Skip to Main Content
 

Deelkwalificatie

Bestuurder van een skidder

Onderdeel van de beroepskwalificatie Bestuurder van bosexploitatiemachines

 
BK-0560-1-DBK-02

Globaal

Titel

Bestuurder van een skidder

De deelkwalificatie Bestuurder van een skidder is een samenhangend geheel van competenties afgebakend in de beroepskwalificatie Bestuurder van bosexploitatiemachines, ingeschaald op niveau 3 van de Vlaamse Kwalificatiestructuur.

Competenties

Opsomming competenties

Onderstaande competenties uit de beroepskwalificatie Bestuurder van bosexploitatiemachines vormen samen de deelkwalificatie Bestuurder van een skidder (de nummering is conform de nummering van de beroepskwalificatie)

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband
    • Begrijpt de instructies en de uitvoering van de opdracht
    • Overlegt over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht
    • Communiceert effectief en efficiënt
    • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
    • Werkt efficiënt samen met collega's
    • Communiceert gepast intern en extern (collega, opdrachtgever/verantwoordelijke …)
    • Rapporteert over de opdracht aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
    • Rapporteert eventuele afwijkingen of problemen aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
    • Past zich flexibel aan veranderende werkomstandigheden aan
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van communicatietechnieken
    • Kennis van vakterminologie
    • Kennis van mondeling en schriftelijk rapporteren
  • Competentie 2:
    Bouwt eigen deskundigheid op
    • Meldt de nood aan opleiding aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
    • Leert het gebruik van (nieuwe) bedrijfseigen machines en uitrusting
    • Leert (nieuwe) bedrijfseigen procedures kennen en past ze toe
    • Past de nieuwe ervaringen in de dagelijkse werksituatie toe
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van het opleidingsaanbod
    • Kennis van vakterminologie
  • Competentie 3:
    Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
    • Werkt ergonomisch
    • Werkt kostenbewust
    • Werkt ecologisch
    • Werkt volgens de instructies en/of procedures betreffende de veiligheids-, milieu-, kwaliteits- en welzijnsvoorschriften
    • Vermijdt risico’s voor zichzelf en derden
    • Gebruikt de persoonlijke beschermingsmiddelen op een correcte manier
    • Houdt rekening met voertuigbewegingen op het terrein
    • Meldt ongevallen onmiddellijk
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
    • Basiskennis van ergonomische technieken
    • Basiskennis van richtlijnen voor het sorteren van afval
    • Basiskennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van vakterminologie
    • Kennis van veiligheidspictogrammen
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
    • Kennis van signalisatie en markering van bosexploitatiewerkzaamheden
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
  • Competentie 4:
    Communiceert intern en extern
    • Gebruikt communicatiemiddelen (CB*, GSM, …) op correcte manier
    • Gebruikt de boordcomputer op correcte manier
    • Registreert en/of rapporteert over de eigen werkzaamheden
    • Communiceert met het bedrijf/collega’s
    • Communiceert op een (klant)vriendelijke manier met derden
    • Past zijn communicatie aan de situatie aan
    • Communiceert effectief en efficiënt
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van communicatietechnieken
    • Basiskennis van het gebruik van communicatiemiddelen
    • Basiskennis van het gebruik van een boordcomputer
    • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
* CB: Citizens' Band: een radio waarmee ontvangen en uitgezonden kan worden op een wettelijk bepaalde radiofrequentie
  • Competentie 5:
    Treedt op bij ongevallen
    • Schat de situatie in
    • Voorkomt erger
    • Roept de hulpdiensten correct op en informeert ze (plaats, toestand, ….)
    • Biedt eerste hulp
    • Gebruikt brandbestrijdingsmiddelen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
    • Basiskennis van het gebruik van brandbestrijdingsmiddelen
  • Competentie 6:
    Voert periodieke controles en basisonderhoud uit
    • Controleert de machine voor ingebruikname
    • Controleert de veiligheidsvoorzieningen
    • Controleert de elektrische uitrusting
    • Controleert de wielen/banden/rupsen en vering
    • Controleert luchtdruk en vloeistofpeilen
    • Controleert op algemene slijtage
    • Signaleert defecten
    • Voert basisonderhoud uit
    • Signaleert de nood tot specifieke controles, herstellingen en onderhoud
    • Houdt de werkplaats ordelijk
    • Reinigt de machine
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van toegepaste mechanica
    • Basiskennis van hydraulica voor voertuigen
    • Basiskennis van pneumatica voor voertuigen
    • Basiskennis van elektriciteit voor voertuigen
    • Basiskennis van de technische onderdelen van de bosexploitatiemachine
    • Basiskennis van informatiebronnen (handleidingen, technische fiches …)
  • Competentie 7:
    Stelt de opdracht en de plaats van de opdracht vast op basis van de planning
    • Controleert de planning
    • Leest kaarten
    • Situeert een perceel in een gebied
    • Leest de opgelegde exploitatievoorwaarden
    • Handelt in functie van de opdracht, rekening houdend met de exploitatievoorwaarden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van kaartlezen
    • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van exploitatievoorwaarden i.f.v. de eigen werkzaamheden
  • Competentie 8:
    Bereidt de locatie en het traject voor de werkzaamheden voor
    • Stelt de toestand van de bodem, de beperkingen en obstakels van het terrein vast
    • Bepaalt de plaats waar de machine moet komen om het werk aan te vangen
    • Stippelt een haalbare en efficiënte route uit naargelang de machine, de eventuele lading, de planning en de opgelegde exploitatievoorwaarden
    • Voert preventieve maatregelen ter bescherming van derden uit, zoals het plaatsen van signalisatie
