Houthakker

 
BK-0564-1
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Houthakker

Definitie

De houthakker velt, onttakt en kort bomen door met een kettingzaag, rekening houdend met veiligheidsregels, milieunormen en uitvoeringsvoorschriften teneinde de exploitatie-, beheer- en/of onderhoudsdoelstellingen van de opdrachtgever te realiseren.

Afbakening

Volgende activiteiten behoren niet tot het takenpakket van de houthakker:

- Werken op hoogte in bomen: ontkronen en snoeien op een hoogte die voor een persoon niet bereikbaar is vanop de grond met behulp van telescopisch gereedschap wordt uitgevoerd door een boomverzorger.

- Vellen, onttakken en doorkorten van bomen met een bosexploitatiemachine: dit wordt uitgevoerd door een bestuurder van bosexploitatiemachines.

Niveau (VKS en EQF)

3

Jaar van erkenning

versie 1, 2021

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt op een gezonde, veilige en milieubewuste manier
    • Past de veiligheids- en milieuvoorschriften toe
    • Gebruikt materialen, handgereedschap, machines en producten op een veilige manier
    • Vermijdt risico’s voor zichzelf, medewerkers, klanten en andere personen
    • Gebruikt de persoonlijke beschermingsmiddelen op een correcte manier
    • Werkt op een ergonomisch verantwoorde manier
    • Plaatst waarschuwingsborden
    • Past hef- en tiltechnieken toe
    • Waarborgt veiligheid en kwaliteit
    • Voert werkzaamheden uit volgens instructie en/of opdracht
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Kennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van hef- en tiltechnieken
    • Kennis van veiligheidspictogrammen
    • Kennis van signalisatie en markering van bosbouwwerkzaamheden
    • Kennis van handgereedschap voor het vellen en opwerken van bomen (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, …)
    • Kennis van gebruiksmogelijkheden van courante machines voor het vellen en opwerken van bomen* (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, type brandstof …)
    • Kennis van verschillende werkmethoden en werkvolgorde
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van materialen en materieel
    • Grondige kennis van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
  • Competentie 2:
    Neemt kennis van de instructie en/of opdracht
    • Leest/stelt zich op de hoogte van de werkopdracht
    • Handelt in functie van de instructie en/of opdracht
    • Verzamelt de benodigde materialen en materieel
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van lezen van (eenvoudige) plannen
    • Basiskennis van organisatierichtlijnen
    • Basiskennis van kaartlezen
    • Kennis van handgereedschap voor het vellen en opwerken van bomen (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, …)
    • Kennis van gebruiksmogelijkheden van courante machines voor het vellen en opwerken van bomen* (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, type brandstof …)
    • Kennis van materialen en materieel
  • Competentie 3:
    Werkt met courante machines* en/of materieel voor het vellen en opwerken van bomen**, volgens instructie en/of opdracht
    • Maakt de machines en werktuigen gebruiksklaar en/of past ze aan
    • Gebruikt courante vellingondersteunende machines en handgereedschappen op een correcte en veilige manier
    • Zorgt, tijdens de werkzaamheden, dat er geen materiaalverlies is en dat de levensduur van machines en gereedschappen optimaal is
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van handgereedschap voor het vellen en opwerken van bomen (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, …)
    • Kennis van gebruiksmogelijkheden van courante machines voor het vellen en opwerken van bomen* (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, type brandstof …)
* uitgezonderd bosexploitatiemachines, zie afbakening
** opwerken: onttakken en doorkorten
  • Competentie 4:
    Bouwt eigen deskundigheid op
    • Stelt zich op de hoogte van de (verplichte) nascholingen die relevant zijn voor het beroep
    • Volgt aangewezen of relevante nascholingen
    • Integreert nieuwe ervaringen in de dagelijkse werksituatie
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van het opleidingsaanbod
    • Kennis van vakterminologie
  • Competentie 5:
    Controleert de eigen werkzaamheden en ruimt op volgens instructie en/of opdracht
    • Ruimt op tijdens en aan het einde van de werkzaamheden
    • Controleert de eigen werkzaamheden, samen met de opdrachtgever/verantwoordelijke
    • Rapporteert aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
    • Meldt en overlegt problemen met de opdrachtgever/verantwoordelijke
    • Meldt gebreken, beschadigingen, afwijkingen en onvoorziene zaken
    • Laat de werkplek opgeruimd en verzorgd achter
    • Verwerkt het restmateriaal indien van toepassing
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van restmaterialen en het verwerken van restmaterialen
    • Basiskennis van kwaliteitsnormen, -waarden en toleranties met betrekking tot de werkzaamheden
    • Basiskennis van de richtlijnen voor het sorteren van afval
    • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van mondeling en schriftelijk rapporteren
    • Kennis van registratie van de gegevens m.b.t. de eigen werkzaamheden en verantwoordelijkheid
  • Competentie 6:
    Controleert, reinigt en doet basisonderhoud van machines en materieel
    • Reinigt na gebruik het materieel en de machines
    • Bergt het materieel en de machines op een correcte en veilige manier op
    • Controleert de werking van het materieel en de machines
    • Gaat zorgvuldig met het materieel om en laat het gebruiksklaar achter
    • Meldt problemen aan de technicus of verantwoordelijke
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van mechanisch onderhoud
    • Kennis van veiligheidspictogrammen
    • Kennis van handgereedschap voor het vellen en opwerken van bomen (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, …)
