Dierverzorger
BK-0406-2
Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.
Globaal
Titel
Dierverzorger
Definitie
De dierverzorger verleent specifieke zorg, huisvesting en logistieke ondersteuning aan dieren volgens de wettelijke vereisten, de noden, kenmerken en welzijn van het dier teneinde de kwaliteit van de levenssfeer van het dier, mens en omgeving te optimaliseren.
Niveau (VKS en EQF)
4
Jaar van erkenning
versie 2, 2020
Competenties
Opsomming competenties
- Competentie 1:
Werkt in teamverband
- Communiceert en werkt efficiënt samen met collega’s, leidinggevenden en de dierenarts
- Rapporteert aan collega’s en leidinggevende
- Volgt instructies van leidinggevenden /dierenarts op
- Hanteert vakterminologie
- Contacteert de juiste persoon in geval van problemen
- Organiseert het eigen werk en dat van de assistent dierverzorger in functie van prioriteiten en deadlines
- Stuurt, indien nodig, teamleden aan volgens de instructies van de leidinggevende
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Basiskennis van teamwork en interdisciplinair werken
- Basiskennis van vakterminologie
- Kennis van planning en organisatie
- Competentie 2:
Bouwt de eigen deskundigheid op
- Voert nieuwe technieken uit in de dagelijkse werksituatie
- Volgt maatschappelijke evoluties op in verband met de positie van het dier in de maatschappij alsook evoluties omtrent nieuwe technieken en kennis over dierenzorg
- Ondersteunt en neemt deel aan navormingen
- Raadpleegt betrouwbare bronnen voor het opzoeken van informatie
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van sectorspecifieke informatie- en opleidingskanalen
- Kennis van vakbeurzen en opleidingscentra voor dierverzorging
- Kennis van sociale media- en communicatietechnieken
- Kennis van kantoorsoftware
- Kennis van de verschillende sectoren binnen de dierverzorging
- Competentie 3:
Werkt met oog voor veiligheid, kwaliteit en welzijn
- Voert hef/tiltechnieken en andere ergonomische technieken uit
- Voert EHBO-technieken uit
- Contacteert hulpdiensten en deskundigen indien nodig
- Past bedrijfsrichtlijnen en -procedures (onderhoudsrichtlijnen, huisreglement …) toe
- Beoordeelt de eigen werkzaamheden en deze van anderen
- Lost problemen in verband met de eigen uitgevoerde taken op
- Past het eigen voorkomen aan de werksituatie aan
- Werkt ordelijk
- Waakt over de toepassing van de bedrijfsrichtlijnen en procedures en herkent risicogedrag
- Geeft suggesties aan de leidinggevende om richtlijnen en procedures te optimaliseren
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van ergonomische technieken, hef- en tiltechnieken
- Kennis van EHBO bij dieren
- Kennis van noodnummers
- Kennis van hygiëne- en veiligheidsvoorschriften
- Kennis van het veilig gebruik van machines en gereedschap
- Kennis van CITES en EG
- Kennis van kwaliteitssystemen eigen aan de sector
- Competentie 4:
Werkt volgens de professionele gedragscode
- Gaat vertrouwelijk om met gegevens van het dier, het bedrijf, personen zoals leidinggevende, dierenarts, collega's, klanten, ...