    • Voert een last-minute risico-analyse uit voor aanvang van de werkzaamheden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van kenmerken van biotopen en ecosystemen
    • Basiskennis van kenmerken van het terrein, de bodem en de grondsoorten
    • Basiskennis van exploitatiemethodes
    • Kennis van veiligheidspictogrammen
    • Kennis van signalisatie en markering van bosexploitatiewerkzaamheden
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
  • Competentie 9:
    Maakt de bosexploitatiemachine werkklaar
    • Kiest een bosexploitatiemachine uit in functie van de opdracht
    • Hangt indien nodig machines aan
    • Controleert de aanhechting en de beveiliging van de machines
    • Past de machine aan naargelang de toestand van de bodem, het terrein en de weersomstandigheden
    • Stelt de machine in op basis van de werkvoorschriften en de technische bepalingen van de opdracht
    • Controleert alle noodzakelijke onderdelen van de machine
    • Controleert of het voertuig startklaar is
    • Neemt corrigerende maatregelen indien nodig
    • Start de bosexploitatiemachine
    • Rijdt de bosexploitatiemachine naar het startpunt van de werkzaamheden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de technische onderdelen van de bosexploitatiemachine
    • Basiskennis van kenmerken van biotopen en ecosystemen
    • Basiskennis van kenmerken van het terrein, de bodem en de grondsoorten
    • Basiskennis van exploitatiemethodes
    • Basiskennis van wielen/banden/rupsen in relatie tot terrein, bodem, gewicht en rijsnelheden
    • Kennis van de eigenschappen van de bosexploitatiemachine
    • Grondige kennis van de bedienings- en besturingsmechanismen van de bosexploitatiemachine
  • Competentie 10:
    Ziet toe op veiligheid, gezondheid en milieu bij het besturen van bosexploitatiemachines
    • Vermijdt fysieke risico’s (checken of de afscherming van de draaiende onderdelen aan de machine intact is, sluiten van de cabine tegen o.a. geluidshinder,…)
    • Vermijdt de risico’s als gevolg van ongezonde voeding, alcohol, drugs, stress en vermoeidheid op het veilig gebruik
    • Zorgt bij gebruik van last- en laadarmen voor een stabiele stand van het voertuig
    • Houdt rekening met de mogelijke impact van de werkzaamheden op het milieu
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van ergonomische technieken
    • Basiskennis van kenmerken van biotopen en ecosystemen
    • Basiskennis van de effecten van vermoeidheid en stress, alcohol, medicijnen of andere stoffen die het gedrag kunnen beïnvloeden
    • Basiskennis van wielen/banden/rupsen in relatie tot terrein, bodem, gewicht en rijsnelheden
    • Kennis van de kenmerken van de krachtoverbrenging met het oog op een optimaal gebruik
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van de eigenschappen van de bosexploitatiemachine
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
  • Competentie 11:
    Houdt bij inzetten van de machines rekening met de weers-, bodem- en terreinomstandigheden
    • Schat in of de activiteiten uitvoerbaar en/of wenselijk zijn op het geplande moment op basis van de weers-, bodem- en terreinomstandigheden
    • Meldt problemen met het uitvoeren van de activiteiten als gevolg van de weers-, bodem- en terreinomstandigheden aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
    • Houdt rekening met wettelijke voorschriften en/of exploitatievoorwaarden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van kenmerken van het terrein, de bodem en de grondsoorten
    • Basiskennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Basiskennis van wielen/banden/rupsen in relatie tot terrein, bodem, gewicht en rijsnelheden
    • Kennis van de kenmerken van de krachtoverbrenging met het oog op een optimaal gebruik
    • Kennis van exploitatievoorwaarden i.f.v. de eigen werkzaamheden
  • Competentie 12:
    Rondt de werkzaamheden uitgevoerd met de bosexploitatiemachine af
    • Parkeert de bosexploitatiemachine
    • Zet de bosexploitatiemachine stop en schakelt de besturing uit
    • Laat de bosexploitatiemachine veilig achter of maakt ze klaar voor de terugweg
    • Laat de werkplek achter zoals opgelegd in de exploitatievoorwaarden
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van exploitatievoorwaarden i.f.v. de eigen werkzaamheden
    • Kennis van de eigenschappen van de bosexploitatiemachine
    • Grondige kennis van de bedienings- en besturingsmechanismen van de bosexploitatiemachine
  • Competentie 13:
    Brengt verslag uit over eigen werkzaamheden
    • Vult opvolgdocumenten in
    • Rapporteert mondeling over de voortgang van de uitgevoerde opdrachten
    • Brengt de verantwoordelijke op de hoogte bij iedere werksituatie die een gevaar kan vormen voor de veiligheid
    • Meldt defecten die zelf niet kunnen opgelost worden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van functionele rekenvaardigheden
    • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
    • Kennis van mondeling en schriftelijk rapporteren
    • Kennis van registratie van de gegevens m.b.t. de eigen werkzaamheden en verantwoordelijkheid
  • Competentie 15:
    Sleept gevelde bomen uit met een skidder
    • Bestuurt en bedient de skidder
    • Liert indien nodig het te ruimen hout bij tot de exploitatiepiste
    • Plaatst verankeringssystemen aan de boomstammen of takken (kabel, riemen, takel …)
    • Grijpt boomstammen
    • Sleept boomstammen naar de stapelplaats
    • Stapelt boomstammen, rekening houdend met de laad- en transportwerkzaamheden die volgen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van de technische onderdelen van de bosexploitatiemachine
    • Basiskennis van courante boomsoorten
    • Kennis van de eigenschappen van de bosexploitatiemachine
    • Kennis van het gebruik van gereedschappen en hulpmiddelen bij het uitslepen (lier, katrol, riemen, kabels …)
    • Kennis van sleeptechnieken
    • Kennis van verankeringstechnieken
    • Kennis van stapeltechnieken
    • Grondige kennis van de bedienings- en besturingsmechanismen van de bosexploitatiemachine