    • Kennis van gebruiksmogelijkheden van courante machines voor het vellen en opwerken van bomen* (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, type brandstof …)
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
  • Competentie 7:
    Gaat om met derden
    • Gaat respectvol en beleefd om met derden
    • Beantwoordt vragen van derden in een duidelijk begrijpbare taal
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van omgangsvormen met medewerkers, klanten en derden
  • Competentie 8:
    Brengt verslag uit over eigen werkzaamheden
    • Vult opvolgdocumenten in
    • Rapporteert mondeling over de voortgang van de uitgevoerde opdrachten
    • Brengt de verantwoordelijke onmiddellijk op de hoogte bij ieder gebrek aan beschermingssystemen en van iedere werksituatie die een gevaar kan vormen voor de veiligheid
    • Meldt defecten die zelf niet kunnen opgelost worden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van functionele rekenvaardigheid
    • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van mondeling en schriftelijk rapporteren
    • Kennis van registratie van de gegevens m.b.t. de eigen werkzaamheden en verantwoordelijkheid
    • Grondige kennis van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
  • Competentie 9:
    Bereidt het vellen met kettingzaag voor
    • Verifieert de merktekens op de te vellen bomen
    • Voert preventieve maatregelen ter bescherming van derden uit, zoals het plaatsen van signalisatie
    • Evalueert of het vellen kan gebeuren zonder kwaliteitsverlies
    • Evalueert of de velling assistentie vereist (ontkruinen, kabelondersteund vellen …)
    • Bepaalt de velrichting rekening houdend met uitsleeproutes, kwaliteitsaspecten, veiligheidsaspecten, terreinomstandigheden
    • Kiest de veltechniek in functie van de te vellen boom in de gegeven omstandigheden
    • Meldt en overlegt problemen met de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van kwaliteitsnormen, -waarden en toleranties met betrekking tot de werkzaamheden
    • Basiskennis van relevante schimmels en parasieten
    • Basiskennis van kenmerken van biotopen en ecosystemen
    • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van veiligheidspictogrammen
    • Kennis van signalisatie en markering van bosbouwwerkzaamheden
    • Kennis van mondeling en schriftelijk rapporteren
    • Kennis van exploitatiemethodes
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
    • Kennis van courante boomsoorten en hun relevante houteigenschappen
    • Grondige kennis van veltechnieken
  • Competentie 10:
    Past doorkorttechnieken* toe met kettingzaag
    • Zorgt voor de eigen veiligheid en die van anderen in de werkzone (PBM, EHBO-kit, risicoanalyse /noodprocedure …)
    • Onderhoudt en controleert de kettingzaag op de algemene conditie, scherpte en veiligheidsvoorzieningen
    • Scherpt de hele ketting
    • Gebruikt aangepaste, veilige doorkorttechnieken met gepast materiaal
    • Zorgt bij het toepassen van doorkorttechnieken voor een correcte lichaamshouding en positie
    • Zet kettingrem steeds op voor verplaatsing of als machine met één hand wordt gelost
    • Kiest en gebruikt de geschikte hulpmiddelen om hout te verplaatsen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van organisatierichtlijnen
    • Basiskennis van restmaterialen en het verwerken van restmaterialen
    • Basiskennis van mechanisch onderhoud
    • Kennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van verschillende werkmethoden en werkvolgorde
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
    • Kennis van bouw en werking van de kettingzaag, de veiligheidsvoorzieningen en het vereiste onderhoud
    • Kennis van het correct gebruik van hulpmiddelen om hout te verplaatsen of vasthangende boom neer te halen
    • Kennis van hout onder spanning en de mogelijke gevolgen
    • Kennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
    • Grondige kennis van veilig werken met kettingzaag
    • Grondige kennis van onttak- en doorkorttechnieken
    • Grondige kennis van de verschillende werkwijzen met correcte houding en zaagtechnieken met een kettingzaag
* Doorkorttechnieken: technieken om liggend hout dwars door te zagen, rekening houdend met spanningsveld
  • Competentie 11:
    Velt gemarkeerde bomen met stam op velhoogte kleiner dan zaagbladlengte met een kettingzaag
    • Controleert de werkplek en de toestand van de te vellen bomen
    • Zorgt voor de eigen veiligheid en die van anderen in de werkzone (PBM, EHBO-kit, risicoanalyse /noodprocedure …)
    • Bereidt voorafgaand aan de velling de boom voor door het veilig uitvoeren van een stamreiniging
    • Verwijdert, indien nodig, wortelaanzetten
    • Maakt correct een valkerf*, spintsnedes* en velsnede*
    • Behoudt een breuklijst* van niet minder dan 10% van de stamdiameter op velhoogte
    • Velt bomen met stam op velhoogte kleiner dan zaagbladlengte, op een veilige en ergonomische manier
    • Onttakt en kort stam af op een veilige en ergonomische manier
    • Haalt een (vasthangende) boom veilig en ergonomisch neer (keuze werkpositie, gepaste hulpmiddelen, vluchtroute,…)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van organisatierichtlijnen
    • Basiskennis van restmaterialen en het verwerken van restmaterialen
    • Basiskennis van mechanisch onderhoud
    • Kennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van verschillende werkmethoden en werkvolgorde
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
    • Kennis van bouw en werking van de kettingzaag, de veiligheidsvoorzieningen en het vereiste onderhoud
    • Kennis van het correct gebruik van hulpmiddelen om hout te verplaatsen of vasthangende boom neer te halen
    • Kennis van hout onder spanning en de mogelijke gevolgen
    • Kennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
    • Grondige kennis van veilig werken met kettingzaag