- Respecteert algemene regels met betrekking tot dierethiek
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van bedrijfsspecifieke richtlijnen
- Kennis van wetgeving voor dierenwelzijn
- Kennis van dierethiek
- Competentie 5:
Werkt op een veilige en diervriendelijke manier met dieren
- Handelt in functie van de natuurlijke gedragingen en instincten van het dier
- Werkt op een consistente manier met dieren
- Vermijdt risico’s die gepaard gaan met de omgang met verschillende dieren
- Past wetgeving rond dierenwelzijn toe
- Herkent afwijkend gedrag bij dieren
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van bedrijfsspecifieke richtlijnen
- Kennis van wetgeving voor dierenwelzijn
- Kennis van dierethiek
- Kennis van dierkunde (diersoorten - en rassen, uit- en inwendige lichaamsbouw van dieren en de normale ontwikkeling)
- Kennis van technieken voor het benaderen en hanteren van dieren
- Kennis van basisprincipes en technieken voor de verzorging van dieren in het kader van algemeen welzijn (hygiëne, socialisatie, veiligheid, economie en ecologie)
- Kennis van de natuurlijke biotoop van dieren
- Kennis van de leefwijze van dieren
- Kennis van gedragsleer van dieren
- Competentie 6:
Beheert de algemene administratie en de gegevens van dieren
- Houdt wettelijk verplichte registers bij (bijvoorbeeld CITES)
- Houdt gegevens bij in eenvoudige databanken
- Registreert gegevens van dieren wat betreft welzijn, gezondheid, voederconsumptie, gedragingen, onderzoeken, experimenten, ... en gebruikt hierbij kantoorsoftware
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van kantoorsoftware
- Kennis van CITES en EG
- Kennis van dossierbeheer
- Kennis van sectorspecifieke hardware
- Competentie 7:
Ziet toe op de bedrijfshygiëne en past richtlijnen betreffende de bedrijfshygiëne toe
- Voert richtlijnen en maatregelen betreffende de bedrijfshygiëne uit tijdens het huisvesten, manipuleren en verzorgen van dieren
- Rapporteert ziekte of uitbraak van ziekte alsook problemen in verband met de bedrijfshygiëne aan de leidinggevende
- Doet suggesties om de bedrijfshygiëne te verbeteren
- Organiseert en beheert de quarantaineruimte voor dieren
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van ziekten bij dieren
- Basiskennis van ongedierte, ziekte- en plaagbestrijding
- Basiskennis van reinigen en ontsmetten
- Kennis van bedrijfsspecifieke richtlijnen
- Kennis van richtlijnen voor het sorteren van afval en het opslaan van dierlijk afval en dode dieren
- Competentie 8:
Beheert de voorraad van verbruiksgoederen
- Volgt de voorraad van de verbruiksgoederen kwalitatief en kwantitatief op
- Organiseert een kwaliteitsvolle opslag van verbruiksgoederen
- Bestelt tijdig verbruiksgoederen en volgt bestellingen op
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van stockbeheer
- Competentie 9:
Waakt over een goede dagelijkse basisverzorging van de dieren en voert deze ook uit
- Verzorgt dagelijks de dieren (voederen, verzorgen van uiterlijk, voorkomen van letsels, ...) en gebruikt hierbij aangepast materiaal
- Benadert de dieren op een rustige en veilige manier
- Beoordeelt voeder, voeder- en drinksystemen
- Voert eenvoudige curatieve behandelingen uit (EHBO, kleine wonden, ...)
- Past omgevingsfactoren aan volgens de noden van de dieren
- Controleert de dagelijkse verzorging van de dieren en rapporteert onregelmatigheden
- Stelt preventieve maatregelen ter voorkoming van letsels bij dieren voor aan de leidinggevende
- Contacteert bevoegde deskundigen voor het vaccineren, ontwormen, tandverzorging, ...
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van symptomen van ziekten
- Basiskennis van klimaat en klimaatregeling
- Kennis van dierkunde (diersoorten - en rassen, uit- en inwendige lichaamsbouw van dieren en de normale ontwikkeling)
- Kennis van technieken voor het benaderen en hanteren van dieren
- Kennis van basisprincipes en technieken voor de verzorging van dieren in het kader van algemeen welzijn (hygiëne, socialisatie, veiligheid, economie en ecologie)
- Kennis van voedersoorten
- Competentie 10:
Begeleidt de voortplanting bij dieren
- Past omgevingsfactoren aan in functie van de voortplanting (voer, klimaat, nestmateriaal, ...)
