Metselaar

 
BK-0082-2
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Metselaar

Deze benaming wordt gebruikt in het beroepscompetentieprofiel van Constructiv. Deze benaming wordt algemeen gebruikt door de sector.

Het beroep kent ook andere benamingen. De Competent-fiche F170301 gebruikt eveneens de benaming ‘Metselaar (m/v)’. Deze Competent-fiche geeft andere benamingen aan zoals ‘metser, ‘metselwerkarbeider’, …

Definitie

De metselaar voert metselwerken, bekistingstechnieken, ijzervlechttechnieken, betonwerken, ... uit in een residentiële context teneinde nieuwbouw en renovatiewerken te realiseren.

Niveau (VKS en EQF)

3

Jaar van erkenning

versie 2, 2020

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband
    • Communiceert effectief en efficiënt
    • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
    • Overlegt over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht
    • Rapporteert aan leidinggevenden
    • Werkt efficiënt samen met collega's
    • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
    • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van communicatietechnieken
    • Kennis van vakterminologie
  • Competentie 2:
    Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
    • Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
    • Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s
    • Maakt onderscheid tussen gevaarlijke en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
    • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
    • Respecteert de regels rond energieprestaties van gebouwen
    • Herkent asbesthoudende producten en reageert passend
    • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
    • Werkt ergonomisch
    • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
    • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
    • Beperkt stofemissie
    • Gebruikt (stof)afzuigapparatuur
    • Evalueert zijn eigen werkzaamheden kwalitatief en kwantitatief en stuurt desnoods bij
    • Meldt problemen aan de verantwoordelijke
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van algemene principes EPB
    • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne-, milieu- en welzijnsvoorschriften
    • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, houtstof, asbesthoudende producten, ...), elektriciteit, lawaai, trillingen, brand, explosies, ...
    • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Kennis van de voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, ...)
    • Kennis van elektrisch-, pneumatisch- en handgereedschap
    • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van controle- en meetmethoden en -instrumenten
    • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Competentie 3:
    Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
    • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
    • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
    • Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingstekens aan
    • Houdt de werkplek schoon
    • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
    • Gebruikt collectieve beschermingsmiddelen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
    • Kennis van signalisatievoorschriften
    • Kennis van (interne) transportmiddelen
    • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
  • Competentie 4:
    Werkt op hoogte
    • Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels als toegangsmiddel
    • Gebruikt steigers volgens de instructies en veiligheidsregels
    • Gebruikt beschermingsmiddelen (PBM’s en CBM’s) aangepast aan de werkomstandigheden
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van voorschriften voor het veilig werken op hoogte
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van de maatregelen ter preventie van het vallen van personen en voorwerpen van een steiger
    • Kennis van de voorwaarden om een steiger te betreden
  • Competentie 5:
    Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
    • Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt
    • Gebruikt machines en gereedschappen efficiënt
    • Beperkt het lawaai: implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van een geoptimaliseerd verbruik van water, materialen en energie
  • Competentie 6:
    Gebruikt machines en gereedschappen
    • Selecteert te gebruiken machines en gereedschappen
    • Controleert de machines en gereedschappen voor gebruik
    • Gebruikt machines en gereedschappen op een veilige en efficiënte manier
    • Onderhoudt en reinigt de machines en gereedschappen na gebruik
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van werking en veiligheidsaspecten van gebruikte machines en gereedschappen
    • Kennis van elektriciteit i.f.v. werkzaamheden
    • Kennis van onderhoudstechnieken van gereedschappen en materieel
  • Competentie 7:
    Houdt werkadministratie bij
    • Houdt planning en werkdocumenten bij
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
  • Competentie 8:
    Plant de werkzaamheden
    • Leest en begrijpt plannen, werktekeningen of werkopgaveblad
    • Bepaalt de uitvoeringsfases en maakt een planning op van het verloop van de werkzaamheden
    • Plant de werken en bepaalt mee de werkvolgorde
    • Bepaalt de benodigde materialen, gereedschappen en machines in functie van de dagactiviteit
    • Stemt de eigen werkzaamheden af op de activiteiten van anderen (het bouwteam)
    • Onderhoudt contacten met klanten en collega’s
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van Building Information Modeling (BIM)
    • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
    • Kennis van materialen, gereedschappen en machines
    • Kennis van functionele berekeningen
  • Competentie 9:
    Helpt mee aan het inrichten van de bouwplaats
    • Zet de werken nauwkeurig uit (bouwlijnen), bakent ze af en bepaalt hoogtepeilen
    • Brengt veiligheidssignalisatie aan
