Beiaardier
BK-0366-2
Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.
Globaal
Titel
Beiaardier
Definitie
Een beiaardier studeert, arrangeert en voert muziek uit op de beiaard, organiseert concerten en activiteiten en draagt zorg voor het instrument teneinde bij te dragen aan het culturele leven en te voldoen aan de UNESCO vereisten van “best safeguarding practice” voor het immaterieel cultureel werelderfgoed.
Niveau (VKS en EQF)
5
Jaar van erkenning
versie 2, 2020
Competenties
Opsomming competenties
- Competentie 1:
Werkt samen
- Communiceert gepast met alle betrokken actoren
- Wisselt informatie uit met alle betrokken actoren
- Overlegt over de voorbereiding en uitvoering
- Doet een eigen inbreng
- Respecteert de inbreng van anderen
- Werkt mee aan het groepsbelang
- Enthousiasmeert anderen.
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Basiskennis van samenwerkingsvormen
- Competentie 2:
Werkt met oog voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen
- Handelt ergonomisch verantwoord
- Beschermt zich tegen gehoorschade
- Gaat veilig om met materiaal en instrumenten
- Signaleert risico’s
- Volgt de veiligheidsvoorschriften
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis ergonomie
- Basiskennis van veiligheidsregels
- Kennis van gehoorbescherming
- Kennis van het instrument
- Competentie 3:
Ontwikkelt een eigen artistieke praktijk
- Heeft oog voor maatschappelijke en artistieke tendensen
- Heeft oog voor artistieke en culturele praktijken
- Heeft oog voor technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden
- Onderzoekt in functie van de eigen artistieke praktijk
- Ontwikkelt een eigen artistieke taal
- Reflecteert over de eigen praktijk
- Ontwikkelt de eigen deskundigheid
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van de grote muzikale en maatschappelijke tendensen.
- Basiskennis van de relevante informatiebronnen, eigen aan de sector (publicaties, websites, steunpunten, conferenties, opleidingen …)
- Kennis van artistieke terminologie
- Kennis van de verschillende muzikale contexten (de podiumsector, festivals, evenementen, wedstrijden …)
- Competentie 4:
Ontwikkelt artistieke concepten en ideeën
- Verzamelt basismateriaal
- Analyseert basismateriaal
- Integreert opgedane inzichten in het creatieve proces
- Werkt aan een persoonlijke visie
- Werkt aan een collectieve visie
- Gaat scheppend, associatief en (re)productief om met intuïties
- Interageert met andere artistieke disciplines
- Transformeert waarnemingen en indrukken in artistieke ideeën
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van andere artistieke disciplines
- Basiskennis van muziekgeschiedenis
- Basiskennis van muziekstijlen
- Basiskennis van relevante informatiebronnen, eigen aan de sector (publicaties, websites, steunpunten, conferenties, opleidingen …)
- Kennis van muziektheorie
- Kennis van harmonie
- Kennis van het repertoire
- Competentie 5:
Zet artistieke concepten en ideeën om in een uitvoerbaar geheel
- Hanteert instrumenten, materiaal, technieken en methodes
- Geeft vorm aan verbeelding
- Bewaakt de artistieke visie
- Overtuigt anderen van de eigen artistieke visie
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van andere artistieke disciplines
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Basiskennis van de relevante informatiebronnen, eigen aan de sector (publicaties, websites, steunpunten, conferenties, opleidingen …)
- Basiskennis van muziekgeschiedenis
- Basiskennis van muziekstijlen
- Kennis van muziektheorie
- Kennis van de verschillende muzikale contexten (de podiumsector, festivals, evenementen, wedstrijden …)
- Kennis van harmonie
- Kennis van het repertoire
- Kennis van vakterminologie
- Competentie 6:
Bestudeert en/of creëert het basisdocument van een uitvoering
- Vergaart informatie en maakt hier gebruik van
- Interpreteert het basismateriaal
- Ontwikkelt artistieke ideeën en kan deze vertolken
- Arrangeert bestaand werk, alleen of met anderen
- Heeft oog voor de impliciete en expliciete kenmerken van het te arrangeren muziekstuk (opbouw, spanningsbogen, muzikaal-technische bijzonderheden, bedoeling van de componist, achtergrond, muziekhistorische context …)
- Beheerst een muzieknotatiesysteem
- Legt de kenmerken van een muziekstuk vast in een eigen partituur (opbouw, arrangementen, technische moeilijkheden ...)