    • Grondige kennis van veltechnieken
    • Grondige kennis van onttak- en doorkorttechnieken
    • Grondige kennis van de verschillende werkwijzen met correcte houding en zaagtechnieken met een kettingzaag
* Valkerf: de spie die in de valrichting uit de boom gezaagd wordt
Spintsnede: ondiepe inkeping haaks op de valrichting boven de onderkant van de valkerf en rakend aan de valkerf
Velsnede: horizontale snede in de tegenovergestelde richting van de valkerf tot aan de breuklijst
Breuklijst: stuk in het zaagvlak dat niet doorgezaagd mag worden en dienst doet als scharnierpunt bij het vallen
  • Competentie 12:
    Velt bomen met stam op velhoogte groter dan zaagbladlengte met een kettingzaag
    • Controleert de werkplek en de toestand van de te vellen bomen
    • Zorgt voor de eigen veiligheid en die van anderen in de werkzone (PBM, EHBO-kit, risicoanalyse /noodprocedure…)
    • Bereidt voorafgaand aan de velling de boom voor door het veilig uitvoeren van een stamreiniging
    • Verwijdert, indien nodig, wortelaanzetten
    • Kiest de veltechniek in functie van de omgeving en de spanning in de boom
    • Maakt correct een valkerf, spintsnedes en velsnede
    • Behoudt een breuklijst van niet minder dan 10% van de stamdiameter op velhoogte tenzij risico analyse anders voorschrijft
    • Velt middelgrote en grote bomen met stam op velhoogte groter dan zaagbladlengte (inclusief voorover-, achterover- en zijwaarts leunende bomen) op een veilige en ergonomische manier (keuze velrichting, vluchtroute…)
    • Onttakt en kort stam af op een veilige en ergonomische manier
    • Gebruikt de (hand)lier met aangepast materiaal
    • Haalt een (vasthangende) boom veilig en ergonomisch neer (keuze werkpositie, gepaste hulpmiddelen, vluchtroute…)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van organisatierichtlijnen
    • Basiskennis van restmaterialen en het verwerken van restmaterialen
    • Basiskennis van mechanisch onderhoud
    • Kennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van verschillende werkmethoden en werkvolgorde
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
    • Kennis van bouw en werking van de kettingzaag, de veiligheidsvoorzieningen en het vereiste onderhoud
    • Kennis van het correct gebruik van hulpmiddelen om hout te verplaatsen of vasthangende boom neer te halen
    • Kennis van hout onder spanning en de mogelijke gevolgen
    • Kennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
    • Grondige kennis van veilig werken met kettingzaag
    • Grondige kennis van veltechnieken
    • Grondige kennis van onttak- en doorkorttechnieken
    • Grondige kennis van de verschillende werkwijzen met correcte houding en zaagtechnieken met een kettingzaag
  • Competentie 13:
    Velt windval en beschadigde bomen met een kettingzaag*
    • Controleert de werkplek en de toestand van de te vellen bomen
    • Zorgt voor de eigen veiligheid en die van anderen in de werkzone (PBM, EHBO-kit, risicoanalyse /noodprocedure,...)
    • Bereidt voorafgaand aan de velling de boom voor door het veilig uitvoeren van een stamreiniging
    • Verwijdert, indien nodig, wortelaanzetten
    • Kiest bij een beschadigde boom de veltechniek in functie van de omgeving en de spanning in de boom
    • Behoudt bij het vellen een breuklijst van niet minder dan 10% van de stamdiameter op velhoogte tenzij risicoanalyse anders voorschrijft
    • Beveiligt bij windval een voor- of achterwaarts hellende wortelplaat met een veilige (hand)lieropstelling
    • Zaagt bij windval wortelplaten en stammen kleiner en groter dan zaagbladlengte los met gepaste zaagtechnieken
    • Velt windval en beschadigde bomen op een veilige en ergonomische manier (keuze velrichting, vluchtroute…)
    • Gebruikt trek- en stuurlijnen*
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van organisatierichtlijnen
    • Basiskennis van restmaterialen en het verwerken van restmaterialen
    • Basiskennis van mechanisch onderhoud
    • Kennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van verschillende werkmethoden en werkvolgorde
    • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
    • Kennis van bouw en werking van de kettingzaag, de veiligheidsvoorzieningen en het vereiste onderhoud
    • Kennis van het correct gebruik van hulpmiddelen om hout te verplaatsen of vasthangende boom neer te halen
    • Kennis van hout onder spanning en de mogelijke gevolgen
    • Kennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
    • Grondige kennis van veilig werken met kettingzaag
    • Grondige kennis van veltechnieken
    • Grondige kennis van onttak- en doorkorttechnieken
    • Grondige kennis van de verschillende werkwijzen met correcte houding en zaagtechnieken met een kettingzaag
* Treklijn: touwen of kabels waarmee de boom over zijn zwaartepunt getrokken wordt
Stuurlijn: touwen of kabels waarmee de valrichting gestuurd wordt en zo bepaalde valrichtingen worden uitgesloten
  • Competentie 14:
    Werkt gevelde bomen op met een kettingzaag
    • Onttakt de gevelde boom
    • Kort het hout door volgens bestek of opdracht
    • Brengt markeringen op het hout aan
    • Meet het liggend hout op (lengte, diameter, volume)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
    • Basiskennis van restmaterialen en het verwerken van restmaterialen
    • Basiskennis van kwaliteitsnormen, -waarden en toleranties met betrekking tot de werkzaamheden
    • Basiskennis van functionele rekenvaardigheid
    • Basiskennis van meetmethoden en -middelen
    • Kennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
    • Kennis van verschillende werkmethoden en werkvolgorde
    • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
    • Kennis van houtsortimentering
    • Grondige kennis van veilig werken met kettingzaag
    • Grondige kennis van onttak- en doorkorttechnieken
    • Grondige kennis van de verschillende werkwijzen met correcte houding en zaagtechnieken met een kettingzaag

