Bekapper

 
BK-0319-2
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Bekapper

Definitie

Het bekappen van de voeten of hoeven van paardachtigen volgens hun discipline en de noden teneinde de beenstand en de gezondheid van de dieren te garanderen.

Niveau (VKS en EQF)

4

Jaar van erkenning

versie 2, 2020

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Leidt het paard van de stal naar de beslagplaats
    • Doet een halster aan
    • Schat de gemoedstoestand van het dier in
    • Begeleidt het paard op een veilige manier
    • Maakt het paard op een correcte manier vast (veiligheidsknoop, paniekslot,…)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van wetgeving inzake dierenwelzijn
    • Kennis van gedrag, hanteren en benaderen van paardachtigen
  • Competentie 2:
    Merkt aandoeningen op (traditionele hoefletsels, conformatie-afwijkingen,…) en zet het dier vast voor interventie
    • Monstert of longeert het paard (stappen, draven…)
    • Herkent bepaalde afwijkingen
    • Zorgt dat de handeling voor dier en omstaanders veilig verloopt
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van ziektes bij paardachtigen
    • Basiskennis van anatomie van paardachtigen
    • Kennis van (aangeboren) afwijkingen van het bewegingsstelsel
    • Kennis van paardensportdisciplines en bijhorende letsels
    • Grondige kennis van anatomie van het onderbeen en hoef
  • Competentie 3:
    Bepaalt met de klant het type interventie (bekappen, correctief bekappen,…) en de voorwaarden ervan
    • Stelt gericht vragen aan de klant over het dier en de toestand van de hoeven
    • Informeert de klant over de voor- en nadelen van verschillende behandelingen en de prijzen
    • Legt in samenspraak met de klant, dierenarts en/of hoefsmid de behandeling vast
    • Stelt tijdschema op met klant
    • Komt afspraken met de klant stipt na
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van het behandelingsaanbod en mogelijke consequenties
    • Kennis van communicatievaardigheden
    • Grondige kennis van bekaptechnieken
    • Grondige kennis van alternatieve hoefbescherming
  • Competentie 4:
    Bekapt paardachtigen volgens de discipline en de noden
    • Raadpleegt eventueel een dierenarts om de behandeling veilig te laten verlopen (verdoving, kalmering,…)
    • Zorgt dat de behandeling voor dier en omstaanders veilig verloopt
    • Kapt de nieten recht en slaat de nagels los
    • Verwijdert eventueel de hoefijzers
    • Verwijdert steentjes, mest en modderresten uit de hoeven
    • Bekapt en raspt de voet op basis van de beweeglijkheid, de kracht en de morfologie van het dier
    • Kiest een klassieke of moderne bevestigingstechniek (lijmen, hoefschoenen,…)
    • Vijlt onderkant en voorzijde van de hoef zo vlak mogelijk
    • Gebruikt handgereedschap (rasp, mes, hoefhamer, schraapmes, ...)
    • Bekapt naargelang de staat van de hoef (korter, rechter, straal verkleinen, ...)
    • Draagt persoonlijke beschermingsmiddelen
    • Gaat ergonomisch te werk en kan hiervoor hulpmiddelen inzetten
    • Gebruikt de producten (lijmen, harsen, …) milieubewust
    • Evalueert de behandeling
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van anatomie van paardachtigen
    • Basiskennis van wetgeving inzake dierenwelzijn
    • Kennis van gedrag, hanteren en benaderen van paardachtigen
    • Kennis van hygiëne-en veiligheidsregels
    • Kennis van de verschillende gereedschappen en slijptechnieken
    • Kennis van het bewegingsstelsel en de biomechanica
    • Grondige kennis van anatomie van het onderbeen en hoef
    • Grondige kennis van bekaptechnieken
  • Competentie 5:
    Geeft informatie en advies over het type hoefbescherming, de nabehandeling en de verzorgingsproducten, de behoefte aan consultaties bij de hoefsmid en/of dierenarts
    • Past taalgebruik aan het doelpubliek aan
    • Geeft de klant advies over de preventie van hoefproblemen (voeding, hygiëne, stalinrichting, ...)
    • Overlegt met de dierenarts en/of hoefsmid
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van hoefaandoeningen
    • Kennis van het behandelingsaanbod en mogelijke consequenties
    • Kennis van (aangeboren) afwijkingen van het bewegingsstelsel
    • Kennis van paardensportdisciplines en bijhorende letsels
    • Kennis van hoefbehandelingen
    • Grondige kennis van anatomie van het onderbeen en hoef
  • Competentie 6:
    Geeft de technieken van het vak door en bouwt de eigen deskundigheid op
    • Volgt stagiairs, ... op bij de uitvoering van de opdrachten en stuurt bij indien nodig
    • Volgt ontwikkelingen in het vakgebied op
    • Volgt regelmatig bijscholingen
    • Gaat respectvol om met dieren, collega’s, eigenaars,…
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van hygiëne-en veiligheidsregels
    • Grondige kennis van bekaptechnieken
  • Competentie 7:
    Richt de werkplek/werkplaats (auto, bekapplaats,…) veilig in
    • Zorgt voor voldoende verlichting
    • Zorgt voor voldoende verluchting
    • Zorgt voor een goede ergonomische inrichting
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van wetgeving inzake dierenwelzijn
    • Kennis van hygiëne-en veiligheidsregels