- Respecteert eigendomsrechten en regelt toestemming voor gebruik
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van de relevante informatiebronnen, eigen aan de sector (publicaties, websites, steunpunten, conferenties, opleidingen …)
- Basiskennis van het intellectueel eigendomsrecht
- Basiskennis van muziekgeschiedenis
- Basiskennis van muzieknotatiesystemen
- Basiskennis van muziekstijlen
- Kennis van muziektheorie
- Kennis van harmonie
- Kennis van het instrument
- Kennis van het repertoire
- Kennis van instrumentale technieken
- Kennis van instrumentale uitdrukkingsmogelijkheden
- Competentie 7:
Bepaalt de voorwaarden voor de uitvoering
- Ontwikkelt alleen of met anderen ideeën voor uitvoeringen
- Bespreekt de voorwaarden voor de uitvoering met betrokkenen
- Stelt een programma samen
- Houdt rekening met de mogelijkheden en de beperkingen (materiaal, infrastructuur, tijd, budgetten, …)
- Maakt afspraken met anderen (muzikanten, podiumtechnici, andere kunstenaars …)
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis budgetbeheer
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Competentie 8:
Bereidt het eigen lichaam en het instrument voor
- Bereidt het lichaam voor op het repeteren, de uitvoeringen...
- Past de draadregelaars aan
- Onderhoudt speeltechnische vaardigheden (toonladders, gebroken akkoorden,…)
- Gaat veilig en duurzaam om met lichaam en instrument
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis ergonomie
- Basiskennis van opwarmingstechnieken
- Kennis van gehoorbescherming
- Kennis van het instrument
- Competentie 9:
Repeteert
- Doet speeltechnische oefeningen
- Vertaalt een opgeschreven muziekwerk naar een uitvoering op het beiaardklavier
- Bepaalt hand- en voetzetting
- Memoriseert de uit te voeren bewegingen
- Studeert muziekstukken in
- Kan de bereikte uitvoeringsgraad vasthouden, herhalen en er op verder werken
- Onderbouwt de eigen artistieke visie en aanpak
- Geeft vorm aan visie en verbeelding, uitvoeringspraktijk en muziekstijl
- Zoekt en onderzoekt instrumenttechnische en uitdrukkingsmogelijkheden
- Stelt zich open en laat zich inspireren
- Stuurt zichzelf bij ten voordele van een gemeenschappelijk resultaat
- Zet persoonlijke kwaliteiten en vaardigheden in
- Past composities of arrangementen aan om het artistieke concept op punt te stellen
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van gehoortraining
- Basiskennis van muziekstijlen
- Basiskennis van oefentechnieken.
- Kennis van muziektheorie
- Kennis van het instrument
- Kennis van instrumentale technieken
- Kennis van instrumentale uitdrukkingsmogelijkheden
- Kennis van interpretatietechnieken
- Kennis van ritmiek
- Competentie 10:
Vertolkt voor het publiek
- Beheerst speeltechnische vaardigheden
- Voelt het ritme, de timing en de dynamiek aan
- Bespeelt het instrument en luistert naar de toondynamiek en toonkleur
- Luistert naar de kwaliteit van de klank
- Beheerst uitdrukkingsmogelijkheden
- Kiest uitdrukkingsmogelijkheden
- Houdt de techniek vast en zet die in verschillende situaties in
- Manifesteert een persoonlijke aanpak
- Speelt flexibel in op ruimte en omstandigheden
- Improviseert wanneer de situatie daarom vraagt
- Past het programma aan aan de wijzigende omstandigheden
- Voert af en toe concerten uit met andere artiesten
- Beleeft de kunstuitvoering samen met anderen
- vervolmaakt zich door samen te creëren
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Basiskennis van muziekstijlen
- Kennis van het instrument
- Kennis van instrumentale technieken
- Kennis van instrumentale uitdrukkingsmogelijkheden
- Kennis van interpretatietechnieken
- Kennis van ritmiek
- Competentie 11:
Reflecteert over en verbetert de eigen prestatie en communiceert hierover
- Toetst af of de artistieke uitdrukkingsvorm het gewenste effect heeft bereikt
- Accepteert feedback
- Reflecteert en communiceert over de eigen prestatie en/of de groepsprestatie met de betrokkenen
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Kennis van instrumentale technieken
- Kennis van instrumentale uitdrukkingsmogelijkheden
- Kennis van interpretatietechnieken
- Kennis van ritmiek
- Kennis van vakterminologie
- Competentie 12:
Organiseert activiteiten (concerten, rondleidingen, animatie, educatie…) die het publiek dichter bij de beiaard brengen
- Ontwikkelt en/of selecteert concepten voor concerten en activiteiten
- Bepaalt een kalender voor de activiteiten
- Verdeelt taken
- Legt contact met betrokkenen
- Maakt afspraken met betrokkenen
- Evalueert het resultaat van de concerten en activiteiten
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Basiskennis van samenwerkingsvormen
- Kennis van het aanbod aan concepten
- Kennis van het organiseren van evenementen
- Competentie 13:
Draagt zorg voor het instrument
- Geeft advies voor onderhoud en reparatie
- Evalueert het onderhoud en de reparatie
- Voert kleine reparaties uit
- Houdt toezicht op de staat van het instrument
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van de werking van het instrument
- Kennis van het onderhoudsproces
- Kennis van klokken en beiaarden
- Competentie 14:
Programmeert automatisch speelwerk
- Houdt rekening met de maatschappelijke functie van het automatisch speelwerk
- Selecteert muziek voor het automatisch speelwerk
- Arrangeert muziek voor het automatische speelwerk
- Programmeert automatische speelwerken
- met inbegrip van kennis:
- Kennis programmatie en werking van de automatische speelwerken
- Kennis van de ritmische en harmonische beperkingen van automaten
- Kennis van harmonie
- Competentie 15:
Staat mee in voor de communicatie naar media en publiek
- Levert inhoudelijk materiaal aan
- Geeft informatie over de uitvoering
- Gebruikt sociale/digitale media
- Maakt een selectie van opnames in functie van kanaal en doel
- Bepaalt langs welke kanalen (online, op fysieke dragers …) de opnames verspreid worden
- Geeft interviews
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis redactiewerk
- Basiskennis communicatiemiddelen
- Basiskennis van communicatietechnieken
Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen
Kennis
- Basiskennis budgetbeheer
- Basiskennis communicatiemiddelen
- Basiskennis ergonomie
- Basiskennis redactiewerk
- Basiskennis van andere artistieke disciplines
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Basiskennis van de grote muzikale en maatschappelijke tendensen.
- Basiskennis van de relevante informatiebronnen, eigen aan de sector (publicaties, websites, steunpunten, conferenties, opleidingen …)
- Basiskennis van gehoortraining
- Basiskennis van het intellectueel eigendomsrecht
- Basiskennis van muziekgeschiedenis
- Basiskennis van muzieknotatiesystemen
- Basiskennis van muziekstijlen
- Basiskennis van oefentechnieken.
- Basiskennis van opwarmingstechnieken
- Basiskennis van relevante informatiebronnen, eigen aan de sector (publicaties, websites, steunpunten, conferenties, opleidingen …)
- Basiskennis van samenwerkingsvormen
- Basiskennis van veiligheidsregels
- Kennis programmatie en werking van de automatische speelwerken
- Kennis van muziektheorie
- Kennis van artistieke terminologie
- Kennis van de ritmische en harmonische beperkingen van automaten
- Kennis van de verschillende muzikale contexten (de podiumsector, festivals, evenementen, wedstrijden …)
- Kennis van de werking van het instrument
- Kennis van gehoorbescherming
- Kennis van harmonie
- Kennis van het aanbod aan concepten
- Kennis van het instrument
- Kennis van het onderhoudsproces
- Kennis van het organiseren van evenementen
- Kennis van het repertoire
- Kennis van instrumentale technieken
- Kennis van instrumentale uitdrukkingsmogelijkheden
- Kennis van interpretatietechnieken
- Kennis van klokken en beiaarden
- Kennis van ritmiek
- Kennis van vakterminologie
Cognitieve vaardigheden
- Accepteert feedback
- Analyseert basismateriaal
- Arrangeert bestaand werk, alleen of met anderen
- Arrangeert muziek voor het automatische speelwerk
- Beheerst een muzieknotatiesysteem
- Beleeft de kunstuitvoering samen met anderen
- Bepaalt een kalender voor de activiteiten
- Bepaalt hand- en voetzetting
- Bepaalt langs welke kanalen (online, op fysieke dragers …) de opnames verspreid worden
- Bespreekt de voorwaarden voor de uitvoering met betrokkenen
- Bewaakt de artistieke visie
- Communiceert gepast met alle betrokken actoren
- Doet een eigen inbreng
- Enthousiasmeert anderen.