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten
  • Basiskennis van lezen van (eenvoudige) plannen
  • Basiskennis van organisatierichtlijnen
  • Basiskennis van het opleidingsaanbod
  • Basiskennis van restmaterialen en het verwerken van restmaterialen
  • Basiskennis van kwaliteitsnormen, -waarden en toleranties met betrekking tot de werkzaamheden
  • Basiskennis van mechanisch onderhoud
  • Basiskennis van omgangsvormen met medewerkers, klanten en derden
  • Basiskennis van de richtlijnen voor het sorteren van afval
  • Basiskennis van relevante schimmels en parasieten
  • Basiskennis van kenmerken van biotopen en ecosystemen
  • Basiskennis van functionele rekenvaardigheid
  • Basiskennis van (werk)documenten i.f.v. uit te voeren taken
  • Basiskennis van meetmethoden en -middelen
  • Basiskennis van kaartlezen
  • Kennis van wet- en regelgeving i.f.v. uit te voeren taken
  • Kennis van hef- en tiltechnieken
  • Kennis van veiligheidspictogrammen
  • Kennis van signalisatie en markering van bosbouwwerkzaamheden
  • Kennis van handgereedschap voor het vellen en opwerken van bomen (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, …)
  • Kennis van gebruiksmogelijkheden van courante machines voor het vellen en opwerken van bomen* (naam, gebruik, onderhoud, gevaren, type brandstof …)
  • Kennis van verschillende werkmethoden en werkvolgorde
  • Kennis van veiligheids- en milieuvoorschriften
  • Kennis van materialen en materieel
  • Kennis van vakterminologie
  • Kennis van mondeling en schriftelijk rapporteren
  • Kennis van registratie van de gegevens m.b.t. de eigen werkzaamheden en verantwoordelijkheid
  • Kennis van exploitatiemethodes
  • Kennis van risico’s met betrekking tot de werkzaamheden
  • Kennis van bouw en werking van de kettingzaag, de veiligheidsvoorzieningen en het vereiste onderhoud
  • Kennis van het correct gebruik van hulpmiddelen om hout te verplaatsen of vasthangende boom neer te halen
  • Kennis van hout onder spanning en de mogelijke gevolgen
  • Kennis van houtsortimentering
  • Kennis van courante boomsoorten en hun relevante houteigenschappen
  • Kennis van EHBO in afgelegen werkomstandigheden
  • Grondige kennis van veilig werken met kettingzaag
  • Grondige kennis van veltechnieken
  • Grondige kennis van onttak- en doorkorttechnieken
  • Grondige kennis van de verschillende werkwijzen met correcte houding en zaagtechnieken met een kettingzaag
  • Grondige kennis van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
* uitgezonderd bosexploitatiemachines, zie afbakening