    • Installeert werfafsluitingen en voorziet doorgangen voor voetgangers en toegangen voor vrachtwagens
    • Plaatst hekken en schermen tegen inbraak en stofhinder
    • Werkt mee aan een voorlopige effening van het terrein
    • Voorziet de plaatsing van de werfkeet (bureau, eet- en kleedruimte, sanitaire voorzieningen, …)
    • Voorziet aansluiting van elektriciteit, water en verlichting
    • Voorziet opslagmogelijkheden en richt de stockageplaats in voor materiaal en gereedschappen
    • Bewaart de orde en de netheid
    • Voorziet plaats voor containers of verzamelplaatsen voor het selectief verzamelen van bouwafval
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Kennis van de voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, ...)
    • Kennis van de inrichting van de werkplek: signalisatie, afsluiting, orde en netheid
    • Kennis van elektriciteit i.f.v. werkzaamheden
    • Kennis van het gebruik van topografische instrumenten
    • Grondige kennis van meet- en uitzettechnieken
  • Competentie 10:
    Beheert het materiaal en het materieel
    • Houdt voorraden bij en vult aan
    • Neemt leveringen in ontvangst en controleert op hoeveelheden en kwaliteit
    • Stockeert het materieel en de materialen op de daartoe voorziene plaats en zorgt voor bescherming ervan
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
  • Competentie 11:
    Slaat lasten aan
    • Selecteert de gepaste en gekeurde hijshulpmiddelen
    • Schat gewicht en zwaartepunt van de last in
    • Bevestigt de last aan de hijsvoorzieningen en zekert de last
    • Geeft eenduidige instructies aan de bedieners van machines
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de technieken voor bevestigen, heffen en het aanslaan van lasten
    • Kennis van de keuringsvoorschriften van hijsmaterieel
    • Kennis van de tekens en seinen voor communicatie met de bestuurders van hef-, hijs- en graafmachines
  • Competentie 12:
    Voert grondwerken en verhardingen voor residentiële toepassingen uit
    • Plaatst beschoeiingen
    • Plaatst terrassen en oppervlakteverhardingen
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van bemalings- en drainagetechnieken
    • Kennis van beschoeiingstechnieken
    • Kennis van de waterkering
  • Competentie 13:
    Voert de fundering ‘op staal’ uit
    • Plaatst een bemalingssysteem en zet dit in werking
    • Effent de bodem van de werkput
    • Graaft funderingssleuven en -putten manueel of met de hulp van een bediener van een graafmachine
    • Plaatst de aardingslus
    • Bereidt de sleufbodem voor met stabiliseerzand, het waterdichte membraan en een steenslagverharding
    • Voert een staalfundering in metselwerk uit
    • Maakt manueel of machinaal beton of mortel aan
    • Giet gewapende of ongewapende funderingsplaten en vloeren
    • Geeft instructies aan bedieners van betonpomp of betonmixer
    • Stort en spreidt, trilt en verdicht het beton
    • Verzorgt de afwerking van het betonoppervlak
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de tekens en seinen voor communicatie met de bestuurders van hef-, hijs- en graafmachines
    • Kennis van bemalings- en drainagetechnieken
    • Kennis van technieken voor het aanbrengen van een stabilisatielaag met plaatsing van een waterdicht membraan
    • Kennis van bodemsoorten en grondmechanische problemen
    • Kennis van een wapeningsplan, selectie van staven op staalkwaliteit en bindtechnieken voor de wapening
    • Kennis van de plaatsing van een wapening, minimum betondekking en tussenafstanden
    • Kennis van betonsamenstelling en hulpstoffen
    • Kennis van technieken voor betonnering, verdichting, nabehandeling en kwaliteitscontrole van beton
  • Competentie 14:
    Voert dichtingswerken uit aan wanden
    • Plaatst dichtings- en beschermingsmembranen tegen de funderingsmuren
    • Brengt bepleisteringen met cementmortel aan tegen de funderingsmuren
    • Behandelt gevels en muren met dichtingsmiddelen
    • Controleert de gevel op scheuren en dicht deze
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van injectieprocédés en dichtingsmiddelen om muren mee te behandelen
    • Kennis van plaatsingsvoorschriften voor dichtingswerken
  • Competentie 15:
    Voert metselwerk uit
    • Maakt mechanisch of manueel mortels of lijm aan
    • Plaatst hoogtelijnen en profielen
    • Controleert of muren loodrecht, haaks, waterpas en vlak zijn
    • Kapt en slijpt openingen in muren
    • Voert verschillende metselverbanden uit
    • Ondermetselt funderingen
    • Voert ondergronds metselwerk uit met een waterkerende laag
    • Voorziet en plaatst wachtbuizen, uitsparingen en energieblokken verluchtingsbuizen, roosters, keldergaten, lichtkokers
    • Voert opgaand metselwerk uit
    • Voert uitsparingen in het metselwerk uit
    • Voert siermetselwerk en gebogen metselwerk uit
    • Plaatst dorpels en plinten
    • Wapent en verankert metselwerk en plaatst spouwhaken en mechanische ondersteuningen
    • Voert een uitzettingsvoeg uit
    • Besteedt aandacht aan de correcte uitvoering van de bouwknopen
    • Plaatst wachtfolies
    • Verzorgt de plaatsing en de aansluiting van waterkeringen
    • Borstelt het nieuwe metselwerk af
    • Monteert gevelelementen met mechanische en chemische bevestigingen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van draagkracht en maximale belasting van draagvloeren en -muren en lintelen
    • Kennis van het gebruik van topografische instrumenten
    • Kennis van bouwknopen
    • Kennis van de waterkering
    • Kennis van metselverbanden
    • Kennis van ondermetseltechnieken
    • Kennis van bogen, lintelen en siermetselwerk
    • Kennis van afwerking van muren
    • Kennis van mechanische en chemische bevestigings- en verankeringstechieken
    • Kennis van plaatsing en functie van wapening, verankering en ophanging bij metselwerk
    • Grondige kennis van meet- en uitzettechnieken
