren met behulp van optische instrumenten om stenen te onderscheiden, om zeldzame exemplaren te identificeren, om gebreken of eigenaardigheden te detecteren die de waarde van de diamant beïnvloeden.
    • Documenteert de geïdentificeerde kenmerken van de diamanten, bv. in diagrammen.
    • Beveiligt geslepen diamanten (bv. in houders, klauwplaten, dops, lapidaire stokken of blokken voor snijden, polijsten, slijpen, boren of vormen).
    • Dompelt diamanten onder in voorgeschreven chemische oplossingen om de specifieke zwaartekracht te bepalen.
    • Verlegt, indien gevraagd, de sorteergrens.
    • Herkent onregelmatigheden in een lot.
    • Haalt diamanten met gebroken kolletten uit een lot.
    • Maakt melding van een uitzonderlijk goed of slecht maaksel aan de leidinggevende of opdrachtgever.
    • Maakt gebruik van manuele, machinale en digitale gereedschappen en apparatuur om de kenmerken van diamanten vast te stellen.
    • Houdt zich aan de sorteercriteria bepaald door de leidinggevende of opdrachtgever.
    • Handelt conform de deontologische code eigen aan het bedrijf.
    • Brengt in 3D inclusies in diamanten in kaart.
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van ergonomie
    • Kennis van de kenmerken die de waarde van diamanten beïnvloeden
    • Kennis van de deontologische code eigen aan het bedrijf
    • Grondige kennis van het in 3D in kaart brengen van inclusies in diamanten
    • Grondige kennis van (het gebruik van) manuele, machinale en digitale gereedschappen en apparatuur om de kenmerken van diamanten vast te stellen
    • Grondige kennis van technieken en methoden om diamanten te sorteren
    • Grondige kennis van kenmerken van diamanten (gewicht, vorm, helderheid, kleur …)
    • Grondige kennis van criteria om diamanten te sorteren (op het vlak van gewicht, vorm, helderheid, kleur …)
    • Grondige kennis van categorieën van diamanten
    • Grondige kennis van manieren om de kenmerken van diamanten te documenteren
    • Grondige kennis van het beveiligen van geslepen diamanten
    • Grondige kennis van kwaliteiten van maaksels van diamanten
    • Grondige kennis van Rubin / mm ziften
    • Grondige kennis van screening en identificatie van undisclosed synthetische en kleur-verbeterde diamanten