Beschrijving competenties adhv de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van communicatietechnieken
  • Basiskennis van courante boomsoorten
  • Basiskennis van de effecten van vermoeidheid en stress, alcohol, medicijnen of andere stoffen die het gedrag kunnen beïnvloeden
  • Basiskennis van de technische onderdelen van de bosexploitatiemachine
  • Basiskennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
  • Basiskennis van elektriciteit voor voertuigen
  • Basiskennis van ergonomische technieken
  • Basiskennis van exploitatiemethodes
  • Basiskennis van functionele rekenvaardigheden
  • Basiskennis van het gebruik van brandbestrijdingsmiddelen
  • Basiskennis van het gebruik van communicatiemiddelen
  • Basiskennis van het gebruik van een boordcomputer
  • Basiskennis van het opleidingsaanbod
  • Basiskennis van hydraulica voor voertuigen
  • Basiskennis van informatiebronnen (handleidingen, technische fiches …)
  • Basiskennis van kaartlezen
  • Basiskennis van kenmerken van biotopen en ecosystemen
  • Basiskennis van kenmerken van het terrein, de bodem en de grondsoorten
  • Basiskennis van pneumatica voor voertuigen
  • Basiskennis van richtlijnen voor het sorteren van afval
  • Basiskennis van toegepaste mechanica
  • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
  • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
  • Basiskennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
  • Basiskennis van wielen/banden/rupsen in relatie tot terrein, bodem, gewicht en rijsnelheden
  • Kennis van de eigenschappen van de bosexploitatiemachine
  • Kennis van de kenmerken van de krachtoverbrenging met het oog op een optimaal gebruik
  • Kennis van exploitatievoorwaarden i.f.v. de eigen werkzaamheden
  • Kennis van het gebruik van gereedschappen en hulpmiddelen bij het uitslepen (lier, katrol, riemen, kabels …)
  • Kennis van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
  • Kennis van mondeling en schriftelijk rapporteren
  • Kennis van registratie van de gegevens m.b.t. de eigen werkzaamheden en verantwoordelijkheid
  • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
  • Kennis van signalisatie en markering van bosexploitatiewerkzaamheden
  • Kennis van sleeptechnieken
  • Kennis van stapeltechnieken
  • Kennis van vakterminologie
  • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
  • Kennis van veiligheidspictogrammen
  • Kennis van verankeringstechnieken
  • Grondige kennis van de bedienings- en besturingsmechanismen van de bosexploitatiemachine