- Schat risico's met betrekking tot de voortplanting en dracht in en contacteert deskundigen indien nodig
- Herkent een nakende geboorte
- Staat het dier bij tijdens de bevalling en assisteert indien nodig de dierenarts
- Dient de eerste zorgen toe aan de pasgeborene en geeft basisverzorging aan het jonge dier (verzorging van uiterlijk, spenen, ...)
- Overlegt met en informeert bij externen (onderzoekers, experten, ...) in functie van een fokprogramma
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van geslachtsbepaling van dieren
- Kennis van balts- en bronstkenmerken van dieren
- Kennis van beïnvloedende factoren op eileg
- Kennis van de ontwikkelingsfasen van pasgeborene tot volwassen dier
- Kennis van kenmerken van een nakende geboorte
- Competentie 11:
Leert de dieren de dagelijkse handelingen aan en oefent dagelijks
- Past eenvoudige (trainings)technieken toe om de dieren vertrouwd te maken met de omgeving (socialisatie), dagelijkse verzorgingshandelingen, ...
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van specifiek trainingsmateriaal voor dieren
- Competentie 12:
Voorziet een veilige en diervriendelijke huisvesting voor de dieren rekening houdend met de nood aan beweging en sociaal contact
- Richt een veilige en diervriendelijke binnen- en buitenhuisvesting in met essentiële nutsvoorzieningen (afsluiting, ondergrond, beschutting, deuren en poorten, water- en voedselvoorzieningen, ...)
- Verdeelt de dieren over de voorziene huisvesting rekening houdend met het aantal, de conditie en karakters van de dieren, de weersomstandigheden, omgevingsfactoren, stressgevoeligheid van de dieren, ...
- Richt een aangepaste huisvesting in voor bijvoorbeeld drachtige dieren, zieke en gekwetste dieren, ...
- Maakt een onderhoudsplan op voor de huisvesting
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis over diversiteit bij dieren
- Kennis van gedragsleer van dieren
- Kennis van parameters voor een veilige en diervriendelijke huisvesting
- Kennis van voederplanten en beplanting in en om de huisvesting
- Kennis van gebruiksgoederen en producten voor onderhoud en huisvesting
- Competentie 13:
Zorgt voor een kwaliteitsvolle uitstraling van de werkomgeving en naar de klanten toe
- Adviseert en informeert klanten over de vereisten voor het houden en de benodigdheden van een bepaald huisdier, mogelijke problematieken bij specifieke huisdieren, eventuele behandelingen, algemene kenmerken van dieren, ...
- Richt de werkomgeving (dierenspeciaalzaak, dierenartsenpraktijk, dierentuin, ...) aangenaam en klantvriendelijk in
- Maakt producten verkoopsklaar en etaleert deze ook
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van regelgeving betreffende kweek- en handel in gezelschapsdieren
- Basiskennis van stockbeheer
- Basiskennis van klantvriendelijkheid
- Basiskennis van dierenvoeding
- Basiskennis van commerciële technieken, conflictbehandeling en onthaal
- Kennis van de natuurlijke biotoop van dieren
- Kennis van de leefwijze van dieren
- Kennis van het assortiment voedingsproducten
- Kennis van voedingsleer- en behoeften van dieren
- Kennis van ziektepreventie van de meest voorkomende ziekten bij dieren
- Kennis van verkoopbeperkingen en dierbeschermingsreglementeringen
- Kennis van het transport van dieren
- Competentie 14:
Voert specifieke verzorging van de dieren uit (zieke en hulpbehoevende)
- Assisteert de dierenarts indien nodig bij specialistische verzorging
- Geeft eenvoudig toe te dienen medicatie aan dieren volgens de instructie van de dierenarts
- Verstrekt volgens instructies van de dierenarts peri-operatieve zorgen aan dieren
- Assisteert de dierenarts bij het doden van dieren
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van verzorging van ziekten en kwetsuren bij dieren
- Basiskennis van 'bijzondere zorg voor dieren' (bijvoorbeeld proefdierverzorging)
- Kennis van richtlijnen voor het sorteren van afval en het opslaan van dierlijk afval en dode dieren
- Kennis van het beheren van de apotheek en geneesmiddelen van dieren
- Competentie 15:
Plant het transport van dieren
- Bereidt het voertuig voor op een veilig, hygiënisch en diervriendelijk transport
- Bereidt het dier voor op een diervriendelijk en veilig transport
- Maakt de nodige afspraken met de transportfirma
- Verzamelt de nodige documenten (bijvoorbeeld gezondheidscertificaat, (kopie van) paspoort, ...)
