Vloerder-tegelzetter

 
BK-0169-3
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Vloerder-tegelzetter

Deze benaming wordt gebruikt in het beroepscompetentieprofiel van het Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid fvb - ffc constructiv. Deze benaming wordt algemeen gebruikt door de sector. De Competent-fiche F160801 gebruikt de benaming ‘Vloerder (m/v)’. De Competent-fiche geeft ook andere benamingen aan zoals ‘Arbeider tegelzetter’, ‘Helper tegelzetter’, ‘Mozaïekwerker’, ‘Plaatser van stenen bekleding’, ‘Vloerder-tegelzetter’,….

Definitie

De vloerder-tegelzetter heeft als opdracht om oppervlakken (vloeren, muren, trappen, terrassen,...) af te werken met tegels, teneinde deze te beschermen en te verfraaien.

Niveau (VKS en EQF)

3

Jaar van erkenning

versie 3, 2020

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband
    • Communiceert effectief en efficiënt
    • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
    • Rapporteert aan leidinggevenden
    • Werkt efficiënt samen met collega's
    • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
    • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van communicatietechnieken
    • Kennis van vakterminologie
  • Competentie 2:
    Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
    • Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
    • Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s
    • Maakt onderscheid tussen gevaarlijk en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
    • Vraagt om informatie ingeval van twijfel over afvalstoffen
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
    • Respecteert de regels rond energieprestaties van gebouwen
    • Herkent asbesthoudende producten en reageert passend
    • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
    • Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
    • Werkt ergonomisch
    • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
    • Beperkt stofemissie
    • Gebruikt (stof)afzuigapparatuur
    • Evalueert zijn eigen werkzaamheden kwalitatief en kwantitief, en stuurt desnoods bij
    • Meldt problemen aan de verantwoordelijke
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van algemene principes EPB
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, houtstof, asbesthoudende producten, …), elektriciteit, lawaai, trillingen, brand, explosies, …
    • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, …)
    • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne-, milieu- en welzijnsvoorschriften
    • Kennis van elektrisch-, pneumatisch- en handgereedschap
    • Kennis van controle- en meetmethoden en –instrumenten
    • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Competentie 3:
    Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
    • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
    • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
    • Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingstekens aan
    • Houdt de werkplek schoon
    • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
    • Gebruikt collectieve beschermingsmiddelen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
    • Kennis van signalisatievoorschriften
    • Kennis van (interne) transportmiddelen
    • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
  • Competentie 4:
    Werkt op hoogte
    • Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels als toegangsmiddel
    • Gebruikt steigers volgens de instructies en veiligheidsregels
    • Gebruikt beschermingsmiddelen (PBM’s en CBM’s) aangepast aan de werkomstandigheden
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van voorschriften voor het veilig werken op hoogte
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van maatregelen ter preventie van het vallen van personen en voorwerpen van een steiger
    • Kennis van voorwaarden om een steiger te betreden
  • Competentie 5:
    Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
    • Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt
    • Gebruikt machines en gereedschappen efficiënt
    • Beperkt het lawaai: implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van geoptimaliseerd verbruik en recuperatie van water, materialen en energie
  • Competentie 6:
    Gebruikt machines en gereedschappen
    • Selecteert te gebruiken machines en gereedschappen
    • Controleert de machines en gereedschappen voor gebruik
    • Gebruikt machines en gereedschappen op een veilige en efficiënte manier
    • Onderhoudt en reinigt de machines en gereedschappen na gebruik
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de werking en veiligheidsaspecten van gebruikte machines en gereedschappen
    • Kennis van elektriciteit i.f.v. de werkzaamheden
    • Kennis van onderhoudstechnieken van gereedschappen en materieel
  • Competentie 7:
    Houdt werkadministratie bij
    • Houdt planning en werkdocumenten bij
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
  • Competentie 8:
    Bereidt de eigen werkzaamheden voor
    • Leest en begrijpt plannen en werktekeningen
    • Maakt het werkplan op
    • Bepaalt de werkmethode en de benodigde materialen
    • Controleert horizontaliteit, verticaliteit, hellingsgraad, haaksheid en loodrechte stand van de te betegelen ruimte
    • Controleert de ondergrond
    • Controleert de afwatering
    • Controleert de toestand van de isolatie en van het lucht- en dampscherm
    • Beschermt de bestaande elementen (raamwerk, muren, drempels, …)
    • Controleert en mengt tegels uit verschillende dozen
    • Dompelt, indien nodig, te bewerken tegels onder en laat deze uitdruipen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van metselwerk
    • Basiskennis van sanitaire installaties en (vloer)verwarming
    • Kennis van functionele berekeningen