Cognitieve vaardigheden

  • Begrijpt de instructies en de uitvoering van de opdracht
  • Bepaalt de plaats waar de machine moet komen om het werk aan te vangen
  • Communiceert effectief en efficiënt
  • Communiceert gepast intern en extern (collega, opdrachtgever/verantwoordelijke …)
  • Communiceert met het bedrijf/collega’s
  • Communiceert op een (klant)vriendelijke manier met derden
  • Controleert alle noodzakelijke onderdelen van de machine
  • Controleert de aanhechting en de beveiliging van de machines
  • Controleert de elektrische uitrusting
  • Controleert de machine voor ingebruikname
  • Controleert de planning
  • Controleert de veiligheidsvoorzieningen
  • Controleert de wielen/banden/rupsen en vering
  • Controleert luchtdruk en vloeistofpeilen
  • Controleert of het voertuig startklaar is
  • Controleert op algemene slijtage
  • Gebruikt communicatiemiddelen (CB*, GSM, …) op correcte manier
  • Gebruikt de boordcomputer op correcte manier
  • Gebruikt de persoonlijke beschermingsmiddelen op een correcte manier
  • Handelt in functie van de opdracht, rekening houdend met de exploitatievoorwaarden
  • Houdt rekening met de mogelijke impact van de werkzaamheden op het milieu
  • Houdt rekening met voertuigbewegingen op het terrein
  • Houdt rekening met wettelijke voorschriften en/of exploitatievoorwaarden
  • Kiest een bosexploitatiemachine uit in functie van de opdracht
  • Laat de bosexploitatiemachine veilig achter of maakt ze klaar voor de terugweg
  • Leert het gebruik van (nieuwe) bedrijfseigen machines en uitrusting
  • Leert (nieuwe) bedrijfseigen procedures kennen en past ze toe
  • Leest de opgelegde exploitatievoorwaarden
  • Leest kaarten
  • Overlegt over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht
  • Past de nieuwe ervaringen in de dagelijkse werksituatie toe
  • Past zich flexibel aan veranderende werkomstandigheden aan
  • Past zijn communicatie aan de situatie aan
  • Rapporteert mondeling over de voortgang van de uitgevoerde opdrachten
  • Rapporteert over de opdracht aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • Registreert en/of rapporteert over de eigen werkzaamheden
  • Schat de situatie in
  • Schat in of de activiteiten uitvoerbaar en/of wenselijk zijn op het geplande moment op basis van de weers-, bodem- en terreinomstandigheden
  • Situeert een perceel in een gebied
  • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • Stelt de machine in op basis van de werkvoorschriften en de technische bepalingen van de opdracht
  • Stelt de toestand van de bodem, de beperkingen en obstakels van het terrein vast
  • Stippelt een haalbare en efficiënte route uit naargelang de machine, de eventuele lading, de planning en de opgelegde exploitatievoorwaarden
  • Vermijdt de risico’s als gevolg van ongezonde voeding, alcohol, drugs, stress en vermoeidheid op het veilig gebruik
  • Vermijdt fysieke risico’s (checken of de afscherming van de draaiende onderdelen aan de machine intact is, sluiten van de cabine tegen o.a. geluidshinder,…)
  • Vermijdt risico’s voor zichzelf en derden
  • Voert een last-minute risico-analyse uit voor aanvang van de werkzaamheden
  • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
  • Voorkomt erger
  • Vult opvolgdocumenten in
  • Werkt ecologisch
  • Werkt efficiënt samen met collega's
  • Werkt ergonomisch
  • Werkt kostenbewust
  • Werkt volgens de instructies en/of procedures betreffende de veiligheids-, milieu-, kwaliteits- en welzijnsvoorschriften
  • Zorgt bij gebruik van last- en laadarmen voor een stabiele stand van het voertuig

