Plaatser decors en standen

Onderdeel van de beroepskwalificatie Decor- en standenbouwer

 
BK-0097-3-DBK-02

Globaal

Titel

Plaatser decors en standen

De deelkwalificatie Plaatser decors en standen is een samenhangend geheel van competenties afgebakend in de beroepskwalificatie Decor- en standenbouwer, ingeschaald op niveau 3 van de Vlaamse Kwalificatiestructuur.

Competenties

Opsomming competenties

Onderstaande competenties uit de beroepskwalificatie Decor- en standenbouwer vormen samen de deelkwalificatie Plaatser decors en standen (de nummering is conform de nummering van de beroepskwalificatie)

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband
    • Communiceert effectief en efficiënt
    • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
    • Rapporteert aan leidinggevenden
    • Werkt efficiënt samen met collega's
    • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
    • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van communicatietechnieken
    • Kennis van vakterminologie
  • Competentie 2:
    Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
    • Maakt onderscheid tussen gevaarlijke en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
    • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
    • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
    • Werkt ergonomisch
    • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
    • Meldt problemen aan de verantwoordelijke
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van milieuzorgsystemen en -voorschriften in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten
    • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
    • Kennis van etikettering en productidentificatie
  • Competentie 3:
    Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
    • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
    • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
    • Beperkt stofemissie
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
    • Houdt de werkplek schoon
    • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
    • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
    • Gebruikt (stof)afzuigapparatuur/installaties
    • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van milieuzorgsystemen en -voorschriften in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten
    • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
    • Kennis van materialen en gereedschappen
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
  • Competentie 4:
    Werkt op hoogte
    • Gebruikt ladders volgens instructies en veiligheidsregels als toegangsmiddel
    • Gebruikt (rol)steigers en/of hoogwerkers volgens de instructies en veiligheidsvoorschriften
    • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Competentie 5:
    Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
    • Gebruikt water voor taken & schoonmaak efficiënt
    • Gebruikt machines en gereedschappen efficiënt
    • Beperkt het lawaai: gebruikt persoonlijke beschermingsmiddelen, implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
    • Kennis van materialen en gereedschappen
    • Kennis van elektrisch en pneumatisch handgereedschap
    • Grondige kennis van ((C)NC-gestuurde) (houtbewerkings)machines
  • Competentie 15:
    Transporteert grondstoffen, constructieonderdelen en materialen (intern, op locatie, …)
    • Houdt zich aan procedures en voorschriften
    • Verplaatst veilig en op ergonomisch verantwoorde wijze
    • Stapelt zorgvuldig volgens een logische verwerkingsvolgorde
    • Maakt kisten en/of karren op maat voor (internationaal) transport
    • Verpakt, beschermt voor transport (vochtigheid, temperatuur, lichtinval, …)
    • Controleert de lading (aantal, compleetheid, juistheid, …)
    • Laadt, lost met behulp van (interne) transportmiddelen conform de richtlijnen (max. gewicht, aantal, …).
    • Bevestigt en beveiligt tegen vervoersrisico’s (het zekeren van ladingen, …)
    • Transporteert op de plaats van bestemming
    • Past hef- en tiltechnieken toe
    • Organiseert tussentijdse opslag rekening houdend met de omstandigheden op de locatie
    • Onderneemt actie bij onvoorziene omstandigheden of problemen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
    • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van (interne) transportmiddelen
    • Kennis van verpakkingstechnieken
    • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Competentie 18:
    Stelt de situatie op de locatie in functie van de eigen werkzaamheden vast en bereidt de plaatsing voor
    • Neemt kennis van de eigen werkopdracht
    • Neemt kennis van de veiligheids- en opbouwvoorschriften van de locatie
    • Leest en begrijpt (werk)tekeningen en plannen
    • Controleert de levering (aantal, compleetheid, juistheid, …)
    • Beoordeelt de locatie, controleert de inplantingsplaats, vloeren, muren, plafonds, …