    • Kennis van legende, symbolen en de schaal van het plan
    • Kennis van de basisprincipes van vochtproblemen, vochtisolatie en waterkering
    • Kennis van eigenschappen van draagvloeren en ondergronden: oppervlaktetoestand, hardheid, scheurvorming
    • Grondige kennis van verschillende soorten ondergrond en dekvloeren, hun eigenschappen en hun toepassingen
  • Competentie 9:
    Behandelt de te betegelen oppervlak voor
    • Verwijdert, indien nodig, een bestaande bekleding
    • Beitelt oneffenheden weg en ruit op
    • Vult scheuren en gaten
    • Behandelt de ondergrond voor
    • Maakt het oppervlak stofvrij
    • Plaatst afdichtingen en scheidingsmatten
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van lood- en pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, verticaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Kennis van middelen en technieken om de vochtigheidsgraad van een dekvloer te meten
    • Grondige kennis van verschillende soorten ondergrond en dekvloeren, hun eigenschappen en hun toepassingen
  • Competentie 10:
    Plaatst vloertegels in een mortelbed
    • Maakt de legmortel aan
    • Verspreidt de mortel op de dekvloer
    • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
    • Plaatst de tegels in de mortel volgens patroon
    • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
    • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit en/of hellingsgraad, de verticaliteit en de vlakheid
    • Verplaatst de stelkoord
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende soorten patronen
    • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
    • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
    • Grondige kennis van tegelzettechniek bij plaatsing in mortelbed
    • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten
    • Grondige kennis van soorten plaatsingsproducten (lijm, plaatsingsmortel, gestabiliseerd zand,…) hun eigenschappen, de handelsvormen en de exacte mengverhoudingen van de verschillende grondstoffen
  • Competentie 11:
    Plaatst vloertegels in een verse dekvloer
    • Strooit cement op de verse dekvloer
    • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
    • Plaatst de tegels volgens patroon
    • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
    • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
    • Verplaatst de stelkoord
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende soorten patronen
    • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
    • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
    • Grondige kennis van tegelzettechniek bij plaatsing in een verse dekvloer
    • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten
    • Grondige kennis van soorten plaatsingsproducten (lijm, plaatsingsmortel, gestabiliseerd zand,…) hun eigenschappen, de handelsvormen en de exacte mengverhoudingen van de verschillende grondstoffen
  • Competentie 12:
    Lijmt vloertegels op een verharde dekvloer
    • Maakt de lijm aan
    • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
    • Brengt de lijm aan
    • Plaatst de tegels volgens patroon
    • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
    • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende soorten patronen
    • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
    • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
    • Grondige kennis van verschillende lijmtechnieken
    • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten
    • Grondige kennis van soorten plaatsingsproducten (lijm, plaatsingsmortel, gestabiliseerd zand,…) hun eigenschappen, de handelsvormen en de exacte mengverhoudingen van de verschillende grondstoffen
  • Competentie 13:
    Lijmt wandtegels
    • Klemt een op pas gezette rei op één tegelrij boven de vloer
    • Maakt de lijm aan
    • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
    • Brengt de lijm aan
    • Plaatst de tegels
    • Plaatst profielen
    • Kant af
    • Controleert en corrigeert indien nodig de verticaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
    • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
    • Kennis van lood- en pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, verticaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Grondige kennis van verschillende lijmtechnieken
    • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten
    • Grondige kennis van soorten plaatsingsproducten (lijm, plaatsingsmortel, gestabiliseerd zand,…) hun eigenschappen, de handelsvormen en de exacte mengverhoudingen van de verschillende grondstoffen
  • Competentie 14:
    Betegelt trappen
    • Maakt de lijm of mortel aan
    • Brengt de lijm of mortel aan
    • Knipt, snijdt of zaagt tegels
    • Plaatst de tegels volgens patroon rekening houdend met de hoogte van de trede en aantrede
    • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, verticaliteit en de vlakheid
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende soorten patronen
    • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
    • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
    • Kennis van dimensionering van trappen (hoogtes van treden en aantrede)
    • Kennis van lood- en pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, verticaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Grondige kennis van verschillende lijmtechnieken
    • Grondige kennis van tegelzettechniek bij plaatsing in mortelbed
    • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten
    • Grondige kennis van soorten plaatsingsproducten (lijm, plaatsingsmortel, gestabiliseerd zand,…) hun eigenschappen, de handelsvormen en de exacte mengverhoudingen van de verschillende grondstoffen
  • Competentie 15:
    Voegt vloer- en wandtegels