- Evalueert het onderhoud en de reparatie
- Evalueert het resultaat van de concerten en activiteiten
- Gebruikt sociale/digitale media
- Geeft advies voor onderhoud en reparatie
- Geeft informatie over de uitvoering
- Geeft interviews
- Geeft vorm aan visie en verbeelding, uitvoeringspraktijk en muziekstijl
- Heeft oog voor artistieke en culturele praktijken
- Heeft oog voor de impliciete en expliciete kenmerken van het te arrangeren muziekstuk (opbouw, spanningsbogen, muzikaal-technische bijzonderheden, bedoeling van de componist, achtergrond, muziekhistorische context …)
- Heeft oog voor maatschappelijke en artistieke tendensen
- Heeft oog voor technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden
- Houdt rekening met de maatschappelijke functie van het automatisch speelwerk
- Houdt rekening met de mogelijkheden en de beperkingen (materiaal, infrastructuur, tijd, budgetten, …)
- Houdt toezicht op de staat van het instrument
- Integreert opgedane inzichten in het creatieve proces
- Interageert met andere artistieke disciplines
- Interpreteert het basismateriaal
- Kan de bereikte uitvoeringsgraad vasthouden, herhalen en er op verder werken
- Kiest uitdrukkingsmogelijkheden
- Legt contact met betrokkenen
- Legt de kenmerken van een muziekstuk vast in een eigen partituur (opbouw, arrangementen, technische moeilijkheden ...)
- Levert inhoudelijk materiaal aan
- Luistert naar de kwaliteit van de klank
- Maakt afspraken met anderen (muzikanten, podiumtechnici, andere kunstenaars …)
- Maakt afspraken met betrokkenen
- Maakt een selectie van opnames in functie van kanaal en doel
- Onderbouwt de eigen artistieke visie en aanpak
- Onderzoekt in functie van de eigen artistieke praktijk
- Ontwikkelt alleen of met anderen ideeën voor uitvoeringen
- Ontwikkelt de eigen deskundigheid
- Ontwikkelt een eigen artistieke taal
- Ontwikkelt en/of selecteert concepten voor concerten en activiteiten
- Overlegt over de voorbereiding en uitvoering
- Overtuigt anderen van de eigen artistieke visie
- Programmeert automatische speelwerken
- Reflecteert en communiceert over de eigen prestatie en/of de groepsprestatie met de betrokkenen
- Reflecteert over de eigen praktijk
- Respecteert de inbreng van anderen
- Respecteert eigendomsrechten en regelt toestemming voor gebruik
- Selecteert muziek voor het automatisch speelwerk
- Signaleert risico’s
- Stelt een programma samen
- Stelt zich open en laat zich inspireren
- Studeert muziekstukken in
- Toetst af of de artistieke uitdrukkingsvorm het gewenste effect heeft bereikt
- Transformeert waarnemingen en indrukken in artistieke ideeën
- Verdeelt taken
- Vergaart informatie en maakt hier gebruik van
- vervolmaakt zich door samen te creëren
- Verzamelt basismateriaal
- Voert af en toe concerten uit met andere artiesten
- Volgt de veiligheidsvoorschriften
- Werkt aan een collectieve visie
- Werkt aan een persoonlijke visie
- Werkt mee aan het groepsbelang
- Wisselt informatie uit met alle betrokken actoren
- Zoekt en onderzoekt instrumenttechnische en uitdrukkingsmogelijkheden
Probleemoplossende vaardigheden
- Improviseert wanneer de situatie daarom vraagt
- Past composities of arrangementen aan om het artistieke concept op punt te stellen
- Past het programma aan aan de wijzigende omstandigheden
- Speelt flexibel in op ruimte en omstandigheden
- Stuurt zichzelf bij ten voordele van een gemeenschappelijk resultaat
- Voert kleine reparaties uit
Motorische vaardigheden
- Beheerst speeltechnische vaardigheden
- Beheerst uitdrukkingsmogelijkheden
- Bereidt het lichaam voor op het repeteren, de uitvoeringen...
- Beschermt zich tegen gehoorschade
- Bespeelt het instrument en luistert naar de toondynamiek en toonkleur
- Doet speeltechnische oefeningen
- Gaat scheppend, associatief en (re)productief om met intuïties
- Gaat veilig en duurzaam om met lichaam en instrument
- Gaat veilig om met materiaal en instrumenten
- Geeft vorm aan verbeelding
- Handelt ergonomisch verantwoord
- Hanteert instrumenten, materiaal, technieken en methodes
- Houdt de techniek vast en zet die in verschillende situaties in
- Manifesteert een persoonlijke aanpak
- Memoriseert de uit te voeren bewegingen
- Onderhoudt speeltechnische vaardigheden (toonladders, gebroken akkoorden,…)
- Ontwikkelt artistieke ideeën en kan deze vertolken
- Past de draadregelaars aan
- Vertaalt een opgeschreven muziekwerk naar een uitvoering op het beiaardklavier
- Voelt het ritme, de timing en de dynamiek aan
- Zet persoonlijke kwaliteiten en vaardigheden in
Omgevingscontext
- Bij het vertolken wordt er rekening gehouden met de aanwezigheid van publiek.
