Amateur beeldend kunstenaar
BK-0415-2
Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.
Globaal
Titel
Amateur beeldend kunstenaar
Definitie
De amateur beeldend kunstenaar maakt in de vrije tijd autonoom beeldend werk teneinde zich artistiek uit te drukken en te ontplooien.
Niveau (VKS en EQF)
4
Jaar van erkenning
versie 2, 2019
Competenties
Opsomming competenties
transversaal algemeen
- Competentie 1:
Werkt met oog voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen
- Handelt ergonomisch verantwoord.
- Gaat veilig om met materiaal.
- Signaleert risico’s.
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis ergonomie
- Basiskennis veiligheidsregels
Transversaal creëren
- Competentie 2:
Ontwikkelt artistieke concepten en ideeën
- Integreert opgedane inzichten in het creatieve proces.
- Verzamelt basismateriaal.
- Analyseert basismateriaal.
- Werkt aan een persoonlijke visie.
- Gaat scheppend, associatief en (re)productief om met intuïties.
- Interageert met andere artistieke disciplines.
- Transformeert waarnemingen en indrukken in artistieke ideeën.
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van de grote maatschappelijke en artistieke tendensen.
- Basiskennis van de artistieke terminologie.
- Basiskennis van de geschiedenis van de beeldende kunsten.
- Kennis van de creatieprocessen eigen aan het medium.
- Competentie 3:
Zet artistieke concepten en ideeën om in een uitvoerbaar geheel
- Geeft vorm aan verbeelding.
- Kiest materialen, technieken en methodes.
- Hanteert materialen, technieken en methodes.
- Interageert met betrokken medewerkers.
- Bewaakt de artistieke visie.
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van materialen, technieken en methodes.
- Kennis van het hanteren van materialen, technieken en methodes.
- Competentie 4:
Ontwikkelt een eigen artistieke praktijk
- Heeft oog voor maatschappelijke en artistieke tendensen.
- Heeft oog voor artistieke en culturele praktijken.
- Heeft oog voor technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden.
- Onderzoekt in functie van de eigen artistieke praktijk.
- Reflecteert over eigen werk en over de eigen praktijk.
- Ontwikkelt een eigen artistieke taal.
- Heeft oog voor de eigen artistieke ontwikkeling.
- Ontwikkelt de eigen deskundigheid.
- Gaat constructief om met feedback.
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis van de grote maatschappelijke en artistieke tendensen.
- Basiskennis van de artistieke terminologie.
- Basiskennis van cultuurgeschiedenis.
- Kennis van de creatieprocessen eigen aan het medium.
Specifieke activiteiten
- Competentie 5:
Engageert zich voor een persoonlijk artistiek project
- Is ontvankelijk voor inspiratie.
- Voelt intuïtief aan wat mogelijkheden heeft.
- Geeft het ontwikkelend idee tijd en ruimte.
- Zet intenties om in daden.
- Is pragmatisch ingesteld (vb. op vlak van tijd, geld …).
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van de verschillende contexten (tentoonstellingen, musea, galerij, (online) presentatieplekken, opleidingsmogelijkheden, wedstrijden, publieke acties …).
- Competentie 6:
Overloopt de stappen in de realisatie van het werk
- Bepaalt elke stap van de uitvoeringsvoorwaarden (termijn, budget, materialen, technieken, noodzakelijke diensten, samenwerking …).
- Stelt indien nodig een planning op.
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van vakterminologie.
- Kennis van de creatieprocessen eigen aan het medium.
- Kennis van materialen, technieken en methodes.
- Competentie 7:
Kiest en koopt materialen
- Kiest materiaal dat het best bij zijn artistiek project past.
- Bepaalt aan welke technische en esthetische vereisten materialen moeten voldoen.
- Heeft oog voor prijs/kwaliteit verhouding.
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van vakterminologie.
- Kennis van materialen, technieken en methodes.
- Competentie 8:
Realiseert beeldend werk
- Drukt zich persoonlijk uit.
- Vindt inspiratie voor het creëren van nieuw werk.
- Werkt vanuit een voorliefde voor een bepaalde beeldende vormgeving.
- Verzamelt informatie over trends en stijlen.
- Werkt een basisontwerp uit waarin concept, stijl, vorm … worden vastgelegd.
- Kiest materialen, technieken en methodes in functie van het werk.
- Hanteert materialen, technieken en methodes in functie van het werk.
- Houdt rekening met de verschillende technische fasen binnen beeldhouwen, schilderen, tekenen, grafiek, keramiek, textiel, mixed media, fotografie…
- Ontwikkelt een persoonlijke aanpak.
- Zet materialen in op persoonlijke wijze.