    • Maakt voegmortel aan
    • Giet in of voegt op
    • Maakt voegen en tegels schoon
    • Kit af indien nodig
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor het voegen
    • Kennis van verschillende bestaande soorten droogpoeders en hun eigenschappen
    • Kennis van dosering, bindtijd en gebruiksvoorschriften van de fabrikant voor epoxyvoegen
    • Kennis van elastisch voegwerk: technieken en producten
  • Competentie 16:
    Plaatst buitentegels op gestabiliseerd zand
    • Maakt gestabiliseerd zand aan
    • Bepaalt de uitzetlijn
    • Brengt gestabiliseerd zand aan, rekening houdend met het niveau en de hellingsgraad
    • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
    • Plaatst de tegels volgens patroon
    • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
    • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende soorten patronen
    • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
    • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
    • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten
    • Grondige kennis van soorten plaatsingsproducten (lijm, plaatsingsmortel, gestabiliseerd zand,…) hun eigenschappen, de handelsvormen en de exacte mengverhoudingen van de verschillende grondstoffen
  • Competentie 17:
    Plaatst tegels op ondersteuning
    • Controleert en corrigeert de afwatering van de ondergrond
    • Plaatst de ondersteuningen
    • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
    • Plaatst de tegels volgens patroon op de ondersteuningen
    • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
    • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit en de vlakheid
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
    • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
    • Kennis van verschillende soorten patronen
    • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
    • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
    • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
    • Grondige kennis van verschillende soorten ondergrond en dekvloeren, hun eigenschappen en hun toepassingen
    • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van metselwerk
  • Basiskennis van sanitaire installaties en (vloer)verwarming
  • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
  • Basiskennis van algemene principes EPB
  • Kennis van pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
  • Kennis van verenigbaarheid van gebruikte materialen
  • Kennis van verschillende soorten patronen
  • Kennis van verschillende knip-, boor-, snij- en zaagtechnieken voor tegels
  • Kennis van afkanttechniek (afkanten van tegelwerk)
  • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor de plaatsing (te gebruiken soorten truwelen, profielen, ondersteuning, …)
  • Kennis van verschillende gereedschappen, toebehoren en hulpmiddelen voor het voegen
  • Kennis van verschillende bestaande soorten droogpoeders en hun eigenschappen
  • Kennis van dosering, bindtijd en gebruiksvoorschriften van de fabrikant voor epoxyvoegen
  • Kennis van elastisch voegwerk: technieken en producten
  • Kennis van dimensionering van trappen (hoogtes van treden en aantrede)
  • Kennis van lood- en pastechnieken om vlakheid, horizontaliteit, verticaliteit, hellingsgraad en hoogteverschil vast te stellen
  • Kennis van middelen en technieken om de vochtigheidsgraad van een dekvloer te meten
  • Kennis van functionele berekeningen
  • Kennis van legende, symbolen en de schaal van het plan
  • Kennis van de basisprincipes van vochtproblemen, vochtisolatie en waterkering
  • Kennis van eigenschappen van draagvloeren en ondergronden: oppervlaktetoestand, hardheid, scheurvorming
  • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
  • Kennis van de werking en veiligheidsaspecten van gebruikte machines en gereedschappen
  • Kennis van elektriciteit i.f.v. de werkzaamheden
  • Kennis van onderhoudstechnieken van gereedschappen en materieel
  • Kennis van geoptimaliseerd verbruik en recuperatie van water, materialen en energie
  • Kennis van voorschriften voor het veilig werken op hoogte
  • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Kennis van maatregelen ter preventie van het vallen van personen en voorwerpen van een steiger
  • Kennis van voorwaarden om een steiger te betreden
  • Kennis van signalisatievoorschriften
  • Kennis van (interne) transportmiddelen
  • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
  • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
  • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, houtstof, asbesthoudende producten, …), elektriciteit, lawaai, trillingen, brand, explosies, …
  • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, …)
  • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
  • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne-, milieu- en welzijnsvoorschriften
  • Kennis van elektrisch-, pneumatisch- en handgereedschap
  • Kennis van controle- en meetmethoden en –instrumenten
  • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Kennis van communicatietechnieken
  • Kennis van vakterminologie
  • Grondige kennis van verschillende soorten ondergrond en dekvloeren, hun eigenschappen en hun toepassingen
  • Grondige kennis van tegelzettechniek bij plaatsing in een verse dekvloer
  • Grondige kennis van verschillende lijmtechnieken
  • Grondige kennis van tegelzettechniek bij plaatsing in mortelbed
  • Grondige kennis van soorten tegels, hun eigenschappen (kaliber, kleurtoon, tint, nominale afmetingen, porositeit, …), toepassingen en hun handelsmaten
  • Grondige kennis van soorten plaatsingsproducten (lijm, plaatsingsmortel, gestabiliseerd zand,…) hun eigenschappen, de handelsvormen en de exacte mengverhoudingen van de verschillende grondstoffen