    • Grondige kennis van lijmen, bindmiddelen, de mengverhoudingen en hulpstoffen voor mortels
    • Grondige kennis van opgaand metselwerk
  • Competentie 16:
    Gebruikt en plaatst stutten en schoren
    • Bepaalt het aantal stutten en schoren en hun spreiding
    • Brengt stutten en schoren aan
    • Verwijdert stutten en schoren
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van stut- en schoortechnieken
  • Competentie 17:
    Plaatst geprefabriceerde elementen in residentiële toepassingen
    • Integreert elementen in het metselwerk
    • Stut geprefabriceerde elementen
    • Bevestigt geprefabriceerde elementen door inmetselen of betonneren
    • Stut en plaatst betonvloeren en betonplaten volgens een legplan
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van stut- en schoortechnieken
    • Kennis van verschillende soorten prefabelementen
    • Kennis van opslag, transport en plaatsing van prefabelementen
    • Kennis van stabiliteit en bescherming van prefabelementen
  • Competentie 18:
    Trekt pijpen, technische kokers en schachten op
    • Voegt geprefabriceerde kokerelementen samen en plaatst deze
    • Voorziet uitsparingen
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de plaatsingstechnieken van pijpen, technische kokers en schachten
  • Competentie 19:
    Past bekistingstechnieken toe
    • Leest en begrijpt bekistingsplannen
    • Timmert, stut, monteert en voegt bekisting samen
    • Voert een voorbehandeling uit op de bekisting
    • Ontkist en recupereert herbruikbaar materiaal
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van bekistingstechnieken
    • Kennis over ontkisten, ontkistingsproducten, ontkistingstermijnen en onderhoud van het bekistingsmateriaal
  • Competentie 20:
    Maakt wapeningen voor bekistingen klaar, voegt deze samen en plaatst deze
    • Maakt een selectie van staven en beugels
    • Leest en begrijpt het ijzervlechtplan
    • Vlecht de wapeningen en verbindt het vlechtwerk
    • Plaatst en schermt wachtstaven af met afschermdoppen
    • Plaatst de netten en wapening met afstandshouders in de bekisting en garandeert de minimale betondekking
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van ijzervlechttechnieken
    • Kennis van een wapeningsplan, selectie van staven op staalkwaliteit en bindtechnieken voor de wapening
    • Kennis van de plaatsing van een wapening, minimum betondekking en tussenafstanden
  • Competentie 21:
    Voert betonneringswerken uit
    • Stort en spreidt, trilt en verdicht het beton
    • Vermijdt dat de wapening gaat verschuiven tijdens het betonstorten
    • Verzorgt de afwerking van het betonoppervlak
    • Giet gewapende of ongewapende funderingsplaten en vloeren
    • Beschermt en beschut het beton
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van betonneringstechnieken
    • Kennis van betonsamenstelling en hulpstoffen
    • Kennis van technieken voor betonnering, verdichting, nabehandeling en kwaliteitscontrole van beton
  • Competentie 22:
    Voert voegwerken uit in functie van metselwerk
    • Maakt een voegmortel aan
    • Gebruikt gepast voeggereedschap
    • Past voegtechnieken (plat, vol, achter de hand) toe
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van soorten voegen
  • Competentie 23:
    Voert thermische isolatiewerken uit
    • Werkt oneffenheden van het te isoleren oppervlak bij
    • Tekent isolatiematerialen af, snijdt en voegt deze samen
    • Bevestigt isolatie volgens type en positie
    • Vermijdt koudebruggen
    • Verzekert zich van de continuïteit van de isolatie
    • Beschermt het geplaatste isolatiemateriaal tegen weersomstandigheden
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van soorten en eigenschappen van isolatiematerialen
    • Kennis van bevestigingen van isolatiemateriaal
    • Kennis van bouwknopen
  • Competentie 24:
    Plaatst lucht- en dampscherm
    • Selecteert lucht- en dampdichte lagen
    • Plaatst lucht- en dampschermen
    • Voert de doorbrekingen uit
    • Werkt het luchtdichtheidsscherm af
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van soorten en eigenschappen van lucht- en dampschermen
    • Kennis van bevestigingen en aansluiting van lucht- en dampschermen
  • Competentie 25:
    Legt huisriolering en afwateringsstelsels aan
    • Plaatst buizen en installaties voor afval-, regen-, grond- en rioolwater
    • Voegt buizen en installaties in verschillende materialen samen
    • Plaatst reservoirs en opvangputten
    • Plaatst individuele waterzuiveringsinstallaties en recuperatiesystemen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van het principe van gescheiden riolering en de verschillende leidingmaterialen waaruit een rioleringsnet bestaat
    • Kennis van de voorschriften voor aansluiting en plaatsing van de verschillende waterbehandelingstoestellen
    • Kennis van IBA’s en recuperatie- en bezinkingssystemen
  • Competentie 26:
    Voert sloopwerken uit
    • Controleert of nutsvoorzieningen afgekoppeld zijn
    • Gebruikt stutten en schoren
    • Demonteert of sloopt manueel of met mechanische hulpmiddelen
    • Ruimt het puin en voert sloopafval selectief af
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen, elektriciteit, lawaai, trillingen, ...
    • Kennis van stut- en schoortechnieken
    • Kennis van ontmantelings- en slooptechnieken
  • Competentie 27:
    Voert renovatiewerken uit
    • Herkent bouwgebreken bij bestaande gebouwen
    • Identificeert de dragende elementen van het bouwwerk
    • Plaatst voorlopige afdichtingen tegen wind en regen
    • Past specifieke stut- en schoortechnieken toe
    • Maakt muurdoorbrekingen
    • Versterkt funderingen
    • Vervangt en herstelt beschadigde bouwwerken
    • Reinigt en beschermt de renovatiewerken
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van stut- en schoortechnieken
    • Kennis van de technieken voor het herstellen van kleine oppervlakten