- Gebruikt beeldelementen (kleur, vorm, lijn, compositie …).
- Zoekt voortdurende interactie tussen vorm en inhoud tijdens het creatieproces.
- Reflecteert over proces en product en stuurt bij.
- Combineert intuïtie, ervaring en kennis.
- Legt verbanden tussen het vorige werk, het te realiseren werk en het totale oeuvre.
- Verlegt de eigen artistieke grenzen.
- Bepaalt wanneer het werk af is.
- Onderzoekt de praktische realisatie van het beeldend werk en stuurt bij.
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van de creatieprocessen eigen aan het medium.
- Kennis van materialen, technieken en methodes.
- Kennis van het hanteren van materialen, technieken en methodes.
- Kennis van beeldelementen (kleur, vorm, lijn, compositie …).
- Competentie 9:
Bouwt een oeuvre op
- Bouwt een samenhangend geheel van zelf gecreëerde werken op.
- Reflecteert over zijn oeuvre (evolutie, samenhang …).
- Kadert nieuw werk binnen het eigen oeuvre.
- Reflecteert over de wijze waarop het eigen oeuvre zich verhoudt tot dat van andere beeldende kunstenaars.
- Bewaakt de eigen artistieke visie.
- Respecteert intellectueel eigendomsrecht.
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis intellectueel eigendomsrecht.
- Kennis van de verschillende contexten (tentoonstellingen, musea, galerij, (online) presentatieplekken, opleidingsmogelijkheden, wedstrijden, publieke acties …).
- Competentie 10:
Treedt naar buiten met beeldend werk
- Bepaalt wanneer het werk kan getoond worden.
- Bepaalt langs welke kanalen (groepstentoonstelling, solotentoonstelling, wedstrijden, portfolio, online …) beeldend werk getoond wordt.
- Maakt een selectie van te tonen werk in functie van kanaal en doel.
- Gaat constructief om met feedback bij het naar buiten treden met beeldend werk.
- Hanteert eigen artistieke criteria.
- Bewaakt de artistieke kwaliteit van de presentatiewijze.
- Kiest bewust voor een bepaalde vormgeving.
- Bepaalt de frequentie en wijze van communicatie.
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van kanalen (groepstentoonstelling, solotentoonstelling, portfolio, online …) om met het werk naar buiten te treden.
- Competentie 11:
Stelt beeldend werk tentoon
- Bepaalt het doel van de tentoonstelling (verkoop, netwerken …).
- Bepaalt de algemene sfeer van het gebeuren.
- Zoekt een presentatieruimte.
- Maakt afspraken i.v.m. verkoop, praktische organisatie, permanentie, verzekering …
- Beheert het budget.
- Presenteert de werken in harmonie met het oeuvre en de locatie.
- Richt de tentoonstellingsruimte in en installeert materiaal.
- Organiseert dagelijkse voorzieningen voor bezoekers en leveranciers (ontvangst, parking, toiletten, catering ...).
- met inbegrip van kennis:
- Kennis van organisatie van tentoonstellingen (verzekering, overeenkomsten/contracten, promotie, permanentie, ontvangst, parking, toiletten, catering ...).
- Kennis van opstelling van tentoonstellingen (keuze van de werken, plaatsing in de ruimte, belichting …).
- Competentie 12:
Voorziet in het basisonderhoud van materiaal
- Bewaart materiaal.
- Controleert de staat van het materiaal.
- Onderhoudt het materiaal.
- Vervangt indien nodig defecte materialen.
- met inbegrip van kennis:
- Basiskennis bewaar- en onderhoudsvoorschriften
Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen
Kennis
- Basiskennis bewaar- en onderhoudsvoorschriften
- Basiskennis ergonomie
- Basiskennis intellectueel eigendomsrecht.
- Basiskennis van cultuurgeschiedenis.
- Basiskennis van de artistieke terminologie.
- Basiskennis van de geschiedenis van de beeldende kunsten.
- Basiskennis van de grote maatschappelijke en artistieke tendensen.
- Basiskennis veiligheidsregels
- Kennis van beeldelementen (kleur, vorm, lijn, compositie …).
- Kennis van de creatieprocessen eigen aan het medium.
- Kennis van de verschillende contexten (tentoonstellingen, musea, galerij, (online) presentatieplekken, opleidingsmogelijkheden, wedstrijden, publieke acties …).
- Kennis van het hanteren van materialen, technieken en methodes.
- Kennis van kanalen (groepstentoonstelling, solotentoonstelling, portfolio, online …) om met het werk naar buiten te treden.
- Kennis van materialen, technieken en methodes.