Probleemoplossende vaardigheden

  • Biedt eerste hulp
  • Brengt de verantwoordelijke op de hoogte bij iedere werksituatie die een gevaar kan vormen voor de veiligheid
  • Gebruikt brandbestrijdingsmiddelen
  • Meldt de nood aan opleiding aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • Meldt defecten die zelf niet kunnen opgelost worden
  • Meldt ongevallen onmiddellijk
  • Meldt problemen met het uitvoeren van de activiteiten als gevolg van de weers-, bodem- en terreinomstandigheden aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • Neemt corrigerende maatregelen indien nodig
  • Rapporteert eventuele afwijkingen of problemen aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • Roept de hulpdiensten correct op en informeert ze (plaats, toestand, ….)
  • Signaleert de nood tot specifieke controles, herstellingen en onderhoud
  • Signaleert defecten

Motorische vaardigheden

  • Bestuurt en bedient de skidder
  • Grijpt boomstammen
  • Hangt indien nodig machines aan
  • Houdt de werkplaats ordelijk
  • Laat de werkplek achter zoals opgelegd in de exploitatievoorwaarden
  • Liert indien nodig het te ruimen hout bij tot de exploitatiepiste
  • Parkeert de bosexploitatiemachine
  • Past de machine aan naargelang de toestand van de bodem, het terrein en de weersomstandigheden
  • Plaatst verankeringssystemen aan de boomstammen of takken (kabel, riemen, takel …)
  • Reinigt de machine
  • Rijdt de bosexploitatiemachine naar het startpunt van de werkzaamheden
  • Sleept boomstammen naar de stapelplaats
  • Stapelt boomstammen, rekening houdend met de laad- en transportwerkzaamheden die volgen
  • Start de bosexploitatiemachine
  • Voert basisonderhoud uit
  • Voert preventieve maatregelen ter bescherming van derden uit, zoals het plaatsen van signalisatie
  • Zet de bosexploitatiemachine stop en schakelt de besturing uit