Cognitieve vaardigheden

  • Past de veiligheids- en milieuvoorschriften toe
  • Gebruikt de persoonlijke beschermingsmiddelen op een correcte manier
  • Werkt op een ergonomisch verantwoorde manier
  • Waarborgt veiligheid en kwaliteit
  • Leest/stelt zich op de hoogte van de werkopdracht
  • Handelt in functie van de instructie en/of opdracht
  • Verzamelt de benodigde materialen en materieel
  • Zorgt, tijdens de werkzaamheden, dat er geen materiaalverlies is en dat de levensduur van machines en gereedschappen optimaal is
  • Stelt zich op de hoogte van de (verplichte) nascholingen die relevant zijn voor het beroep
  • Volgt aangewezen of relevante nascholingen
  • Integreert nieuwe ervaringen in de dagelijkse werksituatie
  • Controleert de eigen werkzaamheden, samen met de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • Rapporteert aan de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • Controleert de werking van het materieel en de machines
  • Gaat zorgvuldig met het materieel om en laat het gebruiksklaar achter
  • Gaat respectvol en beleefd om met derden
  • Beantwoordt vragen van derden in een duidelijk begrijpbare taal
  • Vult opvolgdocumenten in
  • Rapporteert mondeling over de voortgang van de uitgevoerde opdrachten
  • Verifieert de merktekens op de te vellen bomen
  • Evalueert of het vellen kan gebeuren zonder kwaliteitsverlies
  • Evalueert of de velling assistentie vereist (ontkruinen, kabelondersteund vellen …)
  • Bepaalt de velrichting rekening houdend met uitsleeproutes, kwaliteitsaspecten, veiligheidsaspecten, terreinomstandigheden
  • Kiest de veltechniek in functie van de te vellen boom in de gegeven omstandigheden
  • Zorgt bij het toepassen van doorkorttechnieken voor een correcte lichaamshouding en positie
  • Controleert de werkplek en de toestand van de te vellen bomen
  • Zorgt voor de eigen veiligheid en die van anderen in de werkzone (PBM, EHBO-kit, risicoanalyse /noodprocedure …)
  • Kiest de veltechniek in functie van de omgeving en de spanning in de boom
  • Brengt markeringen op het hout aan
  • Meet het liggend hout op (lengte, diameter, volume)