    • Controleert de aanwezigheid van de nutsvoorzieningen
    • Bepaalt een optimale werkvolgorde
    • Signaleert grote aanpassingen aan nutsvoorzieningen en/of omgeving aan de bevoegde persoon
    • Brengt signalisatie aan
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van sanitair in functie van decors en standen
    • Basiskennis van elektriciteit in functie van decors en standen
    • Basiskennis van milieuzorgsystemen en -voorschriften in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
    • Kennis van materialen en gereedschappen
    • Kennis van controle- en meetmethoden en -middelen
    • Kennis van functionele rekenvaardigheden
    • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Competentie 19:
    Bouwt decors en standen op
    • Leest en begrijpt (werk)tekeningen en plannen
    • Bevestigt de onderdelen volgens een logische werkvolgorde aan elkaar
    • Plaatst (systeem)vloeren
    • Plaatst soepele en houten vloerbekleding
    • Monteert wanden en plafonds
    • Monteert systeemstanden
    • Bevestigt doeken in een frame
    • Controleert de kwaliteit en maatvoering
    • Meldt problemen aan de bevoegde persoon
    • Ziet er op toe dat veiligheidsvoorschriften worden gerespecteerd (brand, publiek, …)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van sanitair in functie van decors en standen
    • Basiskennis van elektriciteit in functie van decors en standen
    • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
    • Kennis van hout en plaatmaterialen
    • Kennis van materialen en gereedschappen
    • Kennis van elektrisch en pneumatisch handgereedschap
    • Kennis van bevestigingsmiddelen voor onderdelen van decors en standen
    • Kennis van controle- en meetmethoden en -middelen
    • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Grondige kennis van constructie- en verbindingstechnieken voor decors en standen
    • Grondige kennis van plaatsingsmethodes voor onderdelen van decors en standen
  • Competentie 20:
    Integreert (audiovisuele) randapparatuur
    • Leest en begrijpt montage-instructies
    • Brengt (elektrische) bekabeling aan
    • Sluit elektrische toestellen en verlichting aan
    • Sluit (audiovisuele) randapparatuur aan (projectoren, projectieschermen, beeldschermen, audio, …)
    • Merkt noodzaak aan technisch onderhoud op
    • Lokaliseert storingen en lost ze op of meldt problemen aan leidinggevenden en verantwoordelijken
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van elektriciteit in functie van decors en standen
    • Basiskennis van (audiovisuele) randapparatuur
    • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
    • Kennis van materialen en gereedschappen
    • Kennis van elektrisch en pneumatisch handgereedschap
    • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van montagetechnieken
    • Kennis van controle- en meetmethoden en -middelen
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Competentie 21:
    Werkt decors en standen af
    • Integreert andere materialen in de decors en standen (elektrische toestellen, sanitair …)
    • Sluit eenvoudige watertoevoer en –afvoer aan
    • Monteert / kleeft belettering op decors en standen (stickers, …)
    • Richt decors en standen in (tafels, stoelen, toonbank, kaders, …)
    • Regelt beslag af
    • Controleert de kwaliteit van het uitgevoerde werk
    • Meldt problemen/afwijkingen aan leidinggevende/verantwoordelijke
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van sanitair in functie van decors en standen
    • Basiskennis van elektriciteit in functie van decors en standen
    • Kennis van materialen en gereedschappen
    • Kennis van beslag voor decors en standen
    • Kennis van controle- en meetmethoden en -middelen
    • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Competentie 22:
    Bouwt decors en standen af
    • Bepaalt welke onderdelen hergebruikt moeten/kunnen worden
    • Leeft de veiligheidsvoorschriften na bij afbouw
    • Demonteert standen en decors volgens een logische volgorde
    • Verpakt, beschermt voor transport (vochtigheid, temperatuur, lichtinval, …)
    • Organiseert tussentijdse opslag rekening houdend met de omstandigheden op de locatie
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
    • Ruimt de werkplek op
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van sanitair in functie van decors en standen
    • Basiskennis van elektriciteit in functie van decors en standen
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
    • Basiskennis van aanslaan van lasten op hoogte
    • Kennis van materialen en gereedschappen
    • Kennis van elektrisch en pneumatisch handgereedschap
    • Kennis van verpakkingstechnieken
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Grondige kennis van constructie- en verbindingstechnieken voor decors en standen