- Leeft de regelgeving inzake 'transport van dieren' en verkeer na
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis regelgeving transport van dieren
Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen
Kennis
- Basiskennis over diversiteit bij dieren
- Basiskennis regelgeving transport van dieren
- Basiskennis van 'bijzondere zorg voor dieren' (bijvoorbeeld proefdierverzorging)
- Basiskennis van commerciële technieken, conflictbehandeling en onthaal
- Basiskennis van communicatietechnieken
- Basiskennis van dierenvoeding
- Basiskennis van klantvriendelijkheid
- Basiskennis van klimaat en klimaatregeling
- Basiskennis van ongedierte, ziekte- en plaagbestrijding
- Basiskennis van regelgeving betreffende kweek- en handel in gezelschapsdieren
- Basiskennis van reinigen en ontsmetten
- Basiskennis van sectorspecifieke informatie- en opleidingskanalen
- Basiskennis van stockbeheer
- Basiskennis van symptomen van ziekten
- Basiskennis van teamwork en interdisciplinair werken
- Basiskennis van vakterminologie
- Basiskennis van verzorging van ziekten en kwetsuren bij dieren
- Basiskennis van ziekten bij dieren
- Kennis van balts- en bronstkenmerken van dieren
- Kennis van basisprincipes en technieken voor de verzorging van dieren in het kader van algemeen welzijn (hygiëne, socialisatie, veiligheid, economie en ecologie)
- Kennis van bedrijfsspecifieke richtlijnen
- Kennis van beïnvloedende factoren op eileg
- Kennis van CITES en EG
- Kennis van de leefwijze van dieren
- Kennis van de natuurlijke biotoop van dieren
- Kennis van de ontwikkelingsfasen van pasgeborene tot volwassen dier
- Kennis van de verschillende sectoren binnen de dierverzorging
- Kennis van dierethiek
- Kennis van dierkunde (diersoorten - en rassen, uit- en inwendige lichaamsbouw van dieren en de normale ontwikkeling)
- Kennis van dossierbeheer
- Kennis van EHBO bij dieren
- Kennis van ergonomische technieken, hef- en tiltechnieken
- Kennis van gebruiksgoederen en producten voor onderhoud en huisvesting
- Kennis van gedragsleer van dieren
- Kennis van geslachtsbepaling van dieren
- Kennis van het assortiment voedingsproducten
- Kennis van het beheren van de apotheek en geneesmiddelen van dieren
- Kennis van het transport van dieren
- Kennis van het veilig gebruik van machines en gereedschap
- Kennis van hygiëne- en veiligheidsvoorschriften
- Kennis van kantoorsoftware
- Kennis van kenmerken van een nakende geboorte
- Kennis van kwaliteitssystemen eigen aan de sector
- Kennis van noodnummers
- Kennis van parameters voor een veilige en diervriendelijke huisvesting
- Kennis van planning en organisatie
- Kennis van richtlijnen voor het sorteren van afval en het opslaan van dierlijk afval en dode dieren
- Kennis van sectorspecifieke hardware
- Kennis van sociale media- en communicatietechnieken
- Kennis van specifiek trainingsmateriaal voor dieren
- Kennis van technieken voor het benaderen en hanteren van dieren
- Kennis van vakbeurzen en opleidingscentra voor dierverzorging
- Kennis van verkoopbeperkingen en dierbeschermingsreglementeringen
- Kennis van voederplanten en beplanting in en om de huisvesting
- Kennis van voedersoorten
- Kennis van voedingsleer- en behoeften van dieren
- Kennis van wetgeving voor dierenwelzijn
- Kennis van ziektepreventie van de meest voorkomende ziekten bij dieren
Cognitieve vaardigheden
- Adviseert en informeert klanten over de vereisten voor het houden en de benodigdheden van een bepaald huisdier, mogelijke problematieken bij specifieke huisdieren, eventuele behandelingen, algemene kenmerken van dieren, ...