- De Beiaardier organiseert activiteiten die de beiaard verankeren in het maatschappelijke en culturele leven. (concerten, rondleidingen, animatie, educatie…)
- De beiaardier werkt voor een organisator of opdrachtgever.
- De repetities en vertolkingen worden afgebakend in de tijd, wat deadlines met zich meebrengt; resultaatgerichtheid, concentratie, stressbestendigheid, flexibiliteit en doorzettingsvermogen zijn belangrijke eigenschappen.
- Het arrangeren gebeurt meestal alleen.
- Het musiceren/arrangeren/programmeren/ organiseren situeert zich in de context van de professionele kunstensector en van het immateriële cultureel erfgoed. De omgeving is artistiek/creatief.
- Het programmeren van het automatisch speelwerk gebeurt in vertrouwde omgevingen en omstandigheden.
- Het repeteren gebeurt in vertrouwde omgevingen en omstandigheden.
- Het repeteren, vertolken en creëren gebeurt meestal alleen en/of uitzonderlijk in teamverband.
- Het vertolken gebeurt meestal in vertrouwde omgeving en omstandigheden,
- Repeteren, en creëren kan zowel overdag, ’s avonds, tijdens weekends en/of in de gebruikelijke vakantieperiodes.
- Uitzonderlijk gebeuren repetities en vertolkingen in niet vertrouwde omgevingen. (zomerconcert met mobiele beiaard al of niet in combinatie met andere instrumenten.)
- Vertolken gebeurt op tijdstippen voorgeschreven door de werkgever of organisatie.
Handelingscontext
- De beiaardier gaat veilig om met materiaal.
- De beiaardier heeft bijzondere aandacht voor de (artistieke/creatieve) context van het eindproduct.
- De beiaardier heeft oog voor de tevredenheid van de opdrachtgever (de eigenaar van de beiaard, de cultuuractoren en de lokale verenigingen) en het publiek door met zorg, precisie en toewijding te werken wat o.a. sterke sociale vaardigheden vergt.
- De beiaardier heeft oog voor erfgoed.
- De beiaardier heeft oog voor esthetiek.
- De beiaardier is actief betrokken bij de omgeving en gaat er flexibel mee om.
- De beiaardier is zich bewust van de maatschappelijke relevantie van zijn artistieke activiteiten
- De beiaardier leeft de veiligheidsvoorschriften na.
- Er is resultaatgerichtheid wat concentratie en nauwkeurigheid vergt.
- Het functioneren in een groep vraagt een zekere flexibiliteit.
Autonomie
Is zelfstandig in
- de eigen artistieke ontwikkeling
- het aanleveren van materiaal voor promotie en communicatiedoeleinden
- het bestuderen en/of creëren van een basisdocument van een uitvoering
- het omzetten van artistieke concepten en ideeën in een uitvoerbaar geheel
- het ontwikkelen van artistieke concepten en ideeën
- Het organiseren van activiteiten (concerten, rondleidingen, animatie, educatie…)die het publiek dichter bij de beiaard brengen
- het programmeren van het automatisch speelwerk
- het reflecteren en verbeteren van de eigen prestatie
- het repeteren en het vertolken voor publiek
- het voorbereiden van eigen lichaam en het instrument op de nodige technische vaardigheden
- het zorg dragen voor het instrument
Is gebonden aan
- de beschikbaarheid van alle betrokkenen.
- de uitvoerbaarheid van het concept.
- de wens van de opdrachtgever.
- het budget, tijd, infrastructuur en materiaal.
- het eigen concept en het collectieve concept.
- het intellectueel eigendomsrecht.
Doet beroep op
- andere artiesten.
- gemeentelijke diensten
- lokale verenigingen
Verantwoordelijkheid
- Bepaalt de voorwaarden voor de uitvoering
- Bereidt het eigen lichaam en het instrument voor
- Bestudeert en/of creëert het basisdocument van een uitvoering
- Draagt zorg voor het instrument
- Ontwikkelt artistieke concepten en ideeën
- Ontwikkelt een eigen artistieke praktijk
- Organiseert activiteiten (concerten, rondleidingen, animatie, educatie…) die het publiek dichter bij de beiaard brengen
- Programmeert automatisch speelwerk
- Reflecteert over en verbetert de eigen prestatie en communiceert hierover
- Repeteert
- Staat mee in voor de communicatie naar media en publiek
- Vertolkt voor het publiek
- Werkt met oog voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen
- Werkt samen
- Zet artistieke concepten en ideeën om in een uitvoerbaar geheel
Attesten en voorwaarden
Wettelijke attesten en voorwaarden
Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.