Cognitieve vaardigheden

  • Communiceert effectief en efficiënt
  • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
  • Rapporteert aan leidinggevenden
  • Werkt efficiënt samen met collega's
  • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
  • Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s
  • Maakt onderscheid tussen gevaarlijk en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
  • Vraagt om informatie ingeval van twijfel over afvalstoffen
  • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • Respecteert de regels rond energieprestaties van gebouwen
  • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
  • Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
  • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
  • Beperkt stofemissie
  • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
  • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
  • Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingstekens aan
  • Gebruikt collectieve beschermingsmiddelen
  • Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels als toegangsmiddel
  • Gebruikt steigers volgens de instructies en veiligheidsregels
  • Gebruikt beschermingsmiddelen (PBM’s en CBM’s) aangepast aan de werkomstandigheden
  • Selecteert te gebruiken machines en gereedschappen
  • Controleert de machines en gereedschappen voor gebruik
  • Houdt planning en werkdocumenten bij
  • Leest en begrijpt plannen en werktekeningen
  • Maakt het werkplan op
  • Bepaalt de werkmethode en de benodigde materialen
  • Controleert horizontaliteit, verticaliteit, hellingsgraad, haaksheid en loodrechte stand van de te betegelen ruimte
  • Controleert de ondergrond
  • Controleert de afwatering
  • Controleert de toestand van de isolatie en van het lucht- en dampscherm
  • Controleert en mengt tegels uit verschillende dozen
  • Plaatst de tegels in de mortel volgens patroon
  • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
  • Plaatst de tegels volgens patroon
  • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
  • Plaatst de tegels volgens patroon
  • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
  • Plaatst de tegels volgens patroon rekening houdend met de hoogte van de trede en aantrede
  • Bepaalt de uitzetlijn
  • Plaatst de tegels volgens patroon
  • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting
  • Plaatst de tegels volgens patroon op de ondersteuningen
  • Plaatst afwatering en verzorgt de aansluiting

Probleemoplossende vaardigheden

  • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
  • Herkent asbesthoudende producten en reageert passend
  • Evalueert zijn eigen werkzaamheden kwalitatief en kwantitief, en stuurt desnoods bij
  • Meldt problemen aan de verantwoordelijke
  • Beperkt het lawaai: implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit en/of hellingsgraad, de verticaliteit en de vlakheid
  • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
  • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
  • Controleert en corrigeert indien nodig de verticaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
  • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, verticaliteit en de vlakheid
  • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit, de hellingsgraad en de vlakheid
  • Controleert en corrigeert de afwatering van de ondergrond
  • Controleert en corrigeert indien nodig de horizontaliteit en de vlakheid

Motorische vaardigheden

  • Werkt ergonomisch
  • Gebruikt (stof)afzuigapparatuur
  • Houdt de werkplek schoon
  • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
  • Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt
  • Gebruikt machines en gereedschappen efficiënt
  • Gebruikt machines en gereedschappen op een veilige en efficiënte manier
  • Onderhoudt en reinigt de machines en gereedschappen na gebruik
  • Beschermt de bestaande elementen (raamwerk, muren, drempels, …)
  • Dompelt, indien nodig, te bewerken tegels onder en laat deze uitdruipen
  • Verwijdert, indien nodig, een bestaande bekleding
  • Beitelt oneffenheden weg en ruit op
  • Vult scheuren en gaten
  • Behandelt de ondergrond voor
  • Maakt het oppervlak stofvrij
  • Plaatst afdichtingen en scheidingsmatten
  • Maakt de legmortel aan
  • Verspreidt de mortel op de dekvloer
  • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
  • Verplaatst de stelkoord
  • Strooit cement op de verse dekvloer
  • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
  • Verplaatst de stelkoord
  • Maakt de lijm aan
  • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
  • Brengt de lijm aan
  • Klemt een op pas gezette rei op één tegelrij boven de vloer
  • Maakt de lijm aan
  • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
  • Brengt de lijm aan
  • Plaatst de tegels
  • Plaatst profielen
  • Kant af
  • Maakt de lijm of mortel aan
  • Brengt de lijm of mortel aan
  • Knipt, snijdt of zaagt tegels
  • Maakt voegmortel aan
  • Giet in of voegt op
  • Maakt voegen en tegels schoon
  • Kit af indien nodig
  • Maakt gestabiliseerd zand aan
  • Brengt gestabiliseerd zand aan, rekening houdend met het niveau en de hellingsgraad
  • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels
  • Plaatst de ondersteuningen
  • Knipt, snijdt, boort of zaagt tegels