- Beoordeelt de eigen werkzaamheden en deze van anderen
- Beoordeelt voeder, voeder- en drinksystemen
- Bestelt tijdig verbruiksgoederen en volgt bestellingen op
- Communiceert en werkt efficiënt samen met collega’s, leidinggevenden en de dierenarts
- Contacteert bevoegde deskundigen voor het vaccineren, ontwormen, tandverzorging, ...
- Contacteert de juiste persoon in geval van problemen
- Contacteert hulpdiensten en deskundigen indien nodig
- Controleert de dagelijkse verzorging van de dieren en rapporteert onregelmatigheden
- Gaat vertrouwelijk om met gegevens van het dier, het bedrijf, personen zoals leidinggevende, dierenarts, collega's, klanten, ...
- Hanteert vakterminologie
- Herkent afwijkend gedrag bij dieren
- Herkent een nakende geboorte
- Houdt gegevens bij in eenvoudige databanken
- Houdt wettelijk verplichte registers bij (bijvoorbeeld CITES)
- Leeft de regelgeving inzake 'transport van dieren' en verkeer na
- Maakt de nodige afspraken met de transportfirma
- Maakt een onderhoudsplan op voor de huisvesting
- Ondersteunt en neemt deel aan navormingen
- Organiseert een kwaliteitsvolle opslag van verbruiksgoederen
- Organiseert en beheert de quarantaineruimte voor dieren
- Overlegt met en informeert bij externen (onderzoekers, experten, ...) in functie van een fokprogramma
- Past bedrijfsrichtlijnen en -procedures (onderhoudsrichtlijnen, huisreglement …) toe
- Past het eigen voorkomen aan de werksituatie aan
- Past wetgeving rond dierenwelzijn toe
- Raadpleegt betrouwbare bronnen voor het opzoeken van informatie
- Rapporteert aan collega’s en leidinggevende
- Rapporteert ziekte of uitbraak van ziekte alsook problemen in verband met de bedrijfshygiëne aan de leidinggevende
- Registreert gegevens van dieren wat betreft welzijn, gezondheid, voederconsumptie, gedragingen, onderzoeken, experimenten, ... en gebruikt hierbij kantoorsoftware
- Respecteert algemene regels met betrekking tot dierethiek
- Richt de werkomgeving (dierenspeciaalzaak, dierenartsenpraktijk, dierentuin, ...) aangenaam en klantvriendelijk in
- Schat risico's met betrekking tot de voortplanting en dracht in en contacteert deskundigen indien nodig
- Stuurt, indien nodig, teamleden aan volgens de instructies van de leidinggevende
- Verzamelt de nodige documenten (bijvoorbeeld gezondheidscertificaat, (kopie van) paspoort, ...)
- Volgt de voorraad van de verbruiksgoederen kwalitatief en kwantitatief op
- Volgt instructies van leidinggevenden /dierenarts op
- Volgt maatschappelijke evoluties op in verband met de positie van het dier in de maatschappij alsook evoluties omtrent nieuwe technieken en kennis over dierenzorg
- Waakt over de toepassing van de bedrijfsrichtlijnen en procedures en herkent risicogedrag
- Werkt op een consistente manier met dieren
- Werkt ordelijk
Probleemoplossende vaardigheden
- Doet suggesties om de bedrijfshygiëne te verbeteren
- Geeft suggesties aan de leidinggevende om richtlijnen en procedures te optimaliseren
- Handelt in functie van de natuurlijke gedragingen en instincten van het dier
- Lost problemen in verband met de eigen uitgevoerde taken op
- Organiseert het eigen werk en dat van de assistent dierverzorger in functie van prioriteiten en deadlines
- Past omgevingsfactoren aan in functie van de voortplanting (voer, klimaat, nestmateriaal, ...)