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van ziektes bij paardachtigen
  • Basiskennis van anatomie van paardachtigen
  • Basiskennis van wetgeving inzake dierenwelzijn
  • Kennis van gedrag, hanteren en benaderen van paardachtigen
  • Kennis van hoefaandoeningen
  • Kennis van het behandelingsaanbod en mogelijke consequenties
  • Kennis van hygiëne-en veiligheidsregels
  • Kennis van (aangeboren) afwijkingen van het bewegingsstelsel
  • Kennis van paardensportdisciplines en bijhorende letsels
  • Kennis van communicatievaardigheden
  • Kennis van de verschillende gereedschappen en slijptechnieken
  • Kennis van het bewegingsstelsel en de biomechanica
  • Kennis van hoefbehandelingen
  • Grondige kennis van anatomie van het onderbeen en hoef
  • Grondige kennis van bekaptechnieken
  • Grondige kennis van alternatieve hoefbescherming

Cognitieve vaardigheden

  • Schat de gemoedstoestand van het dier in
  • Herkent bepaalde afwijkingen
  • Stelt gericht vragen aan de klant over het dier en de toestand van de hoeven
  • Informeert de klant over de voor- en nadelen van verschillende behandelingen en de prijzen
  • Legt in samenspraak met de klant, dierenarts en/of hoefsmid de behandeling vast
  • Stelt tijdschema op met klant
  • Komt afspraken met de klant stipt na
  • Raadpleegt eventueel een dierenarts om de behandeling veilig te laten verlopen (verdoving, kalmering,…)
  • Draagt persoonlijke beschermingsmiddelen
  • Gebruikt de producten (lijmen, harsen, …) milieubewust
  • Evalueert de behandeling
  • Past taalgebruik aan het doelpubliek aan
  • Geeft de klant advies over de preventie van hoefproblemen (voeding, hygiëne, stalinrichting, ...)
  • Overlegt met de dierenarts en/of hoefsmid
  • Volgt stagiairs, ... op bij de uitvoering van de opdrachten en stuurt bij indien nodig
  • Volgt ontwikkelingen in het vakgebied op
  • Volgt regelmatig bijscholingen
  • Gaat respectvol om met dieren, collega’s, eigenaars,…
  • Zorgt voor voldoende verlichting
  • Zorgt voor voldoende verluchting
  • Zorgt voor een goede ergonomische inrichting