- Kennis van opstelling van tentoonstellingen (keuze van de werken, plaatsing in de ruimte, belichting …).
- Kennis van organisatie van tentoonstellingen (verzekering, overeenkomsten/contracten, promotie, permanentie, ontvangst, parking, toiletten, catering ...).
- Kennis van vakterminologie.
Cognitieve vaardigheden
- Analyseert basismateriaal.
- Beheert het budget.
- Bepaalt aan welke technische en esthetische vereisten materialen moeten voldoen.
- Bepaalt de algemene sfeer van het gebeuren.
- Bepaalt de frequentie en wijze van communicatie.
- Bepaalt elke stap van de uitvoeringsvoorwaarden (termijn, budget, materialen, technieken, noodzakelijke diensten, samenwerking …).
- Bepaalt het doel van de tentoonstelling (verkoop, netwerken …).
- Bepaalt langs welke kanalen (groepstentoonstelling, solotentoonstelling, wedstrijden, portfolio, online …) beeldend werk getoond wordt.
- Bepaalt wanneer het werk af is.
- Bepaalt wanneer het werk kan getoond worden.
- Bewaakt de artistieke kwaliteit van de presentatiewijze.
- Bewaakt de artistieke visie.
- Bewaakt de eigen artistieke visie.
- Bewaart materiaal.
- Bouwt een samenhangend geheel van zelf gecreëerde werken op.
- Combineert intuïtie, ervaring en kennis.
- Gaat constructief om met feedback.
- Gaat constructief om met feedback bij het naar buiten treden met beeldend werk.
- Geeft het ontwikkelend idee tijd en ruimte.
- Geeft vorm aan verbeelding.
- Hanteert eigen artistieke criteria.
- Heeft oog voor artistieke en culturele praktijken.
- Heeft oog voor de eigen artistieke ontwikkeling.
- Heeft oog voor maatschappelijke en artistieke tendensen.
- Heeft oog voor technieken en technologische trends in relatie tot de eigen werkzaamheden.
- Houdt rekening met de verschillende technische fasen binnen beeldhouwen, schilderen, tekenen, grafiek, keramiek, textiel, mixed media, fotografie…
- Integreert opgedane inzichten in het creatieve proces.
- Interageert met andere artistieke disciplines.
- Interageert met betrokken medewerkers.
- Is ontvankelijk voor inspiratie.
- Is pragmatisch ingesteld (vb. op vlak van tijd, geld …).
- Kadert nieuw werk binnen het eigen oeuvre.
- Kiest bewust voor een bepaalde vormgeving.
- Kiest materiaal dat het best bij zijn artistiek project past.
- Kiest materialen, technieken en methodes.
- Kiest materialen, technieken en methodes in functie van het werk.
- Legt verbanden tussen het vorige werk, het te realiseren werk en het totale oeuvre.
- Maakt afspraken i.v.m. verkoop, praktische organisatie, permanentie, verzekering …
- Maakt een selectie van te tonen werk in functie van kanaal en doel.
- Onderzoekt de praktische realisatie van het beeldend werk en stuurt bij.
- Onderzoekt in functie van de eigen artistieke praktijk.
- Ontwikkelt de eigen deskundigheid.
- Ontwikkelt een eigen artistieke taal.
- Ontwikkelt een persoonlijke aanpak.
- Organiseert dagelijkse voorzieningen voor bezoekers en leveranciers (ontvangst, parking, toiletten, catering ...).
- Presenteert de werken in harmonie met het oeuvre en de locatie.
- Reflecteert over de wijze waarop het eigen oeuvre zich verhoudt tot dat van andere beeldende kunstenaars.
- Reflecteert over eigen werk en over de eigen praktijk.
- Reflecteert over proces en product en stuurt bij.
- Reflecteert over zijn oeuvre (evolutie, samenhang …).
- Respecteert intellectueel eigendomsrecht.
- Richt de tentoonstellingsruimte in en installeert materiaal.
- Signaleert risico’s.
- Stelt indien nodig een planning op.
- Transformeert waarnemingen en indrukken in artistieke ideeën.
- Verlegt de eigen artistieke grenzen.
- Verzamelt basismateriaal.
- Verzamelt informatie over trends en stijlen.
- Vindt inspiratie voor het creëren van nieuw werk.
- Werkt aan een persoonlijke visie.
- Werkt een basisontwerp uit waarin concept, stijl, vorm … worden vastgelegd.
- Werkt vanuit een voorliefde voor een bepaalde beeldende vormgeving.
- Zet intenties om in daden.
- Zoekt een presentatieruimte.
- Zoekt voortdurende interactie tussen vorm en inhoud tijdens het creatieproces.
