Bestuurder mobiele kraan

 
BK-0115-1
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Bestuurder mobiele kraan

Deze benaming wordt gebruikt in het beroepscompetentieprofiel van het Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid fvb - ffc Constructiv. Deze benaming wordt algemeen gebruikt door de sector. De Competent-fiche N110401 Bediener-bestuurder van zware machines voor goederenbehandeling gebruikt de benaming ‘Bestuurder mobiele kraan (m/v)’. De Competent-fiche geeft ook andere benamingen aan zoals ‘Bestuurder mobiele telescoopkraan’, ‘Bestuurder rupskraan, …

Definitie

De bestuurder mobiele kraan rijdt met en bedient een mobiele hijskraan teneinde lasten te hijsen en te verplaatsen op bouwplaatsen.

Niveau (VKS en EQF)

4

Jaar van erkenning

versie 1, 2014

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband
    • Communiceert effectief en efficiënt
    • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
    • Overlegt over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht
    • Rapporteert aan leidinggevenden
    • Werkt efficiënt samen met collega's
    • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
    • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 2:
    Werkt met oog voor kwaliteit
    • Evalueert zijn eigen werkzaamheden kwalitatief en kwantitatief, en stuurt desnoods bij
    • Gaat zuinig om met materialen, gereedschappen en tijd en vermijdt verspilling
    • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten en uitgevoerde werken door het bijhouden van de etiketten en markering van de gebruikte materialen
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 3:
    Werkt met oog voor welzijn, veiligheid en milieu
    • Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
    • Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
    • Werkt ergonomisch
    • Controleert de aanwezigheid van en gebruikt PBM’s en CBM’s volgens de specifieke voorschriften
    • Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
    • Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s zoals gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, asbesthoudende producten, …), lawaai, brand en explosies
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen en vraagt om informatie in geval van twijfel
    • Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt
  • met inbegrip van kennis:
* PBM’s en CBM’s = persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Competentie 4:
    Werkt op hoogte
    • Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels
    • Gebruikt beschermingsmiddelen (PBM’s en CBM’s)
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 5:
    Bereidt de werkzaamheden met de mobiele kraan voor
    • Ontvangt en begrijpt de uit te voeren opdracht
    • Verzamelt de nodige documenten voor de opdracht
    • Kiest de benodigde hijsgereedschappen en toebehoren
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 6:
    Transporteert de mobiele kraan
    • Plant de te volgen route
    • Gebruikt een tachograaf
    • Rijdt zuinig en defensief met de mobiele kraan over de openbare weg
    • Bedient GPS
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 7:
    Stelt de mobiele kraan op
    • Richt de eigen werkplek in volgens voorschriften en/of instructies en houdt daarbij rekening met de algemene werforganisatie en de logische werkvolgorde
    • Interpreteert de terreinomstandigheden
    • Controleert de windkracht
    • Kiest en evalueert de uitvoeringswijze voor het werk
    • Controleert of er zich binnen de werkzone geen voorwerpen, hoogspanningskabels of andere hindernissen bevinden
    • Stelt de mobiele kraan op volgens de bedrijfsvoorschriften: stabiel, veilig en buiten de verkeerscirculatie
    • Controleert de signalisatie
    • Controleert de stabiliteit van de mobiele kraan
    • Kijkt de hijslasttabel na
    • Brengt de hulp- en uitrustingsstukken aan
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 8:
    Communiceert met helpers en leidinggevenden
    • Communiceert vooraf over de werkopdracht
    • Communiceert tijdens de werkopdracht (met seinen en/of radio)
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 9:
    Slaat lasten van een mobiele kraan aan
    • Controleert de last op zichtbare gebreken
    • Controleert of een last opgetild kan worden
    • Controleert het hijsgereedschap
    • Slaat de lasten veilig aan
    • Balanceert de last uit
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 10:
    Voert hijswerkzaamheden met de mobiele kraan uit
    • Trekt een last op
    • Verplaatst een last
    • Rijdt met een last (indien toegelaten)
    • Bedient de boordcomputer - LMB (last moment beveiliging) & begrenzing van het zwenkmoment
    • Laat een last neer
    • Laat de lasten loskoppelen
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 11:
    Rondt de werkzaamheden uitgevoerd met de mobiele kraan af
    • Hijst de vrije haak op
    • Zet de hijsarm terug in beginpositie
    • Schakelt de besturing uit
    • Verlaat de bedieningspost
    • Laat de mobiele kraan veilig achter of maakt ze klaar voor de terugweg
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 12:
    Voert dagelijkse controles en onderhoud van de mobiele kraan uit
    • Controleert de mobiele kraan voor ingebruikname
    • Controleert de veiligheidsvoorzieningen
    • Controleert de elektrische uitrusting
    • Controleert de wielen/banden en vering
    • Controleert luchtdruk & vloeistofpeilen
    • Controleert het hijsgereedschap
    • Controleert op algemene slijtage
    • Voert dagelijks onderhoud uit
    • Voert kleine herstellingen uit
    • Signaleert defecten
    • Signaleert de nood tot specifieke controles, herstellingen en onderhoud
    • Reinigt de mobiele kraan
    • Bergt het hijsmaterieel op volgens de voorschriften
  • met inbegrip van kennis:
  • Competentie 13:
    Voert de administratieve taken uit
    • Vult werkbladen en andere administratieve documenten in
    • Bewaart en let op de aanwezigheid van keuringsdocumenten
  • met inbegrip van kennis:

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis rekenen (inhoudsmaten, soortelijk gewicht, volumes,…)
  • Basiskennis van elektriciteit
  • Basiskennis van het vakjargon in het Nederlands en in de tweede landstaal
  • Basiskennis van specifieke risico’s van asbest, kwartsstof en andere gevaarlijke producten
  • Kennis van milieuzorgsystemen en -voorschriften in functie van de eigen werkzaamheden
  • Kennis van de bouwplaatsorganisatie
  • Kennis veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
  • Kennis van specifieke risico’s van elektriciteit, lawaai, trillingen, brand en explosies
  • Kennis van veilige en ergonomische hef-, til- en werktechnieken
  • Kennis van de voorschriften voor het veilig werken op hoogte
  • Kennis van PBM’s en CBM’s
  • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Kennis van de voorschriften rond afvalbeheer
  • Kennis van een geoptimaliseerd verbruik en recuperatie van water, materialen en energie
  • Kennis van werkdocumenten, het werkblad en andere administratieve documenten: persoonlijke documenten, boorddocumenten en machine-instructieboek
  • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
  • Kennis van controle- en meetmethoden en –instrumenten
  • Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Kennis van de toestand van het wegennet en toegelaten belasting op openbare wegen
  • Kennis van wettelijke beperkingen bij (uitzonderlijk) vervoer over de openbare weg
  • Kennis van de wegcode
  • Kennis van wettelijke voorschriften inzake rij- en rusttijden
  • Kennis van de bediening van GPS en tachograaf
  • Kennis van de principes van ecodriving en defensief rijden
  • Kennis van de normale werkingstoestand van de machine
  • Kennis van de functies van de belangrijkste onderdelen van de machine
  • Kennis van de technologie van hydraulische, pneumatische en elektrische systemen, dieselmotoren en bewegingsoverbrenging
  • Kennis van mogelijke defecten en storingen
  • Kennis van de kraanbeveiligingen
  • Kennis van eisen aan bandenspanning en staat van de wielbevestiging
  • Kennis van de onderdelen waarbij zich op korte of lange termijn slijtageverschijnselen kunnen voordoen
  • Kennis van wie voor welke herstellingen verantwoordelijk is
  • Kennis van de meldingsrubriek “defecten” op het werkblad
  • Kennis van de technieken, de producten en het materieel gebruikt bij klein onderhoud en reiniging
  • Kennis van de preventieve veiligheids- en milieumaatregelen bij tanken en de maatregelen bij vervuiling door tanken of lekken
  • Kennis van de mogelijke functies en toepassingsmogelijkheden van de types mobiele kranen
  • Kennis van signalisatie
  • Kennis van de technieken voor het aanbrengen van de hulp- en uitrustingsstukken
  • Kennis van bevestigings- en verankeringstechnieken van betonnen prefabelementen
  • Kennis van de hijslasttabel
  • Kennis van het hoogtediagram van een mobiele kraan: vlucht, de vrije vlucht, de hijshoogte, de toegestane werklast in relatie tot de vlucht en/of de hoogte
  • Kennis van de maximale spankracht van een strop
  • Kennis van de veiligheidsoverwegingen bij het vooraf uitbalanceren van een last
  • Kennis van het gebruik en de bediening van de boordcomputer
  • Kennis van het gebruik van communicatiemiddelen
  • Kennis van de genormaliseerde hand- en armseinen
  • Kennis van de impact van wind en andere weersomstandigheden
  • Kennis van de werking van een anemometer
  • Kennis van de beperkingen en voorschriften van de constructeur bij het rijden met een last
  • Kennis van de technieken en de richtlijnen bij het rijden met een last (de invloed van de omgevingsfactoren, de draagkracht van de ondergrond, hellingen, de nutsvoorzieningen, de geldende veiligheidsregels , het aanpassen van de bandenspanning en het blokkeren van de vering)
  • Kennis van de start- en stopprocedures
  • Kennis van de eisen en verantwoordelijkheden bij het uitvoeren van een veiligheidsfunctie
  • Kennis van het toepassingsgebied en de geldigheid van vergunningen en keuringen
  • Kennis van de reglementering inzake speciale controles door erkende controleorganismen
  • Kennis van de voorschriften omtrent het opbergen van hijsgereedschap
  • Grondige kennis van de principes en richtlijnen voor het stabiel en veilig opstellen van een mobiele kraan en de beperkingen op de werkplek (het toelaatbaar lastmoment, de draagkracht van de ondergrond en de bodemgesteldheid, zicht op het werk, de aanwezigheid van eventuele uitgravingen, bovengrondse leidingen, de aanwezigheid van andere obstakels, mensen en verkeer, de draaicirkel van de mobiele kraan)
  • Grondige kennis van de besturing en bediening van de mobiele kraan
  • Grondige kennis van de invloed van de last (afmetingen, vorm, soortelijk gewicht, massa, zwaartepunt, windvlak… )
  • Grondige kennis van hijsgereedschap, verankeringen en toebehoren en het gebruik en de beperkingen ervan
PBM’s en CBM’s = Persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen

Anemometer = windmeter

Onder veiligheidsfunctie verstaat men elke werkpost waar motorvoertuigen, kranen, rolbruggen, hijstoestellen van welke aard ook, of machines die gevaarlijke installaties of toestellen in werking zetten, bestuurd worden voor zover dit de veiligheid en gezondheid van andere werknemers van de onderneming of van ondernemingen van buitenaf in gevaar kan brengen. Meer informatie op: http://www.werk.belgie.be/detailA_Z.aspx?id=1358

Cognitieve vaardigheden

  • Het mondeling en/of schriftelijk kunnen rapporteren met de leidinggevende
  • Het efficiënt kunnen communiceren met collega’s, klanten en derden: kunnen overleggen over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht en afstemmen van de eigen werkzaamheden op de activiteiten van anderen (bouwteam)
  • Het kunnen communiceren met hand- en armseinen en/of radio
  • Het kunnen gebruiken van vakjargon in de moedertaal en een tweede landstaal
  • Het kunnen uitleggen aan de helpers hoe men de last moet aanslaan of loskoppelen en hoe zij zich moeten opstellen
  • Het kunnen controleren van de aanwezigheid van en kunnen gebruiken van PBM’s en CBM’s volgens de specifieke voorschriften
  • Het kunnen herkennen, voorkomen en beschermen tegen specifieke risico’s van gevaarlijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, asbesthoudende producten, …)
  • Het kunnen plaatsen en onderhouden van signalisatie
  • Het kunnen herkennen, voorkomen en beschermen tegen specifieke risico’s zoals elektriciteit, brand, explosies, lawaai en trillingen
  • Het kunnen herkennen en signaleren van gevaarlijke situaties, nemen van gepaste maatregelen bij ongelukken en melden van ongevallen en incidenten
  • Het kunnen opzoeken en raadplegen van beschikbare en betrouwbare informatiebronnen
  • Het kunnen uitvoeren van de werkopdracht volgens de planning en timing
  • Het kunnen bepalen van de benodigde materialen, gereedschappen en machines
  • Het kunnen inrichten van de eigen werkplek volgens voorschriften en/of instructies en rekening houdend met de algemene bouwplaatsorganisatie en de logische werkvolgorde
  • Het kunnen sorteren van afval volgens de richtlijnen
  • Het kunnen begrijpen, controleren en gebruiken van de nodige werkdocumenten
  • Het kunnen lezen en interpreteren van de werkopdracht
  • Het (in de eigen taal) kunnen lezen van de handleiding en begrijpen van controle- en onderhoudsvoorschriften
  • Het kunnen opsporen van mechanische en elektrische defecten, onregelmatigheden in de opstelling, de bedieningselementen en het functioneren van de bewegende onderdelen van de mobiele kraan
  • Het kunnen interpreteren van geluidssignalen en controleren van de verschillende controle- en signalisatielampjes, de banden en wielen, de luchtdruk, de verschillende vloeistofpeilen, lekken in leidingen en slangen, de volledigheid en slijtage van het hijsgereedschap
  • Het kunnen nagaan of alle veiligheidsvoorzieningen aanwezig zijn, functioneren en beoordelen of er verantwoord gewerkt kan worden met de mobiele kraan
  • Het kunnen vaststellen en benoemen van slijtage en defecten
  • Het kunnen verslag uitbrengen van de aard van defecten aan leidinggevenden
  • Het kunnen nagaan en signaleren van uitgevoerde en uit te voeren controles
  • Het kunnen bepalen van de meest efficiënte route, zichzelf kunnen oriënteren
  • Het kunnen bedienen van een GPS
  • Het kunnen gebruiken van een tachograaf