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van het principe van gescheiden riolering en de verschillende leidingmaterialen waaruit een rioleringsnet bestaat
  • Basiskennis van draagkracht en maximale belasting van draagvloeren en -muren en lintelen
  • Basiskennis van injectieprocédés en dichtingsmiddelen om muren mee te behandelen
  • Basiskennis van algemene principes EPB
  • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
  • Basiskennis van Building Information Modeling (BIM)
  • Kennis van communicatietechnieken
  • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne-, milieu- en welzijnsvoorschriften
  • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, houtstof, asbesthoudende producten, ...), elektriciteit, lawaai, trillingen, brand, explosies, ...
  • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
  • Kennis van voorschriften voor het veilig werken op hoogte
  • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Kennis van signalisatievoorschriften
  • Kennis van (interne) transportmiddelen
  • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
  • Kennis van de maatregelen ter preventie van het vallen van personen en voorwerpen van een steiger
  • Kennis van de voorwaarden om een steiger te betreden
  • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Kennis van de voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, ...)
  • Kennis van een geoptimaliseerd verbruik van water, materialen en energie
  • Kennis van vakterminologie
  • Kennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
  • Kennis van materialen, gereedschappen en machines
  • Kennis van elektrisch-, pneumatisch- en handgereedschap
  • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
  • Kennis van controle- en meetmethoden en -instrumenten
  • Kennis van functionele berekeningen
  • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Kennis van de inrichting van de werkplek: signalisatie, afsluiting, orde en netheid
  • Kennis van werking en veiligheidsaspecten van gebruikte machines en gereedschappen
  • Kennis van elektriciteit i.f.v. werkzaamheden
  • Kennis van onderhoudstechnieken van gereedschappen en materieel
  • Kennis van de technieken voor bevestigen, heffen en het aanslaan van lasten
  • Kennis van de keuringsvoorschriften van hijsmaterieel
  • Kennis van de tekens en seinen voor communicatie met de bestuurders van hef-, hijs- en graafmachines
  • Kennis van stut- en schoortechnieken
  • Kennis van bemalings- en drainagetechnieken
  • Kennis van beschoeiingstechnieken
  • Kennis van technieken voor het aanbrengen van een stabilisatielaag met plaatsing van een waterdicht membraan
  • Kennis van bodemsoorten en grondmechanische problemen
  • Kennis van het gebruik van topografische instrumenten
  • Kennis van soorten en eigenschappen van isolatiematerialen
  • Kennis van bevestigingen van isolatiemateriaal
  • Kennis van soorten en eigenschappen van lucht- en dampschermen
  • Kennis van bevestigingen en aansluiting van lucht- en dampschermen
  • Kennis van bouwknopen
  • Kennis van de waterkering
  • Kennis van metselverbanden
  • Kennis van ondermetseltechnieken
  • Kennis van bogen, lintelen en siermetselwerk
  • Kennis van afwerking van muren
  • Kennis van soorten voegen
  • Kennis van mechanische en chemische bevestigings- en verankeringstechieken
  • Kennis van verschillende soorten prefabelementen
  • Kennis van opslag, transport en plaatsing van prefabelementen
  • Kennis van stabiliteit en bescherming van prefabelementen
  • Kennis van de plaatsingstechnieken van pijpen, technische kokers en schachten
  • Kennis van de voorschriften voor aansluiting en plaatsing van de verschillende waterbehandelingstoestellen
  • Kennis van IBA’s en recuperatie- en bezinkingssystemen
  • Kennis van bekistingstechnieken
  • Kennis van ijzervlechttechnieken
  • Kennis van betonneringstechnieken
  • Kennis over ontkisten, ontkistingsproducten, ontkistingstermijnen en onderhoud van het bekistingsmateriaal
  • Kennis van een wapeningsplan, selectie van staven op staalkwaliteit en bindtechnieken voor de wapening
  • Kennis van de plaatsing van een wapening, minimum betondekking en tussenafstanden
  • Kennis van betonsamenstelling en hulpstoffen
  • Kennis van technieken voor betonnering, verdichting, nabehandeling en kwaliteitscontrole van beton
  • Kennis van plaatsingsvoorschriften voor dichtingswerken
  • Kennis van ontmantelings- en slooptechnieken
  • Kennis van de technieken voor het herstellen van kleine oppervlakten
  • Kennis van plaatsing en functie van wapening, verankering en ophanging bij metselwerk
  • Grondige kennis van meet- en uitzettechnieken
  • Grondige kennis van lijmen, bindmiddelen, de mengverhoudingen en hulpstoffen voor mortels
  • Grondige kennis van opgaand metselwerk