Beschrijving competenties adhv de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van sanitair in functie van decors en standen
  • Basiskennis van elektriciteit in functie van decors en standen
  • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
  • Basiskennis van milieuzorgsystemen en -voorschriften in functie van de eigen werkzaamheden
  • Basiskennis van (audiovisuele) randapparatuur
  • Basiskennis van aanslaan van lasten op hoogte
  • Kennis van communicatietechnieken
  • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten
  • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
  • Kennis van vakterminologie
  • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
  • Kennis van hout en plaatmaterialen
  • Kennis van materialen en gereedschappen
  • Kennis van beslag voor decors en standen
  • Kennis van elektrisch en pneumatisch handgereedschap
  • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
  • Kennis van montagetechnieken
  • Kennis van (interne) transportmiddelen
  • Kennis van verpakkingstechnieken
  • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
  • Kennis van bevestigingsmiddelen voor onderdelen van decors en standen
  • Kennis van controle- en meetmethoden en -middelen
  • Kennis van functionele rekenvaardigheden
  • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
  • Kennis van etikettering en productidentificatie
  • Grondige kennis van ((C)NC-gestuurde) (houtbewerkings)machines
  • Grondige kennis van constructie- en verbindingstechnieken voor decors en standen
  • Grondige kennis van plaatsingsmethodes voor onderdelen van decors en standen

Cognitieve vaardigheden

  • Communiceert effectief en efficiënt
  • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
  • Rapporteert aan leidinggevenden
  • Werkt efficiënt samen met collega's
  • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
  • Maakt onderscheid tussen gevaarlijke en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
  • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen
  • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
  • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
  • Controleert de lading (aantal, compleetheid, juistheid, …)
  • Neemt kennis van de veiligheids- en opbouwvoorschriften van de locatie
  • Controleert de levering (aantal, compleetheid, juistheid, …)
  • Beoordeelt de locatie, controleert de inplantingsplaats, vloeren, muren, plafonds, …
  • Controleert de aanwezigheid van de nutsvoorzieningen
  • Signaleert grote aanpassingen aan nutsvoorzieningen en/of omgeving aan de bevoegde persoon
  • Meldt problemen aan de bevoegde persoon
  • Ziet er op toe dat veiligheidsvoorschriften worden gerespecteerd (brand, publiek, …)
  • Leest en begrijpt montage-instructies
  • Controleert de kwaliteit van het uitgevoerde werk
  • Meldt problemen/afwijkingen aan leidinggevende/verantwoordelijke
  • Bepaalt welke onderdelen hergebruikt moeten/kunnen worden
  • Leeft de veiligheidsvoorschriften na bij afbouw

Probleemoplossende vaardigheden

  • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • Lokaliseert storingen en lost ze op of meldt problemen aan leidinggevenden en verantwoordelijken

Motorische vaardigheden

  • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • Werkt ergonomisch
  • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
  • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
  • Beperkt stofemissie
  • Houdt de werkplek schoon
  • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
  • Gebruikt (stof)afzuigapparatuur/installaties
  • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Gebruikt ladders volgens instructies en veiligheidsregels als toegangsmiddel
  • Gebruikt (rol)steigers en/of hoogwerkers volgens de instructies en veiligheidsvoorschriften
  • Gebruikt water voor taken & schoonmaak efficiënt
  • Gebruikt machines en gereedschappen efficiënt
  • Beperkt het lawaai: gebruikt persoonlijke beschermingsmiddelen, implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • Verplaatst veilig en op ergonomisch verantwoorde wijze
  • Maakt kisten en/of karren op maat voor (internationaal) transport
  • Verpakt, beschermt voor transport (vochtigheid, temperatuur, lichtinval, …)
  • Laadt, lost met behulp van (interne) transportmiddelen conform de richtlijnen (max. gewicht, aantal, …).
  • Bevestigt en beveiligt tegen vervoersrisico’s (het zekeren van ladingen, …)
  • Transporteert op de plaats van bestemming
  • Past hef- en tiltechnieken toe
  • Organiseert tussentijdse opslag rekening houdend met de omstandigheden op de locatie
  • Brengt signalisatie aan
  • Bevestigt de onderdelen volgens een logische werkvolgorde aan elkaar
  • Plaatst (systeem)vloeren
  • Plaatst soepele en houten vloerbekleding
  • Monteert wanden en plafonds
  • Monteert systeemstanden
  • Bevestigt doeken in een frame
  • Brengt (elektrische) bekabeling aan
  • Sluit elektrische toestellen en verlichting aan
  • Sluit (audiovisuele) randapparatuur aan (projectoren, projectieschermen, beeldschermen, audio, …)
  • Integreert andere materialen in de decors en standen (elektrische toestellen, sanitair …)
  • Sluit eenvoudige watertoevoer en –afvoer aan
  • Monteert / kleeft belettering op decors en standen (stickers, …)
  • Richt decors en standen in (tafels, stoelen, toonbank, kaders, …)
  • Demonteert standen en decors volgens een logische volgorde
  • Ruimt de werkplek op