  • Het kunnen besturen van de mobiele kraan met respect voor de wegcode
  • Het kunnen rekening houden met de afmetingen van de mobiele kraan in het verkeer
  • Het zuinig en defensief kunnen rijden
  • Het kunnen bepalen van een geschikte opstelplaats
  • Het buiten de verkeerscirculatie kunnen opstellen en beveiligen van de mobiele kraan
  • Het kunnen controleren van de terreinomstandigheden, de risico's van de gekozen uitvoeringswijze en de omgeving (eventuele bovengrondse leidingen en andere obstakels, …)
  • Het kunnen creëren van een veiligheidszone
  • Het kunnen controleren van het hijsgereedschap en de te hijsen last: vaststellen van de massa, de vorm, de afmetingen en het zwaartepunt alsook de stabiliteit van een gestapelde last en eventuele beschadigingen
  • Het kunnen lezen en begrijpen van een hijslasttabel
  • Het op basis van hijsvermogen en giekstand kunnen interpreteren wat de maximaal toegelaten last is (lastmomentbegrenzing bepalen)
  • Het kunnen beoordelen of het hijsgereedschap gepast is in functie van de opdracht
  • Het kunnen bepalen van de wijze van aanslaan
  • Het kunnen bepalen van het aanslagpunt
  • Het kunnen bepalen van de neigings- of tophoek van een strop
  • Het kunnen wijzigen van de kabelinschering aan de hand van de hijslasttabel
  • Het kunnen gebruiken van de boordcomputer
  • Het kunnen optoppen en aftoppen (= naar omhoog en omlaag halen van de mast / giek)
  • Het buiten het gezichtsveld kunnen verplaatsen van de last
  • Het kunnen rijden met een last
  • Het kunnen starten en stopzetten van de machine volgens de procedure
  • Het kunnen opvolgen van de bedrijfsvoorschriften in verband met het achterlaten van de mobiele kraan
  • Het kunnen invullen van werkbladen en andere administratieve documenten
  • Het kunnen nagaan en signaleren van uitgevoerde en uit te voeren controles
  • Het kunnen bewaren en nagaan van de aanwezigheid van het medisch attest

Probleemoplossende vaardigheden

  • Het kwalitatief en kwantitatief kunnen evalueren en desnoods bijsturen van zijn eigen werkzaamheden
  • Het gepast kunnen reageren op vastgestelde problemen met betrekking tot kwaliteit, veiligheid, milieu, proces en techniek rekening houdend met de voorschriften/procedures

Motorische vaardigheden

  • Het kunnen toepassen van de juiste ergonomische hef- en tiltechnieken
  • Het kunnen gebruiken van ladders en steigers volgens de veiligheidsregels en herkennen en signaleren van gebreken
  • Het permanent rij- en gebruiksklaar kunnen houden van de mobiele kraan: smeren van onderdelen, bijvullen van vloeistoffen, tanken,…
  • Het kunnen aanbrengen van de hulp- en uitrustingsstukken
  • Het kunnen bevestigen van de te hijsen last aan de kraanhaak
  • Het beheerst kunnen bedienen van hendels en knoppen om de last veilig en zonder schommelen op de gewenste plaats te brengen
  • Het kunnen uitbalanceren van een last door in een geleidelijke beheerste beweging de last tot op lage hoogte te hijsen
  • Het beheerst kunnen hijsen, zwenken, vieren en manoeuvreren tussen obstakels
  • Het beheerst en nauwkeurig kunnen neerzetten van de last op de daartoe voorziene plek en zonder gevaar voor de helpers zodanig dat de last losgekoppeld kan worden
  • Het zelf kunnen herstellen van eenvoudige defecten: vastzetten van losse onderdelen, vrijmaken van smeernippels, vervangen van filters of leidingen, herstellen van verlichting van de machine…
  • Het kunnen reinigen van het materieel en de stuurcabine