Cognitieve vaardigheden

  • Communiceert effectief en efficiënt
  • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
  • Overlegt over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht
  • Rapporteert aan leidinggevenden
  • Werkt efficiënt samen met collega's
  • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
  • Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
  • Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s
  • Maakt onderscheid tussen gevaarlijke en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
  • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen
  • Respecteert de regels rond energieprestaties van gebouwen
  • Herkent asbesthoudende producten en reageert passend
  • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
  • Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
  • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
  • Meldt problemen aan de verantwoordelijke
  • Selecteert te gebruiken machines en gereedschappen
  • Controleert de machines en gereedschappen voor gebruik
  • Houdt planning en werkdocumenten bij
  • Leest en begrijpt plannen, werktekeningen of werkopgaveblad
  • Bepaalt de uitvoeringsfases en maakt een planning op van het verloop van de werkzaamheden
  • Plant de werken en bepaalt mee de werkvolgorde
  • Bepaalt de benodigde materialen, gereedschappen en machines in functie van de dagactiviteit
  • Onderhoudt contacten met klanten en collega’s
  • Schat gewicht en zwaartepunt van de last in
  • Geeft eenduidige instructies aan de bedieners van machines
  • Besteedt aandacht aan de correcte uitvoering van de bouwknopen
  • Bepaalt het aantal stutten en schoren en hun spreiding
  • Leest en begrijpt bekistingsplannen
  • Leest en begrijpt het ijzervlechtplan
  • Herkent bouwgebreken bij bestaande gebouwen
  • Identificeert de dragende elementen van het bouwwerk
  • Houdt voorraden bij en vult aan
  • Neemt leveringen in ontvangst en controleert op hoeveelheden en kwaliteit
  • Geeft instructies aan bedieners van betonpomp of betonmixer

Probleemoplossende vaardigheden

  • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • Evalueert zijn eigen werkzaamheden kwalitatief en kwantitatief en stuurt desnoods bij

Motorische vaardigheden

  • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • Werkt ergonomisch
  • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Beperkt stofemissie
  • Gebruikt (stof)afzuigapparatuur
  • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
  • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
  • Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingstekens aan
  • Houdt de werkplek schoon
  • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
  • Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels als toegangsmiddel
  • Gebruikt steigers volgens de instructies en veiligheidsregels
  • Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt
  • Beperkt het lawaai: implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • Gebruikt machines en gereedschappen op een veilige en efficiënte manier
  • Onderhoudt en reinigt de machines en gereedschappen na gebruik
  • Stemt de eigen werkzaamheden af op de activiteiten van anderen (het bouwteam)
  • Zet de werken nauwkeurig uit (bouwlijnen), bakent ze af en bepaalt hoogtepeilen
  • Brengt veiligheidssignalisatie aan
  • Installeert werfafsluitingen en voorziet doorgangen voor voetgangers en toegangen voor vrachtwagens
  • Plaatst hekken en schermen tegen inbraak en stofhinder
  • Werkt mee aan een voorlopige effening van het terrein
  • Voorziet de plaatsing van de werfkeet (bureau, eet- en kleedruimte, sanitaire voorzieningen, …)
  • Voorziet aansluiting van elektriciteit, water en verlichting
  • Voorziet opslagmogelijkheden en richt de stockageplaats in voor materiaal en gereedschappen
  • Bewaart de orde en de netheid
  • Voorziet plaats voor containers of verzamelplaatsen voor het selectief verzamelen van bouwafval
  • Stockeert het materieel en de materialen op de daartoe voorziene plaats en zorgt voor bescherming ervan
  • Selecteert de gepaste en gekeurde hijshulpmiddelen
  • Bevestigt de last aan de hijsvoorzieningen en zekert de last