Omgevingscontext

  • Dit beroep wordt uitgeoefend in de werkplaats binnen ondernemingen en/of op locatie in gebouwen (televisiestudio’s, beurshallen, theaters, culturele centra, …) en vergt de nodige mobiliteit.
  • Het kan ook uitgeoefend worden tijdens het weekend, op feestdagen of ’s nachts.
  • Het beroep wordt soms uitgeoefend op lange afstand van het atelier waarbij overnachten in de buurt van de werklocatie noodzakelijk is.
  • Bij het werken op locatie kunnen onvoorziene omstandigheden optreden, wat de nodige probleemoplossende vaardigheden vergt.
  • Dit beroep wordt meestal in teamverband uitgeoefend, meestal in een onderneming waar de nodige flexibiliteit belangrijk is om zich aan te passen aan wijzigingen van planning, omgeving, grondstoffen en machines.
  • De werkopdrachten worden vaak strikt afgebakend in de tijd en er heersen in veel gevallen strikte deadlines, wat resultaatgerichtheid, stressbestendigheid en doorzettingsvermogen vraagt.
  • Dit beroep kent veel reglementeringen, normen, aanbevelingen en technische voorlichtingsfiches inzake kwaliteit, veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu en duurzaam bouwen. Verspilling en de rijzende afvalberg dwingen tot een economische en ecologische omgang met en hergebruik van grondstoffen en materialen.
  • Binnen dit beroep maakt men gebruik van elektrisch en pneumatisch gereedschap. Dit kan gevaar inhouden voor het oplopen van snijwonden, het klem raken van de machine, de terugslag van het werkstuk en/of van de machine, het stoten tegen voorwerpen, gevaar voor elektrocutie, …
  • Bij het werken met machines kan er lawaaihinder en (hout)stof voorkomen.
  • De situatie op de werkplek kan het dragen van lasten en werken in moeilijke houdingen en omstandigheden impliceren.
  • Het bijblijven met de (technologische) ontwikkelingen binnen de sector vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen.

Handelingscontext

  • Oog hebben voor kwaliteit en de tevredenheid van de klant of opdrachtgever door met zorg, toewijding en zin voor esthetiek te werken.
  • Esthetische en artistieke elementen in een werkopdracht technisch vertalen
  • Op constructieve en gebruiksvriendelijke wijze uitwisselen van informatie met klanten, collega’s en derden.
  • Aandacht hebben voor gevaarlijke situaties, veiligheidssignalisatie op de werkplek en/of op locatie respecteren en persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen met zorg gebruiken en onderhouden.
  • Omzichtig omgaan met grondstoffen en producten, rekening houdend met veiligheidsvoorschriften.
  • Zorgvuldig en nauwkeurig omgaan met machines, gereedschappen en materialen.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het uitvoeren van de werkopdrachten en plannen en voorbereiden van de eigen werkzaamheden
  • het opmeten
  • het opstellen van de hout-, meet- en materiaalstaat
  • het opmaken van het zaagplan
  • het bepalen van zijn werkvolgorde
  • het uitvoeren van zijn werkzaamheden, voorbereiden, het bewerken, vergaren, (af)monteren, afwerken, inrichten , op- en afbouwen en controleren
  • het gebruiken van gereedschappen en machines
  • datgene wat binnen zijn opdracht en competentie ligt te veranderen en aan te passen indien nodig
Is gebonden aan
  • een ontvangen werkopdracht en tijdsplanning
  • veiligheids- en milieuvoorschriften, technische voorschriften, productfiches, werktekeningen en plannen
Doet beroep op
  • leidinggevende voor de werkopdracht, (productie)gegevens, planning, melden van problemen/storingen en bijkomende instructies
  • (onderhouds)technieker en/of derden voor storingen, technische interventies en/of onderhoud aan het machinepark
  • ontwerpers bij onduidelijkheden
  • specialisten voor het bevestigen van lasten op hoogte

Verantwoordelijkheid

  • Werkt in teamverband
  • Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
  • Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
  • Werkt op hoogte
  • Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
  • Transporteert grondstoffen, constructieonderdelen en materialen (intern, op locatie, …)
  • Stelt de situatie op de locatie in functie van de eigen werkzaamheden vast en bereidt de plaatsing voor
  • Bouwt decors en standen op
  • Integreert (audiovisuele) randapparatuur
  • Werkt decors en standen af
  • Bouwt decors en standen af

Attesten en voorwaardens

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.