Probleemoplossende vaardigheden
- Gaat scheppend, associatief en (re)productief om met intuïties.
- Voelt intuïtief aan wat mogelijkheden heeft.
Motorische vaardigheden
- Controleert de staat van het materiaal.
- Drukt zich persoonlijk uit.
- Gaat veilig om met materiaal.
- Gebruikt beeldelementen (kleur, vorm, lijn, compositie …).
- Handelt ergonomisch verantwoord.
- Hanteert materialen, technieken en methodes.
- Hanteert materialen, technieken en methodes in functie van het werk.
- Heeft oog voor prijs/kwaliteit verhouding.
- Onderhoudt het materiaal.
- Vervangt indien nodig defecte materialen.
- Zet materialen in op persoonlijke wijze.
Omgevingscontext
- Bij het tentoonstellen van eigen werk wordt rekening gehouden met de aanwezigheid van een publiek.
- De amateur beeldend kunstenaar is actief binnen de amateurkunstensector. De omgeving is artistiek/creatief.
- De amateur beeldend kunstenaar is actief in diverse omgevingen en omstandigheden (thuissfeer, verenigingsleven, private (commerciële) sfeer, publieke ruimte, in een culturele organisatie, d.m.v. een educatieve aanbieder, onderwijsinstelling ...).
- De amateur beeldend kunstenaar is actief uit interesse.
- De amateur beeldend kunstenaar kan voor een organisator of opdrachtgever werken.
- De amateur beeldend kunstenaar werkt meestal individueel aan een werk.
- De amateur beeldend kunstenaar werkt vaak in een atelier (in groep of individueel, privé of openbaar).
- De voor zichzelf gestelde doelen vergen concentratie, flexibiliteit en doorzettingsvermogen.
- Het artistiek proces bepaalt de volgorde van uitvoering van de verschillende activiteiten.
- In het algemeen beoefenen amateur beeldend kunstenaars hun activiteit in de vrije tijd.
Handelingscontext
- Artistieke creatie vergt concentratie, intuïtie en flexibiliteit.
- De amateur beeldend kunstenaar heeft aandacht voor de (artistieke/creatieve) context van het eindproduct.
- De amateur beeldend kunstenaar heeft oog voor de tevredenheid van de eventuele opdrachtgever en het publiek.
- De amateur beeldend kunstenaar heeft oog voor esthetiek en artistieke expressie.
- De amateur beeldend kunstenaar is actief betrokken bij de omgeving en gaat er flexibel mee om.
- De handelingscontext is afwisselend en vergt reflectief handelen.
- Het functioneren in een groep (atelier, groepstentoonstelling …) vraagt een zekere flexibiliteit.
Autonomie
Is zelfstandig in
- het bepalen van de context van de gerealiseerde werken (het al dan niet naar buiten komen en op welke wijze).
- het bepalen wanneer het werk af is.
- het bewaken van de eigen artistieke visie.
- het correct gebruiken van materialen.
- het doorlopen van de verschillende technische fasen van het creatieproces.
- het kiezen en kopen van geschikte materialen.
- het leggen van verbanden tussen het vorige werk, het te realiseren werk en het totale oeuvre.
- het onderzoeken van de praktische realisatie van het beeldend werk en in het bijsturen ervan.
- het opbouwen van een oeuvre.
- het realiseren van beeldend werk.
- het reflecteren over en het verbeteren van de eigen realisaties.
- het uitwerken van een basisontwerp.
- het verwerken van feedback.
- het zich op persoonlijke wijze uitdrukken in beeldend werk.
Is gebonden aan
- de fiscale wetgeving.
- de wensen van de (eventuele) opdrachtgever.
- het intellectueel eigendomsrecht.
- materiële beperkingen (materialen, budget, presentatielocatie …).
Doet beroep op
- docenten.
- gelijkgestemden.
- kanalen voor technisch advies of technische ondersteuning.
- lokale cultuurwerkers.
Verantwoordelijkheid
- Bouwt een oeuvre op
- Engageert zich voor een persoonlijk artistiek project
- Kiest en koopt materialen
- Ontwikkelt artistieke concepten en ideeën
- Ontwikkelt een eigen artistieke praktijk
- Overloopt de stappen in de realisatie van het werk
- Realiseert beeldend werk
- Stelt beeldend werk tentoon
- Treedt naar buiten met beeldend werk
- Voorziet in het basisonderhoud van materiaal
- Werkt met oog voor het eigen welzijn en het welzijn van anderen
- Zet artistieke concepten en ideeën om in een uitvoerbaar geheel
Attesten en voorwaarden
Wettelijke attesten en voorwaarden
Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.