  • Plaatst beschoeiingen
  • Plaatst terrassen en oppervlakteverhardingen
  • Plaatst een bemalingssysteem en zet dit in werking
  • Effent de bodem van de werkput
  • Graaft funderingssleuven en -putten manueel of met de hulp van een bediener van een graafmachine
  • Plaatst de aardingslus
  • Bereidt de sleufbodem voor met stabiliseerzand, het waterdichte membraan en een steenslagverharding
  • Voert een staalfundering in metselwerk uit
  • Maakt manueel of machinaal beton of mortel aan
  • Giet gewapende of ongewapende funderingsplaten en vloeren
  • Stort en spreidt, trilt en verdicht het beton
  • Verzorgt de afwerking van het betonoppervlak
  • Plaatst dichtings- en beschermingsmembranen tegen de funderingsmuren
  • Brengt bepleisteringen met cementmortel aan tegen de funderingsmuren
  • Behandelt gevels en muren met dichtingsmiddelen
  • Controleert de gevel op scheuren en dicht deze
  • Maakt mechanisch of manueel mortels of lijm aan
  • Plaatst hoogtelijnen en profielen
  • Controleert of muren loodrecht, haaks, waterpas en vlak zijn
  • Kapt en slijpt openingen in muren
  • Voert verschillende metselverbanden uit
  • Ondermetselt funderingen
  • Voert ondergronds metselwerk uit met een waterkerende laag
  • Voorziet en plaatst wachtbuizen, uitsparingen en energieblokken verluchtingsbuizen, roosters, keldergaten, lichtkokers
  • Voert opgaand metselwerk uit
  • Voert uitsparingen in het metselwerk uit
  • Voert siermetselwerk en gebogen metselwerk uit
  • Plaatst dorpels en plinten
  • Wapent en verankert metselwerk en plaatst spouwhaken en mechanische ondersteuningen
  • Voert een uitzettingsvoeg uit
  • Plaatst wachtfolies
  • Verzorgt de plaatsing en de aansluiting van waterkeringen
  • Borstelt het nieuwe metselwerk af
  • Monteert gevelelementen met mechanische en chemische bevestigingen
  • Brengt stutten en schoren aan
  • Verwijdert stutten en schoren
  • Integreert elementen in het metselwerk
  • Stut geprefabriceerde elementen
  • Bevestigt geprefabriceerde elementen door inmetselen of betonneren
  • Stut en plaatst betonvloeren en betonplaten volgens een legplan
  • Voegt geprefabriceerde kokerelementen samen en plaatst deze
  • Voorziet uitsparingen
  • Timmert, stut, monteert en voegt bekisting samen
  • Voert een voorbehandeling uit op de bekisting
  • Ontkist en recupereert herbruikbaar materiaal
  • Maakt een selectie van staven en beugels
  • Vlecht de wapeningen en verbindt het vlechtwerk
  • Plaatst en schermt wachtstaven af met afschermdoppen
  • Plaatst de netten en wapening met afstandshouders in de bekisting en garandeert de minimale betondekking
  • Stort en spreidt, trilt en verdicht het beton
  • Vermijdt dat de wapening gaat verschuiven tijdens het betonstorten
  • Verzorgt de afwerking van het betonoppervlak
  • Giet gewapende of ongewapende funderingsplaten en vloeren
  • Beschermt en beschut het beton
  • Maakt een voegmortel aan
  • Gebruikt gepast voeggereedschap
  • Past voegtechnieken (plat, vol, achter de hand) toe
  • Werkt oneffenheden van het te isoleren oppervlak bij
  • Tekent isolatiematerialen af, snijdt en voegt deze samen
  • Bevestigt isolatie volgens type en positie
  • Vermijdt koudebruggen
  • Verzekert zich van de continuïteit van de isolatie
  • Beschermt het geplaatste isolatiemateriaal tegen weersomstandigheden
  • Selecteert lucht- en dampdichte lagen
  • Plaatst lucht- en dampschermen
  • Voert de doorbrekingen uit
  • Werkt het luchtdichtheidsscherm af
  • Plaatst buizen en installaties voor afval-, regen-, grond- en rioolwater
  • Voegt buizen en installaties in verschillende materialen samen
  • Plaatst reservoirs en opvangputten
  • Plaatst individuele waterzuiveringsinstallaties en recuperatiesystemen
  • Controleert of nutsvoorzieningen afgekoppeld zijn
  • Gebruikt stutten en schoren
  • Demonteert of sloopt manueel of met mechanische hulpmiddelen
  • Ruimt het puin en voert sloopafval selectief af
  • Plaatst voorlopige afdichtingen tegen wind en regen
  • Past specifieke stut- en schoortechnieken toe
  • Maakt muurdoorbrekingen
  • Versterkt funderingen
  • Vervangt en herstelt beschadigde bouwwerken
  • Reinigt en beschermt de renovatiewerken