Probleemoplossende vaardigheden

  • Vermijdt risico’s voor zichzelf, medewerkers, klanten en andere personen
  • Meldt en overlegt problemen met de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • Meldt gebreken, beschadigingen, afwijkingen en onvoorziene zaken
  • Meldt problemen aan de technicus of verantwoordelijke
  • Brengt de verantwoordelijke onmiddellijk op de hoogte bij ieder gebrek aan beschermingssystemen en van iedere werksituatie die een gevaar kan vormen voor de veiligheid
  • Meldt defecten die zelf niet kunnen opgelost worden

Motorische vaardigheden

  • Gebruikt materialen, handgereedschap, machines en producten op een veilige manier
  • Plaatst waarschuwingsborden
  • Past hef- en tiltechnieken toe
  • Voert werkzaamheden uit volgens instructie en/of opdracht
  • Maakt de machines en werktuigen gebruiksklaar en/of past ze aan
  • Gebruikt courante vellingondersteunende machines en handgereedschappen op een correcte en veilige manier
  • Ruimt op tijdens en aan het einde van de werkzaamheden
  • Laat de werkplek opgeruimd en verzorgd achter
  • Verwerkt het restmateriaal indien van toepassing
  • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • Reinigt na gebruik het materieel en de machines
  • Bergt het materieel en de machines op een correcte en veilige manier op
  • Voert preventieve maatregelen ter bescherming van derden uit, zoals het plaatsen van signalisatie
  • Onderhoudt en controleert de kettingzaag op de algemene conditie, scherpte en veiligheidsvoorzieningen
  • Scherpt de hele ketting
  • Gebruikt aangepaste, veilige doorkorttechnieken met gepast materiaal
  • Zet kettingrem steeds op voor verplaatsing of als machine met één hand wordt gelost
  • Kiest en gebruikt de geschikte hulpmiddelen om hout te verplaatsen
  • Bereidt voorafgaand aan de velling de boom voor door het veilig uitvoeren van een stamreiniging
  • Verwijdert, indien nodig, wortelaanzetten
  • Maakt correct een valkerf*, spintsnedes* en velsnede*
  • Velt bomen met stam op velhoogte kleiner dan zaagbladlengte, op een veilige en ergonomische manier
  • Onttakt en kort stam af op een veilige en ergonomische manier
  • Haalt een (vasthangende) boom veilig en ergonomisch neer (keuze werkpositie, gepaste hulpmiddelen, vluchtroute,…)
  • Behoudt een breuklijst van niet minder dan 10% van de stamdiameter op velhoogte tenzij risico analyse anders voorschrijft
  • Velt middelgrote en grote bomen met stam op velhoogte groter dan zaagbladlengte (inclusief voorover-, achterover- en zijwaarts leunende bomen) op een veilige en ergonomische manier (keuze velrichting, vluchtroute…)
  • Gebruikt de (hand)lier met aangepast materiaal
  • Beveiligt bij windval een voor- of achterwaarts hellende wortelplaat met een veilige (hand)lieropstelling
  • Zaagt bij windval wortelplaten en stammen kleiner en groter dan zaagbladlengte los met gepaste zaagtechnieken
  • Velt windval en beschadigde bomen op een veilige en ergonomische manier (keuze velrichting, vluchtroute…)
  • Gebruikt trek- en stuurlijnen*
  • Onttakt de gevelde boom
  • Kort het hout door volgens bestek of opdracht

Omgevingscontext

  • De houthakker werkt in diverse contexten zoals openbare of private bossen, parken, tuinen …
  • De houthakker werkt volgens de instructies en de werkopdrachten van de opdrachtgever/verantwoordelijke.
  • De te vellen bomen zijn steeds gemarkeerd of aangeduid.
  • De veltechniek verschilt in functie van de te vellen boom in de gegeven omstandigheden.
  • Het beroep wordt in open lucht uitgeoefend.
  • De houthakker wordt blootgesteld aan wisselende weersomstandigheden.
  • De weersomstandigheden hebben een invloed op de werkuren en -dagen. Tijdens bepaalde weersomstandigheden kan het werk niet worden aangevat of moet het werk worden gestopt (weerverlet). De houthakker moet hierop flexibel kunnen inspelen.
  • De werkzaamheden worden uitgevoerd op verschillende locaties buiten de onderneming/organisatie: de houthakker werkt dus steeds in een wisselende omgeving.
  • Het beroep kan het werken langs een auto- of voetgangersweg inhouden (bermen).
  • De houthakker voert de werkzaamheden over het algemeen alleen uit. Omwille van veiligheidsredenen zijn er echter bij voorkeur anderen aanwezig op het terrein. Indien de houthakker wordt ingezet in een exploitatieproces, vormt hij/zij slechts één schakel in het volledige exploitatieproces dat in teamverband wordt uitgevoerd.