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van afvalpreventie
  • Basiskennis van (basis)principes van duurzaamheid
  • Basiskennis van beroepsreglementering en plichtenleer
  • Basiskennis van communicatietechnieken
  • Basiskennis van de inrichting van de werkplek
  • Basiskennis van duurzame productiemethoden
  • Basiskennis van ecologische (basis)principes
  • Basiskennis van ecologische producten
  • Basiskennis van ecosystemen
  • Basiskennis van energieprestatieregelgeving (EPB, EPC, …)
  • Basiskennis van ergonomie
  • Basiskennis van ergonomische werkhouding
  • Basiskennis van geoptimaliseerd verbruik van energie(stromen)
  • Basiskennis van geoptimaliseerd verbruik van materialen
  • Basiskennis van geoptimaliseerd verbruik van water
  • Basiskennis van gevaarlijke en ontvlambare producten
  • Basiskennis van kostenbewustzijn
  • Basiskennis van kwaliteitsbeleid
  • Basiskennis van kwaliteitsnormen
  • Basiskennis van kwaliteitsvoorschriften
  • Basiskennis van kwaliteitszorg
  • Basiskennis van milieunormen
  • Basiskennis van milieuvoorschriften
  • Basiskennis van milieuzorgsystemen
  • Basiskennis van preventieve maatregelen om veiligheid op het werk te garanderen
  • Basiskennis van preventieve maatregelen om welzijn op het werk te garanderen
  • Basiskennis van procedure voor risicoanalyse
  • Basiskennis van procedures m.b.t. veiligheid op het werk
  • Basiskennis van recuperatie van water
  • Basiskennis van restmateriaal
  • Basiskennis van restproducten
  • Basiskennis van richtlijnen om kostenbesparend te werken
  • Basiskennis van richtlijnen voor het sorteren van afval
  • Basiskennis van richtlijnen voor het verwijderen van afval
  • Basiskennis van schoonmaakmaterieel en -middelen
  • Basiskennis van sociaal en teamgericht handelen
  • Basiskennis van soorten afval
  • Basiskennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Basiskennis van veiligheidsvoorschriften en -richtlijnen
  • Basiskennis van verwerking van restmateriaal
  • Basiskennis van voorschriften en richtlijnen m.b.t. orde en netheid
  • Basiskennis van voorschriften en richtlijnen m.b.t. welzijn op het werk
  • Basiskennis van voorschriften voor opslag van gevaarlijke en ontvlambare producten
  • Basiskennis van wetgeving "Welzijn op het werk"
  • Kennis van arbeidsmiddelen
  • Kennis van bedrijfscultuur
  • Kennis van (bedrijfsgebonden) richtlijnen
  • Kennis van bedrijfsgebonden werkafspraken
  • Kennis van de deontologische code eigen aan het bedrijf
  • Kennis van de kenmerken die de waarde van diamanten beïnvloeden
  • Kennis van gebruik van arbeidsmiddelen
  • Kennis van grondstoffen
  • Kennis van het productieproces
  • Kennis van het werkproces
  • Kennis van informatiestromen binnen de organisatie
  • Kennis van informatiesystemen
  • Kennis van materialen
  • Kennis van organisatiestructuur
  • Kennis van (productie)planning
  • Kennis van projectmanagementtool
  • Kennis van rapporteringstechnieken
  • Kennis van registratiesystemen
  • Kennis van registratietechnieken
  • Kennis van taakgerichte software
  • Kennis van voorraadbeheer
  • Grondige kennis van beoordelingscriteria
  • Grondige kennis van categorieën van diamanten
  • Grondige kennis van controlemethoden en -instrumenten
  • Grondige kennis van criteria om diamanten te sorteren (op het vlak van gewicht, vorm, helderheid, kleur …)
  • Grondige kennis van het beveiligen van geslepen diamanten
  • Grondige kennis van (het gebruik van) manuele, machinale en digitale gereedschappen en apparatuur om de kenmerken van diamanten vast te stellen
  • Grondige kennis van het in 3D in kaart brengen van inclusies in diamanten
  • Grondige kennis van kenmerken van diamanten (gewicht, vorm, helderheid, kleur …)
  • Grondige kennis van kritische controlepunten
  • Grondige kennis van kwaliteiten van maaksels van diamanten
  • Grondige kennis van kwaliteitsanalyse
  • Grondige kennis van kwaliteitsverbetering
  • Grondige kennis van manieren om de kenmerken van diamanten te documenteren
  • Grondige kennis van meetmethoden en -instrumenten
  • Grondige kennis van procedures voor kwaliteitscontrole
  • Grondige kennis van procedures voor productcontrole
  • Grondige kennis van reflectietechnieken
  • Grondige kennis van Rubin / mm ziften
  • Grondige kennis van screening en identificatie van undisclosed synthetische en kleur-verbeterde diamanten
  • Grondige kennis van staalnames
  • Grondige kennis van technieken en methoden om diamanten te sorteren
  • Grondige kennis van toleranties
  • Grondige kennis van vakspecifiek netwerk
  • Grondige kennis van vakspecifieke informatiebronnen
  • Grondige kennis van vakspecifieke ontwikkelingen
  • Grondige kennis van vakspecifieke technieken, materialen en materieel
  • Grondige kennis van vakspecifieke vormingen (opleidingen, studiedagen, werkgroepen, colloquia…)
  • Grondige kennis van vakterminologie