Omgevingscontext

  • Dit beroep wordt uitgeoefend in residentiële context op locatie in de buitenlucht, op bouwplaatsen (nieuwbouw), in bewoonde of in gebruik zijnde gebouwen (renovatie- en sloopwerken) en vergt de nodige mobiliteit.
  • Dit beroep wordt meestal in teamverband uitgeoefend, meestal in een onderneming waar de nodige flexibiliteit belangrijk is om zich aan te passen aan wijzigingen van planning, collega’s, omgeving, weersomstandigheden, grondstoffen en machines.
  • De werkopdracht en het eindresultaat wordt strikt afgebakend en er heersen in veel gevallen strikte deadlines, wat resultaatgerichtheid, stressbestendigheid, concentratie, flexibiliteit en doorzettingsvermogen vraagt.
  • De bouwsector kent veel reglementeringen, normen, aanbevelingen, codes van goede praktijk en technische voorlichtingsfiches inzake kwaliteit, veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu en duurzaam bouwen. Verspilling en de rijzende afvalberg dwingen tot een economische en ecologische omgang met en hergebruik van grondstoffen en materialen.
  • De situatie op de werkplek kan het dragen van lasten, het werken op hoogte en werken in moeilijke houdingen en omstandigheden impliceren.
  • Op de bouwplaats maakt men gebruik van elektrisch en pneumatisch gereedschap. Dit kan gevaar inhouden voor lawaaihinder en stof , het oplopen van snijwonden, het stoten tegen voorwerpen, gevaar voor elektrocutie, …