- Past omgevingsfactoren aan volgens de noden van de dieren
- Richt een aangepaste huisvesting in voor bijvoorbeeld drachtige dieren, zieke en gekwetste dieren, ...
- Richt een veilige en diervriendelijke binnen- en buitenhuisvesting in met essentiële nutsvoorzieningen (afsluiting, ondergrond, beschutting, deuren en poorten, water- en voedselvoorzieningen, ...)
- Stelt preventieve maatregelen ter voorkoming van letsels bij dieren voor aan de leidinggevende
- Verdeelt de dieren over de voorziene huisvesting rekening houdend met het aantal, de conditie en karakters van de dieren, de weersomstandigheden, omgevingsfactoren, stressgevoeligheid van de dieren, ...
- Vermijdt risico’s die gepaard gaan met de omgang met verschillende dieren
- Voert eenvoudige curatieve behandelingen uit (EHBO, kleine wonden, ...)
- Voert EHBO-technieken uit
Motorische vaardigheden
- Assisteert de dierenarts bij het doden van dieren
- Assisteert de dierenarts indien nodig bij specialistische verzorging
- Benadert de dieren op een rustige en veilige manier
- Bereidt het dier voor op een diervriendelijk en veilig transport
- Bereidt het voertuig voor op een veilig, hygiënisch en diervriendelijk transport
- Dient de eerste zorgen toe aan de pasgeborene en geeft basisverzorging aan het jonge dier (verzorging van uiterlijk, spenen, ...)
- Geeft eenvoudig toe te dienen medicatie aan dieren volgens de instructie van de dierenarts
- Maakt producten verkoopsklaar en etaleert deze ook
- Past eenvoudige (trainings)technieken toe om de dieren vertrouwd te maken met de omgeving (socialisatie), dagelijkse verzorgingshandelingen, ...
- Staat het dier bij tijdens de bevalling en assisteert indien nodig de dierenarts
- Verstrekt volgens instructies van de dierenarts peri-operatieve zorgen aan dieren
- Verzorgt dagelijks de dieren (voederen, verzorgen van uiterlijk, voorkomen van letsels, ...) en gebruikt hierbij aangepast materiaal
- Voert hef/tiltechnieken en andere ergonomische technieken uit
- Voert nieuwe technieken uit in de dagelijkse werksituatie
- Voert richtlijnen en maatregelen betreffende de bedrijfshygiëne uit tijdens het huisvesten, manipuleren en verzorgen van dieren
Omgevingscontext
- De dierverzorger kan tewerkgesteld worden in een dierenspeciaalzaak, een dierenasiel, een dierentuin, bij een professionele dierenkweker, een dierenarts, proefdiercentrum.... en in allerlei diergerelateerde sectoren. Afhankelijk van de plaats van tewerkstelling kan de diersoort verschillen. De dierverzorger wordt verondersteld ergonomisch te kunnen werken onder een kortstondige hoge belasting en een langdurige middelmatige belasting.
- De dierverzorger werkt overdag, tijdens weekends, zon- en feestdagen en werkt volgens de normen en reglementeringen inzake veiligheid, hygiëne, dierenwelzijn en milieu. De bedrijfsspecifieke procedures, richtlijnen en regels zijn vooraf gekend.
- De dierverzorger werkt samen met verschillende betrokkenen: assistent dierverzorger, eigenaars van de dieren, dierenartsen, leidinggevende ...