Cognitieve vaardigheden

  • Beoordeelt vakspecifieke informatiebronnen.
  • Beperkt afval en restproducten.
  • Beveiligt geslepen diamanten (bv. in houders, klauwplaten, dops, lapidaire stokken of blokken voor snijden, polijsten, slijpen, boren of vormen).
  • Bouwt een netwerk uit.
  • Brengt in 3D inclusies in diamanten in kaart.
  • Communiceert effectief en efficiënt.
  • Controleert de staat van de arbeidsmiddelen.
  • Documenteert de geïdentificeerde kenmerken van de diamanten, bv. in diagrammen.
  • Dompelt diamanten onder in voorgeschreven chemische oplossingen om de specifieke zwaartekracht te bepalen.
  • Draagt werkzaamheden over.
  • Draagt zorg voor arbeidsmiddelen.
  • Draagt zorg voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen.
  • Formuleert verbetervoorstellen i.v.m. kwaliteit.
  • Gaat constructief om met feedback.
  • Gaat kostenbesparend om met materialen, arbeidsmiddelen en tijd.
  • Gebruikt arbeidsmiddelen volgens de veiligheidsinstructies.
  • Gebruikt controle-instrumenten.
  • Gebruikt energiestromen duurzaam.
  • Gebruikt materialen duurzaam.
  • Gebruikt meetinstrumenten.
  • Gebruikt taakgerichte software.
  • Gebruikt water duurzaam.
  • Geeft constructieve feedback en doet suggesties.
  • Handelt conform de deontologische code eigen aan het bedrijf.
  • Houdt rekening met de mogelijke impact van werkzaamheden op het milieu.
  • Houdt zich aan (bedrijfsgebonden) richtlijnen.
  • Houdt zich aan de afspraken van het team.
  • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid.
  • Houdt zich aan de sorteercriteria bepaald door de leidinggevende of opdrachtgever.
  • Instrueert medewerkers in het werken volgens kwaliteitsnormen.
  • Instrueert medewerkers in het werken volgens kwaliteitsvoorschriften en -richtlijnen.
  • Instrueert medewerkers in het werken volgens veiligheidsvoorschriften en -richtlijnen.
  • Maakt gebruik van manuele, machinale en digitale gereedschappen en apparatuur om de kenmerken van diamanten vast te stellen.
  • Maakt melding van een uitzonderlijk goed of slecht maaksel aan de leidinggevende of opdrachtgever.
  • Meldt de behoefte aan vorming.
  • Neemt en labelt representatieve stalen.
  • Neemt maatregelen in het kader van milieubewust werken.
  • Onderhoudt een netwerk.
  • Onderzoekt oppervlakken en interne structuren met behulp van optische instrumenten om stenen te onderscheiden, om zeldzame exemplaren te identificeren, om gebreken of eigenaardigheden te detecteren die de waarde van de diamant beïnvloeden.
  • Optimaliseert de werkomstandigheden i.v.m. veiligheid op het werk.
  • Optimaliseert de werkomstandigheden i.v.m. welzijn op het werk.
  • Optimaliseert kwaliteitsbeleid.
  • Optimaliseert kwaliteitsprocedures.
  • Optimaliseert kwaliteitsvoorschriften.
  • Past de eigen manier van werken aan om het team vooruit te helpen.
  • Past de veiligheidsprocedures toe.
  • Past het geleerde toe in de praktijk.
  • Past kwaliteitsnormen toe.
  • Past preventieve maatregelen toe om veiligheid op het werk te garanderen.
  • Past preventieve maatregelen toe om welzijn op het werk te garanderen.
  • Raadpleegt vakspecifieke informatiebronnen.
  • Rapporteert over de werkzaamheden.
  • Rapporteert over het productieproces.
  • Registreert de werkzaamheden.
  • Registreert gegevens over het productieproces.
  • Registreert het gebruik van grondstoffen.
  • Registreert het gebruik van materialen.
  • Respecteert de codex welzijn op het werk.
  • Respecteert het werk van anderen.
  • Respecteert kwaliteitsprocedures.
  • Richt de werkplek in.
  • Sorteert ruwe en/of geslepen (gezaagde) diamanten in categorieën naargelang hun gewicht, vorm, helderheid en kleur (de 3 of 4 C’s: carat, (cut), clarity, colour).
  • Stockeert gevaarlijke en ontvlambare producten volgens voorschriften.
  • Vergelijkt resultaten van kwaliteitscontroles met kwaliteitsnormen.
  • Verlegt, indien gevraagd, de sorteergrens.
  • Verwerkt restmateriaal.
  • Voert kwaliteitscontroles uit.
  • Volgt continu data op via beeldschermen.
  • Volgt ontwikkelingen in het vakgebied op.
  • Vormt zich permanent (opleidingen, studiedagen, werkgroepen, colloquia…).
  • Vraagt hulp of advies.
  • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen.
  • Werkt conform de kwaliteitsvoorschriften en -richtlijnen.
  • Werkt conform milieuvoorschriften en -richtlijnen.
  • Werkt conform veiligheidsvoorschriften en -richtlijnen.
  • Werkt duurzaam.
  • Werkt ecologisch.
  • Werkt efficiënt samen.
  • Werkt kostenbewust.
  • Werkt met oog voor de energieprestatie van gebouwen.
  • Werkt met oog voor detail.
  • Werkt met oog voor duurzaam gebruik van materialen en energie.
  • Werkt op een ordelijke en nette manier.
  • Wisselt deskundigheid uit.
  • Wisselt informatie uit.
  • Wisselt informatie uit (mondeling, schriftelijk).
  • Ziet er op toe dat kwaliteitsnormen worden nageleefd.
  • Ziet er op toe dat kwaliteitsvoorschriften worden nageleefd.
  • Ziet er op toe dat milieuvoorschriften worden gerespecteerd.
  • Ziet toe op orde en netheid.
  • Zoekt naar vormingen die tegemoet komen aan de eigen leerbehoefte.