Handelingscontext

  • Oog hebben voor kwaliteit en de tevredenheid van de klant door met zorg, precisie, toewijding en zin voor esthetiek te werken.
  • Op constructieve en gebruiksvriendelijke wijze uitwisselen van informatie met collega’s en derden.
  • Aandacht hebben voor gevaarlijke situaties, veiligheidssignalisatie op de werkplek/werf respecteren en PBM’s en CBM’s met zorg plaatsen, gebruiken en onderhouden.
  • Omzichtig omgaan met grondstoffen en producten, rekening houdend met veiligheids-, plaatsings- en milieuvoorschriften.
  • Zorgvuldig en nauwkeurig gebruiken van machines, gereedschappen en materialen.
  • Gedurende het volledige bouwproces duidelijk informatie en instructies uitwisselen.
  • Het bijblijven met de (technologische) ontwikkelingen binnen de sector vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het uitvoeren van de plannen en voorbereiden van de eigen werkzaamheden
  • het veilig en ordelijk organiseren van zijn eigen werkplek
  • het veilig lossen en stockeren van het materiaal en materieel
  • het veilig aanslaan en verplaatsen van lasten
  • het veilig en ergonomisch hanteren en tillen van lasten
  • het reinigen en onderhouden van het materieel
  • het uitvoeren van grondwerken, de funderingen, dichtingswerken, de verhardingen voor residentiële toepassingen en de aanleg van rioleringen en afwateringsstelsels
  • het gebruiken en plaatsen van beschoeiingen, stutten en schoren
  • het uitvoeren van metselwerk, het plaatsen van prefabelementen en het voegen
  • het uitvoeren van eenvoudig bekistings- , ijzervlecht- en betonneringswerken
  • het uitvoeren van sloop- en renovatiewerken
  • het bijhouden van de werkadministratie
  • het verwijderen van afval en het veilig en milieubewust werken
  • het controleren van de kwaliteit, esthetiek en de kwantiteit van zijn werk
Is gebonden aan
  • een ontvangen werkopdracht en tijdsplanning
  • veiligheids- , gezondheids- , kwaliteits- en milieuvoorschriften, codes van goede praktijk, technische voorschriften, productfiches, werktekeningen en plannen
  • afspraken met betrekking tot zijn eigen werkzaamheden met collega’s en derden
  • instructies van de leidinggevende
Doet beroep op
  • de leidinggevende voor de werkopdracht, gegevens, planning, leveringen, melden van problemen en gevaarlijke situaties en bijkomende instructies.
  • een meer bevoegd persoon indien hij een probleem niet opgelost krijgt of te maken krijgt met werkzaamheden die buiten zijn bevoegdheid vallen.
  • (onderhouds)technieker en/of derden bij storingen, technische interventies en/of onderhoud aan het machinepark.

Verantwoordelijkheid

  • Werkt in teamverband
  • Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
  • Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
  • Werkt op hoogte
  • Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
  • Gebruikt machines en gereedschappen
  • Houdt werkadministratie bij
  • Plant de werkzaamheden
  • Helpt mee aan het inrichten van de bouwplaats
  • Beheert het materiaal en het materieel
  • Slaat lasten aan
  • Voert grondwerken en verhardingen voor residentiële toepassingen uit
  • Voert de fundering ‘op staal’ uit
  • Voert dichtingswerken uit aan wanden
  • Voert metselwerk uit
  • Gebruikt en plaatst stutten en schoren
  • Plaatst geprefabriceerde elementen in residentiële toepassingen
  • Trekt pijpen, technische kokers en schachten op
  • Past bekistingstechnieken toe
  • Maakt wapeningen voor bekistingen klaar, voegt deze samen en plaatst deze
  • Voert betonneringswerken uit
  • Voert voegwerken uit in functie van metselwerk
  • Voert thermische isolatiewerken uit
  • Plaatst lucht- en dampscherm
  • Legt huisriolering en afwateringsstelsels aan
  • Voert sloopwerken uit
  • Voert renovatiewerken uit

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.