- De werkomgeving van de dierverzorger en de uit te voeren basisverzorgingstaken kunnen als constant en vertrouwd worden beschouwd; doch het takenpakket is vrij gevarieerd. Naast basisverzorging voert de dierverzorger ook specialistische verzorgingstaken uit. Ook verplaatsingen naar klanten, leveranciers van grondstoffen, ... behoren tot het takenpakket.
- In de werkomgeving kunnen onaangename geuren voorkomen en draagt de dierverzorger beschermingskledij indien nodig.
- Ten alle tijden houdt de dierverzorger rekening met het imago van het bedrijf.
Handelingscontext
- De dierverzorger handelt volgens de wetgeving rond dierenwelzijn en ethisch volgens de professionele gedragscode. Hij/zij anticipeert op diergedrag tijdens de werkzaamheden en handelt steeds uit interesse en liefde voor de dieren. De dierverzorger is klantvriendelijk en houdt rekening met de emotionele waarde van het dier ten aanzien van de eigenaar dierverzorger.
- De dierverzorger neemt initiatief om de eigen competenties en het opleidingsniveau up to date te houden.
- De taken worden zowel zelfstandig als in team uitgevoerd. De dagelijkse verzorgingstaken zijn routineus en de uit te voeren administratieve taken eenvoudig. Naast de dagelijkse verzorgingstaken voert de dierverzorger ook specialistische verzorgingstaken uit. De procedures, richtlijnen en doelstellingen zijn vooraf bepaald.
Autonomie
Is zelfstandig in
- het aanleren van de dagelijkse handelingen van het dier
- het beheren van de verbruiksgoederen
- het bewaken van de bedrijfshygiëne
- het bijhouden van de administratieve gegevens van het dier en de algemene administratie
- het creëren van een kwaliteitsvolle uitstraling van de werkomgeving en naar de klanten toe
- het geven van service naar de klanten toe
- het plannen van het transport van dieren
- het signaleren van problemen met betrekking tot de gezondheid van het dier
- het uitvoeren van de verzorgingstaken
- het uitvoeren van specialistische verzorgingstaken volgens de instructies van de leidinggevende en/of dierenarts
- het voorkomen van potentiële gevaarlijke situaties
- het voorzien van een veilige en diervriendelijke huisvesting voor het dier
Is gebonden aan
- bedrijfsrichtlijnen
- instructies van de leidinggevende en dierenarts bij specialistische verzorging
- normen en reglementeringen inzake veiligheid, gezondheid, hygiëne, dierenwelzijn en milieu
Doet beroep op
- de leidinggevende/dierenarts indien de problemen niet zelf op te lossen zijn
Verantwoordelijkheid
- Begeleidt de voortplanting bij dieren
- Beheert de algemene administratie en de gegevens van dieren
- Beheert de voorraad van verbruiksgoederen
- Bouwt de eigen deskundigheid op
- Leert de dieren de dagelijkse handelingen aan en oefent dagelijks
- Plant het transport van dieren
- Voert specifieke verzorging van de dieren uit (zieke en hulpbehoevende)
- Voorziet een veilige en diervriendelijke huisvesting voor de dieren rekening houdend met de nood aan beweging en sociaal contact
- Waakt over een goede dagelijkse basisverzorging van de dieren en voert deze ook uit
- Werkt in teamverband
- Werkt met oog voor veiligheid, kwaliteit en welzijn
- Werkt op een veilige en diervriendelijke manier met dieren
- Werkt volgens de professionele gedragscode
- Ziet toe op de bedrijfshygiëne en past richtlijnen betreffende de bedrijfshygiëne toe
- Zorgt voor een kwaliteitsvolle uitstraling van de werkomgeving en naar de klanten toe
Attesten en voorwaarden
Wettelijke attesten en voorwaarden
Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.
Bijkomende attesten
-
Bewijs van opleiding zoals bepaald in KB van 29 mei 2013 betreffende de bescherming van proefdieren - bijlage 8
-
Bescherming van proefdieren uitreiking getuigschrift of diploma zoals bepaald in KB van 29 mei 2013 bescherming van proefdieren - bijlage 9