Probleemoplossende vaardigheden

  • Zorgt dat de handeling voor dier en omstaanders veilig verloopt
  • Zorgt dat de behandeling voor dier en omstaanders veilig verloopt
  • Kiest een klassieke of moderne bevestigingstechniek (lijmen, hoefschoenen,…)

Motorische vaardigheden

  • Doet een halster aan
  • Begeleidt het paard op een veilige manier
  • Maakt het paard op een correcte manier vast (veiligheidsknoop, paniekslot,…)
  • Monstert of longeert het paard (stappen, draven…)
  • Kapt de nieten recht en slaat de nagels los
  • Verwijdert eventueel de hoefijzers
  • Verwijdert steentjes, mest en modderresten uit de hoeven
  • Bekapt en raspt de voet op basis van de beweeglijkheid, de kracht en de morfologie van het dier
  • Vijlt onderkant en voorzijde van de hoef zo vlak mogelijk
  • Gebruikt handgereedschap (rasp, mes, hoefhamer, schraapmes, ...)
  • Bekapt naargelang de staat van de hoef (korter, rechter, straal verkleinen, ...)
  • Gaat ergonomisch te werk en kan hiervoor hulpmiddelen inzetten

Omgevingscontext

  • Het beroep wordt uitgeoefend in een werkplek/werkplaats dat kan variëren van aard en plek (auto, bekapplaats, manege,…)
  • De opdrachten worden afgebakend in de tijd, wat deadlines met zich meebrengt; resultaatgerichtheid, stressbestendigheid en doorzettingsvermogen zijn belangrijke eigenschappen
  • Het beroep kan gevaarlijke situaties inhouden
  • Het dragen van een beroepsoutfit (veiligheidsschoenen, bekapschort, …) is vereist

Handelingscontext

  • De bekapper moet respectvol kunnen omgaan met het dier
  • De bekapper moet zijn gedrag kunnen aanpassen aan het temperament van de paardachtige, diens discipline,…
  • De beroepsbeoefenaar moet op constructieve en professionele wijze informatie uitwisselen met klant, collega’s, hoefsmid en dierenarts
  • De bekapper moet uiterst nauwkeurig en zeer geconcentreerd te werk gaan
  • De beroepsbeoefenaar moet gereedschappen en materialen zorgvuldig en nauwkeurig gebruiken
  • De bekapper moet kwaliteitsvol en klantgericht handelen in alle omstandigheden
  • De bekapper moet de veiligheidsvoorschriften respecteren
  • De beroepsuitoefening vereist het hanteren van lasten en langdurig rechtstaan. Ergonomisch verantwoord werken is dus verplicht.
  • De bekapper heeft een brede waaier aan klanten en moet zijn houding en taalgebruik aanpassen aan zijn doelpubliek

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het uitvoeren van de eigen werkzaamheden (voorbereiden, bewerken, afwerken en controleren)
Is gebonden aan
  • veiligheids- en milieuvoorschriften
  • Wetgeving inzake dierenwelzijn
  • Deontologie van de sector
Doet beroep op
  • Een dierenarts bij afwijkingen of verdoving, kalmering,… van het dier
  • Een hoefsmid wanneer de paardachtige beslag nodig heeft of een andere orthopedische interventie

Verantwoordelijkheid

  • Leidt het paard van de stal naar de beslagplaats
  • Merkt aandoeningen op (traditionele hoefletsels, conformatie-afwijkingen,…) en zet het dier vast voor interventie
  • Bepaalt met de klant het type interventie (bekappen, correctief bekappen,…) en de voorwaarden ervan
  • Bekapt paardachtigen volgens de discipline en de noden
  • Geeft informatie en advies over het type hoefbescherming, de nabehandeling en de verzorgingsproducten, de behoefte aan consultaties bij de hoefsmid en/of dierenarts
  • Geeft de technieken van het vak door en bouwt de eigen deskundigheid op
  • Richt de werkplek/werkplaats (auto, bekapplaats,…) veilig in

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.