Handelingscontext

  • Om deelprocessen of acties op elkaar af te stemmen en ieders veiligheid te waarborgen, communiceert de houthakker met de verschillende betrokkenen op het (exploitatie)terrein.
  • De houthakker zal in bepaalde omstandigheden zijn/haar werkzaamheden volledig moeten afwerken, zelfs wanneer de gebruikelijke arbeidsduur overschreven werd.
  • Soms wordt er op moeilijk bereikbare plaatsen gewerkt.
  • Het beroep houdt het werken met zeer risicovolle machines en gereedschappen in (kettingzaag, …).
  • Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen (gehoorbescherming, bril, veiligheidsschoenen, veiligheidsjas, …) is verplicht.
  • De werkzaamheden zijn deels routinematig of repetitief van aard: tijdens bepaalde periodes moeten dezelfde specifieke activiteiten uitgevoerd worden gedurende meerdere dagen en/of weken na elkaar.
  • Tijdens de uitvoering van zijn/haar taken heeft de houthakker aandacht voor en houdt rekening met de natuur, veiligheid, milieu en opdrachtgevers, vrijwilligers en/of publiek.
  • De houthakker moet met verschillende machines, apparaten en gereedschappen kunnen werken/omgaan op een correcte en veilige manier om risico’s te vermijden (voor zichzelf en derden).
  • Hij/zij vermijdt beschadiging van machines, materieel en omgeving.
  • De houthakker is verantwoordelijk voor het materiaal dat hij/zij gebruikt.
  • De houthakker is beleefd in omgang met klanten, vrijwilligers, publiek, opdrachtgevers en collega’s.
  • De houthakker heeft aandacht voor de kwaliteit van de geleverde werkzaamheden, door een passend verantwoordelijkheidsgevoel, de juiste werkhouding en gedrag. Hij/zij moet de werken ook binnen de vooropgestelde tijd/planning uitvoeren.
  • Gezien de houthakker vaak in een gebukte houding werkzaamheden verricht en/of zware voorwerpen/lasten moet dragen is ergonomisch verantwoord werken verplicht.
  • Het bijblijven met de (technologische) ontwikkelingen binnen de sector vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het voorbereiden en uitvoeren van de werkzaamheden verbonden aan de ontvangen opdracht
  • het gebruiken van machines en materieel
  • datgene wat binnen zijn/haar opdracht en competentie ligt te veranderen en aan te passen indien nodig
Is gebonden aan
  • de werkopdracht, de planning en de instructies van de opdrachtgever/verantwoordelijke
  • de volgorde van de werkzaamheden binnen het kader van de opdracht
  • de wet- en regelgeving qua natuur en milieu en qua welzijn op het werk
Doet beroep op
  • de opdrachtgever/verantwoordelijke voor de opdracht
  • collega’s
  • bestuurder(s) van bosexploitatiemachines
  • boomverzorger(s)

Verantwoordelijkheid

  • Werkt op een gezonde, veilige en milieubewuste manier
  • Neemt kennis van de instructie en/of opdracht
  • Werkt met courante machines* en/of materieel voor het vellen en opwerken van bomen**, volgens instructie en/of opdracht
  • Bouwt eigen deskundigheid op
  • Controleert de eigen werkzaamheden en ruimt op volgens instructie en/of opdracht
  • Controleert, reinigt en doet basisonderhoud van machines en materieel
  • Gaat om met derden
  • Brengt verslag uit over eigen werkzaamheden
  • Bereidt het vellen met kettingzaag voor
  • Past doorkorttechnieken* toe met kettingzaag
  • Velt gemarkeerde bomen met stam op velhoogte kleiner dan zaagbladlengte met een kettingzaag
  • Velt bomen met stam op velhoogte groter dan zaagbladlengte met een kettingzaag
  • Velt windval en beschadigde bomen met een kettingzaag*
  • Werkt gevelde bomen op met een kettingzaag

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.