Probleemoplossende vaardigheden

  • Analyseert de resultaten van kwaliteitscontroles.
  • Analyseert informatie i.v.m. veiligheid op het werk.
  • Analyseert informatie i.v.m. welzijn op het werk.
  • Evalueert de eigen werkzaamheden en stuurt indien nodig bij.
  • Evalueert de impact van ontwikkelingen in het vakgebied op de eigen deskundigheid.
  • Evalueert de kwaliteit van geleverde diensten en stuurt indien nodig bij.
  • Evalueert de kwaliteit van producten en stuurt indien nodig bij.
  • Evalueert de werkzaamheden van anderen en stuurt indien nodig bij.
  • Evalueert het eigen handelen en stuurt bij.
  • Formuleert verbetervoorstellen i.v.m. veiligheid op het werk.
  • Formuleert verbetervoorstellen i.v.m. welzijn op het werk.
  • Gaat na wat de oorzaak is van een kwaliteitsafwijking.
  • Haalt diamanten met gebroken kolletten uit een lot.
  • Herkent onregelmatigheden in een lot.
  • Meldt afwijkingen i.v.m. kwaliteit.
  • Meldt problemen i.v.m. veiligheid op het werk.
  • Meldt problemen i.v.m. welzijn op het werk.
  • Neemt actie bij producten die niet voldoen aan de voorschriften.
  • Neemt maatregelen bij kwaliteitsafwijkingen.
  • Past zich flexibel aan wijzigende omstandigheden aan.
  • Spoort afwijkingen i.v.m. kwaliteit op.

Motorische vaardigheden

  • Bergt eigen arbeidsmiddelen op.
  • Gebruikt schoonmaakmaterieel en -middelen.
  • Ruimt de werkplek op.
  • Sorteert afval volgens richtlijnen.
  • Verwijdert afval volgens richtlijnen.
  • Werkt ergonomisch.

Omgevingscontext

  • Binnen dit beroep is een goede communicatie belangrijk o.a. voor het doorgeven van kennis aan collega’s.
  • De beroepsbeoefenaar toont respect voor het vak, collega’s en concurrenten en vertegenwoordigt het beroep.
  • De beroepsbeoefenaar werkt met verschillende collega’s in dezelfde ruimte.
  • De werkcontext is gestructureerd met een belangrijke tijdsdruk en een permanent besef van de hoge kwaliteit van de handelingen.
  • Dit beroep wordt alleen of in teamverband uitgeoefend, al dan niet in een onderneming.
  • Dit beroep wordt uitgeoefend in een atelier met een beperkt aantal collega's.
  • Het beroep houdt het geregeld in contact komen met leveranciers, deskundigen en klanten in waarbij de communicatie in diverse talen gebeurt.
  • Het beroep situeert zich in de diamantsector. De beroepsbeoefenaar moet zich steeds bewust zijn van de grote waarde van de objecten waarmee hij werkt.
  • Het beroep wordt in een vrij eenvoudige en vertrouwde context uitgeoefend.
  • Het beroep wordt uitgeoefend in optimale omstandigheden: licht, ergonomie …
  • Het beroep wordt uitsluitend uitgeoefend in een dag-systeem.
  • Het handelen varieert naargelang de opdracht: de handelingen moeten worden afgestemd op de vraag van de opdrachtgever.
  • Sommige aspecten van de beroepsuitoefening kennen een beperkte mate aan variatie, zoals het sorteren van diamanten volgens steeds dezelfde criteria en de gebruikte gereedschappen.