Omgevingscontext

  • Dit beroep wordt uitgeoefend op bouwplaatsen (woningbouw, utiliteitsbouw en bruggen-, en wegen-, spoor- en waterbouw)
  • Dit beroep wordt meestal in team uitgeoefend, waarbij de nodige flexibiliteit belangrijk is om zich aan te passen aan wijzigingen van planning, omgeving, en klimatologische omstandigheden
  • De werkopdracht en het eindresultaat wordt strikt afgebakend en er heersen in veel gevallen strikte deadlines, wat resultaatgerichtheid, stressbestendigheid, concentratie, flexibiliteit en doorzettingsvermogen vraagt
  • De bouwsector kent veel reglementeringen, normen, aanbevelingen, codes van goede praktijk en technische voorlichtingsfiches inzake kwaliteit, veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu en duurzaam bouwen
  • De situatie op de werkplek kan het dragen van lasten, het werken op (grote) hoogte, contact met gevaarlijke producten en werken in moeilijke houdingen en omstandigheden impliceren
  • De werkplek kan impliceren dat er in de nabijheid van bovengrondse leidingen en andere gevaarlijke situaties gewerkt moet worden

Handelingscontext

  • Oog hebben voor kwaliteit en de tevredenheid van de klant door met zorg, precisie en toewijding te werken
  • Aandacht hebben voor gevaarlijke situaties, veiligheidssignalisatie op de bouwplaats respecteren en PBM’s en CBM’s met zorg plaatsen, gebruiken en onderhouden
  • Omzichtig omgaan met grondstoffen en producten, rekening houdend met veiligheids-, en milieuvoorschriften
  • Het bijblijven met de (technologische) ontwikkelingen binnen de sector vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen
  • Het werken in een veiligheidsfunctie betekent een verhoogde aandacht voor de veiligheid en gezondheid van andere werknemers van de onderneming of van ondernemingen van buitenaf
  • Gedurende de werkzaamheden de omgeving en de bewegingen van de last zeer oplettend opvolgen
  • Gedurende de werkzaamheden informatie uitwisselen en duidelijke instructies geven

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het veilig, zuinig en defensief rijden met een mobiele kraan
  • het controleren of er in veilige omstandigheden kan gewerkt worden
  • het veilig opstellen van een mobiele kraan
  • het opstarten van de mobiele kraan
  • het geven van instructies aan helpers
  • het veilig bedienen van de mobiele kraan
  • het vervullen van administratieve taken
  • het controleren van de kwaliteit en kwantiteit van zijn werk
  • het reinigen en onderhouden van de mobiele kraan
  • het signaleren van defecten
  • het afronden van de werkzaamheden
  • het veilig achterlaten van de mobiele kraan
Is gebonden aan
  • een ontvangen werkopdracht en tijdsplanning
  • veiligheids- , gezondheids- , kwaliteits- en milieuvoorschriften, codes van goede praktijk, technische voorschriften, productfiches en verkeersregels
  • afspraken met betrekking tot zijn eigen werkzaamheden met collega’s en derden
  • instructies van de leidinggevende
Doet beroep op
  • de leidinggevende voor de werkopdracht, gegevens, planning, leveringen, melden van problemen en gevaarlijke situaties en bijkomende instructies.
  • helpers op de bouwplaats bij het aanslaan en loskoppelen van de last
  • een meer bevoegd persoon indien hij een probleem niet opgelost krijgt of te maken krijgt met werkzaamheden die buiten zijn bevoegdheid vallen.
  • (onderhouds)technieker en/of derden bij storingen, technische interventies, controles en/of onderhoud aan de mobiele kraan

Verantwoordelijkheid

  • Het werken in teamverband
  • Het werken met oog voor kwaliteit
  • Het werken met oog voor welzijn, veiligheid en milieu
  • Het werken op hoogte
  • Het voorbereiden van de werkzaamheden met de mobiele kraan
  • Het transporteren van de mobiele kraan
  • Het opstellen van de mobiele kraan
  • Het communiceren met helpers en leidinggevenden
  • Het aanslaan van lasten van een mobiele kraan
  • Het uitvoeren van hijswerkzaamheden met de mobiele kraan
  • Het afronden van de werkzaamheden uitgevoerd met de mobiele kraan
  • Het uitvoeren van dagelijkse controles en onderhoud van een mobiele kraan
  • Het uitvoeren van administratieve taken
  • Het vervullen van een veiligheidsfunctie

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.