Omgevingscontext

  • Dit beroep wordt uitgeoefend op bouwplaatsen (nieuwbouw), in bewoonde of in gebruik zijnde gebouwen (renovatie) binnen ondernemingen en vergt de nodige mobiliteit en contactvaardigheid.
  • Dit beroep wordt meestal in team uitgeoefend, waarbij de nodige flexibiliteit belangrijk is om zich aan te passen aan wijzigingen van planning, omgeving, en klimatologische omstandigheden.
  • De werkopdrachten worden vaak strikt afgebakend in de tijd en er heersen in veel gevallen strikte deadlines, wat resultaatgerichtheid, stressbestendigheid en doorzettingsvermogen vraagt.
  • De bouwsector kent veel reglementeringen, normen, aanbevelingen, codes van goede praktijk en technische voorlichtingsfiches inzake kwaliteit, veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu en duurzaam bouwen. Verspilling en de rijzende afvalberg dwingen tot een economische en ecologische omgang met en hergebruik van grondstoffen en materialen.
  • Binnen dit beroep maakt men gebruik van elektrisch en pneumatisch gereedschap. Dit kan gevaar inhouden.
  • Bij het werken met machines kan er lawaaihinder en stof voorkomen.
  • De situatie op de werkplek kan het dragen van lasten, het werken op hoogte, contact met gevaarlijke producten en werken in moeilijke houdingen en omstandigheden impliceren.

Handelingscontext

  • Oog hebben voor kwaliteit en de tevredenheid van de klant door met zorg, toewijding en zin voor esthetiek te werken.
  • Op constructieve en gebruiksvriendelijke wijze uitwisselen van informatie met klanten, collega’s en derden.
  • Aandacht hebben voor gevaarlijke situaties, veiligheidssignalisatie op de bouwplaats respecteren en PBM’s en CBM’s met zorg plaatsen, gebruiken en onderhouden.
  • Omzichtig omgaan met grondstoffen en producten, rekening houdend met veiligheids-, plaatsings- en milieuvoorschriften.
  • Zorgvuldig en nauwkeurig gebruiken van machines, gereedschappen en materialen.
  • Het bijblijven met de (technologische) ontwikkelingen binnen de sector vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het uitvoeren van de plannen en voorbereiden van de eigen werkzaamheden
  • het voorbereiden en aanbrengen van gestabiliseerd zand en het afwerken en controleren
  • het voorbereiden, plaatsen en/of lijmen van vloer- en wandtegels en het afwerken en controleren
  • het controleren van de kwaliteit en kwantiteit van zijn werk
  • het bijhouden van de eigen werkadministratie
  • datgene wat binnen zijn opdracht en competentie ligt te veranderen en aan te passen indien nodig
Is gebonden aan
  • een ontvangen werkopdracht en tijdsplanning
  • veiligheids- , gezondheids- , kwaliteits- en milieuvoorschriften, codes van goede praktijk, technische voorschriften, productfiches, werktekeningen en plannen
  • afspraken met betrekking tot zijn eigen werkzaamheden met collega’s en derden
Doet beroep op
  • de leidinggevende voor de werkopdracht, planning, melden van problemen/storingen en bijkomende instructies

Verantwoordelijkheid

  • Werkt in teamverband
  • Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
  • Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
  • Werkt op hoogte
  • Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
  • Gebruikt machines en gereedschappen
  • Houdt werkadministratie bij
  • Bereidt de eigen werkzaamheden voor
  • Behandelt de te betegelen oppervlak voor
  • Plaatst vloertegels in een mortelbed
  • Plaatst vloertegels in een verse dekvloer
  • Lijmt vloertegels op een verharde dekvloer
  • Lijmt wandtegels
  • Betegelt trappen
  • Voegt vloer- en wandtegels
  • Plaatst buitentegels op gestabiliseerd zand
  • Plaatst tegels op ondersteuning

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.