Handelingscontext

  • Basiskennis van moderne vreemde talen kan een meerwaarde zijn: de diamantsector is een multiculturele sector waarin soms moet samengewerkt worden met verschillende nationaliteiten.
  • De beroepsbeoefenaar blijft steeds op de hoogte van vakspecifieke ontwikkelingen.
  • De beroepsbeoefenaar communiceert doelgericht.
  • De beroepsbeoefenaar gaat economisch en ecologisch om met grondstoffen.
  • De beroepsbeoefenaar gebruikt gereedschappen, materialen en apparatuur zorgvuldig en nauwkeurig.
  • De beroepsbeoefenaar geeft blijk van grote handigheid en beschikt over bijzonder fijne manipulatieve vaardigheden.
  • De beroepsbeoefenaar handelt conform de deontologische code van het bedrijf.
  • De beroepsbeoefenaar handelt steeds binnen het eigen kennisdomein en vraagt in geval van problemen raad aan collega’s.
  • De beroepsbeoefenaar heeft oog voor detail, heeft een goed zicht en bezit een sterk ruimtelijk inzicht.
  • De beroepsbeoefenaar houdt rekening met veiligheidsvoorschriften.
  • De beroepsbeoefenaar houdt steeds rekening met de vooropgestelde planning.
  • De beroepsbeoefenaar is zich bewust van de grote impact van zijn handelingen.
  • De beroepsbeoefenaar kan zelfstandig werken en is resultaatgericht.
  • De beroepsbeoefenaar moet op constructieve en professionele wijze informatie uitwisselen met opdrachtgevers en collega’s.
  • De beroepsbeoefenaar moet uiterst nauwkeurig te werk gaan.
  • De beroepsbeoefenaar moet zich vlot kunnen aanpassen aan de wensen van de opdrachtgever of aan de opdracht van de leidinggevende (bv. verleggen van de sorteergrens) wat een hoge mate van flexibiliteit vergt.
  • De beroepsbeoefenaar voert permanent bijzonder fijne motorische handelingen uit.
  • De beroepsbeoefenaar werkt betrouwbaar en discreet.
  • De beroepsbeoefenaar werkt met de nodige flexibiliteit.
  • Het beroep vereist kwaliteitsvol handelen.
  • Het uitoefenen van het beroep vergt grote en volgehouden aandacht en concentratie.
  • Het uitoefenen van het beroep veronderstelt onberispelijke moraliteit omwille van de grote waarde van de objecten waarmee de beroepsbeoefenaar werkt.
  • Het werk impliceert het langdurig zitten in dezelfde positie.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het correct gebruik van gereedschappen, materialen en apparatuur
  • het sorteren van de diamanten volgens de vooropgestelde criteria
Is gebonden aan
  • de deontologische code van het bedrijf
  • de regels m.b.t. betrouwbaarheid en discretie
  • de veiligheidsvoorschriften
  • de vooropgestelde kwaliteitsvereisten
  • de vooropgestelde sorteercriteria
  • een onberispelijke moraliteit
  • vakspecifieke ontwikkelingen
Doet beroep op
  • collega’s in geval van problemen

Verantwoordelijkheid

  • Bouwt de eigen deskundigheid op.
  • Houdt gegevens bij over de werkzaamheden.
  • Sorteert diamanten.
  • Werkt duurzaam en milieubewust.
  • Werkt in teamverband.
  • Werkt kwaliteitsvol.
  • Werkt met oog voor welzijn, veiligheid, orde en netheid.

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.