Omgevingscontext

  • De beroepsbeoefenaar werkt voornamelijk zittend in de cabine. Bij het manoeuvreren van een skidder met kabel moet hij/zij vaker uit de cabine komen. Het beroep kan ook het hanteren van lasten inhouden.
  • De bestuurder van bosexploitatiemachines kan blootgesteld worden aan lawaai.
  • De bestuurder van bosexploitatiemachines voert de werkzaamheden over het algemeen alleen uit. Hij/zij vormt echter slechts één schakel in het hele exploitatieproces dat in teamverband wordt uitgevoerd.
  • De bestuurder van bosexploitatiemachines werkt de taken af binnen de vooropgestelde tijd en volgens de planning.
  • De bestuurder van bosexploitatiemachines werkt in bossen met verschillende terreinomstandigheden en beplantingen.
  • De bestuurder van bosexploitatiemachines werkt volgens de instructies en de werkopdrachten van de opdrachtgever/verantwoordelijke.
  • De sector kent veel reglementeringen, normen en aanbevelingen inzake kwaliteit, veiligheid, welzijn en milieu.
  • De uitoefening van het beroep is onderhevig aan activiteitspieken omwille van o.a. broedseizoen, kwaliteitsaspecten, periodes van hoog recreatief gebruik van het bos …
  • De werkzaamheden zijn deels routinematig of repeterend van aard: tijdens bepaalde periodes moeten dezelfde specifieke activiteiten uitgevoerd worden gedurende meerdere dagen en/of weken na elkaar.
  • Het beroep kan werken in het weekend en op feestdagen inhouden.
  • Veranderende weersomstandigheden hebben een invloed op de werkdagen en vereisen een zekere flexibiliteit in de organisatie. In sommige weersomstandigheden kunnen de werkzaamheden niet starten of moeten ze worden onderbroken.

Handelingscontext

  • De beroepsbeoefenaar draagt bij aan het goede imago van het bedrijf door de kwaliteit van het uitgevoerde werk en een positieve en correcte houding tegenover klanten en collega's.
  • De bestuurder van bosexploitatiemachines heeft aandacht voor en houdt voortdurend rekening met de veiligheid, klanten en/of publiek, milieu en natuur.
  • De bestuurder van bosexploitatiemachines werkt met grote en dure machines. Hij /zij doet dit op een correcte en veilige manier om enerzijds risico’s voor zichzelf en anderen en anderzijds beschadiging van machines en omgeving te vermijden.
  • Het bijblijven met de (technologische) ontwikkelingen binnen de sector vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen.
  • Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen is vereist en kan verschillen naargelang de aard van de uitgevoerde activiteiten.
  • Om deelprocessen en acties op elkaar af te stemmen en ieders veiligheid te waarborgen, communiceert de beroepsbeoefenaar met de verschillende betrokkenen op het exploitatieterrein.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • datgene wat binnen zijn/haar opdracht en competentie ligt te veranderen en aan te passen indien nodig
  • het gebruiken van machines en materieel
  • het uitvoeren van periodieke controles en basisonderhoud van de machine
  • het voorbereiden en uitvoeren van de werkzaamheden verbonden aan de ontvangen opdracht
Is gebonden aan
  • de opgelegde exploitatievoorwaarden
  • de van toepassing zijnde wet- en regelgeving
  • de werkopdracht, de planning en de instructies van de opdrachtgever/verantwoordelijke
Doet beroep op
  • andere betrokkenen in het exploitatieproces
  • de opdrachtgever/verantwoordelijke voor het ontvangen van de opdracht en voor het melden van problemen die buiten zijn/haar verantwoordelijkheid liggen

Verantwoordelijkheid

  • Bereidt de locatie en het traject voor de werkzaamheden voor
  • Bouwt eigen deskundigheid op
  • Brengt verslag uit over eigen werkzaamheden
  • Communiceert intern en extern
  • Houdt bij inzetten van de machines rekening met de weers-, bodem- en terreinomstandigheden
  • Maakt de bosexploitatiemachine werkklaar
  • Rondt de werkzaamheden uitgevoerd met de bosexploitatiemachine af
  • Sleept gevelde bomen uit met een skidder
  • Stelt de opdracht en de plaats van de opdracht vast op basis van de planning
  • Treedt op bij ongevallen
  • Voert periodieke controles en basisonderhoud uit
  • Werkt in teamverband
  • Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
  • Ziet toe op veiligheid, gezondheid en milieu bij het besturen van bosexploitatiemachines

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.

Bijkomende attesten

  • Rijbewijs C + E zoals bepaald in KB van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs
  • Rijbewijs G zoals bepaald in KB van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs
  • Attesten in het kader van de Vlaamse Erkenningsregeling zoals bepaald in BVR van 8 november 2002 houdende de erkenning van kopers en exploitanten van hout (en wijzigingen)