Medewerker ruwbouw

 
BK-0081-2
 Dit is de actuele versie van de beroepskwalificatie.

Globaal

Titel

Medewerker ruwbouw

Deze benaming wordt gebruikt in het beroepscompetentieprofiel van Constructiv. Deze benaming wordt algemeen gebruikt door de sector.

Het beroep kent ook andere benamingen. De Competent-fiche F170401 gebruikt bijvoorbeeld de benaming ‘werfbediener’, ‘hulpmetselaar, ‘handlanger bouw’, ‘werfvoorbereider’, …

Definitie

De medewerker ruwbouw voert volgens instructies ruwbouwwerken uit en helpt bij inrichting bouwplaats, uitvoering grondwerken, organisatie materiaal en materieel, fundering, metselwerk, voegwerk, bekisting, ijzervlechtwerk, betonwerk, sloopwerk, ... teneinde de ruwbouwwerkzaamheden vlot te laten verlopen.

Niveau (VKS en EQF)

2

Jaar van erkenning

versie 2, 2020

Competenties

Opsomming competenties

  • Competentie 1:
    Werkt in teamverband
    • Communiceert effectief en efficiënt
    • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
    • Rapporteert aan leidinggevenden
    • Werkt efficiënt samen met collega's
    • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
    • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van communicatietechnieken
    • Kennis van vakterminologie
  • Competentie 2:
    Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
    • Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
    • Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s
    • Maakt onderscheid tussen gevaarlijke en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
    • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen
    • Sorteert afval volgens de richtlijnen
    • Past de regels rond energieprestaties van gebouwen toe volgens instructies
    • Herkent asbesthoudende producten en reageert passend
    • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
    • Werkt ergonomisch
    • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
    • Past veiligheids- en milieuvoorschriften toe
    • Beperkt stofemissie
    • Gebruikt (stof)zuigapparatuur
    • Meldt problemen aan de verantwoordelijke
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
    • Basiskennis van basisprincipes van EPB
    • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
    • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, houtstof, asbesthoudende producten, ...), elektriciteit, lawaai, trillingen, brand, explosies, ...
    • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, ...)
    • Kennis van elektrisch-, pneumatisch- en handgereedschap
  • Competentie 3:
    Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
    • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
    • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
    • Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingsborden aan
    • Houdt de werkplek schoon
    • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
    • Gebruikt collectieve beschermingsmiddelen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
    • Kennis van signalisatievoorschriften
    • Kennis van (interne) transportmiddelen
    • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
  • Competentie 4:
    Werkt op hoogte
    • Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels als toegangsmiddel
    • Gebruikt steigers volgens instructies en veiligheidsregels
    • Gebruikt beschermingsmiddelen (PBM’s en CBM’s) aangepast aan de werkomstandigheden
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
    • Kennis van voorschriften voor het veilig werken op hoogte
    • Kennis van maatregelen ter preventie van het vallen van personen en voorwerpen van een steiger
    • Kennis van de voorwaarden om een steiger te betreden
  • Competentie 5:
    Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
    • Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt
    • Gebruikt machines en gereedschappen efficiënt
    • Beperkt het lawaai: implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van een geoptimaliseerd verbruik en recuperatie van water, materialen en energie
  • Competentie 6:
    Gebruikt machines en gereedschappen
    • Selecteert te gebruiken machines en gereedschappen
    • Controleert de machines en gereedschappen voor gebruik
    • Gebruikt machines en gereedschappen op een veilige en efficiënte manier
    • Onderhoudt en reinigt de machines en gereedschappen na gebruik
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de werking en veiligheidsaspecten van gebruikte machines en gereedschappen
    • Kennis van onderhoudstechnieken van gereedschappen en materiaal
    • Kennis van elektriciteit i.f.v. werkzaamheden
  • Competentie 7:
    Houdt werkadministratie bij
    • Houdt planning en werkdocumenten bij
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
  • Competentie 8:
    Voert de werkzaamheden uit volgens planning en instructies
    • Leest en begrijpt plannen, werktekeningen of werkopgaveblad
    • Past de uitvoeringsfase toe
    • Voert de werken uit volgens planning of instructie en werkvolgorde
    • Gebruikt de benodigde materialen, gereedschappen en machines in functie van activiteit
    • Stemt de eigen werkzaamheden af op de activiteiten van anderen (het bouwteam)
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
    • Basiskennis van functionele berekeningen
    • Basiskennis van materialen, gereedschappen en machines
  • Competentie 9:
    Helpt mee aan het inrichten van de bouwplaats
    • Brengt veiligheidssignalisatie aan
    • Installeert werfafsluitingen en voorziet doorgangen voor voetgangers en toegangen voor vrachtwagens
    • Plaatst hekken en schermen tegen inbraak en stofhinder
    • Werkt mee aan een voorlopige effening van het terrein
    • Werkt mee aan de plaatsing van de werfkeet (bureau-, eet- en kleedruimte, sanitaire voorzieningen, stockageplaats, verzamelplaats bouwafval, ...)
    • Werkt mee aan de aansluiting van elektriciteit, water en verlichting
    • Bewaart de orde en de netheid
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
    • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
    • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, ...)
    • Kennis van elektriciteit i.f.v. werkzaamheden
    • Kennis van de inrichting van de werkplek: signalisatie, afsluiting, orde en netheid
  • Competentie 10:
    Organiseert het materiaal en het materieel
    • Houdt voorraden bij en vult aan
    • Stockeert het materieel en de materialen op de daartoe voorziene plaats en zorgt voor bescherming
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
  • Competentie 11:
    Slaat lasten aan
    • Gebruikt de gepaste en gekeurde hijshulpmiddelen
    • Schat gewicht en zwaartepunt van de last in
    • Bevestigt de last aan de hijsvoorzieningen en zekert de last
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van de technieken voor bevestigen, heffen en het aanslaan van lasten
    • Kennis van keuringsvoorschriften van hijsmateriaal
  • Competentie 12:
    Helpt bij de uitvoering van grondwerken en verhardingen voor residentiële toepassingen
    • Plaatst beschoeiingen
    • Plaatst oppervlakteverharding
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van beschoeiingstechnieken
  • Competentie 13:
    Helpt bij het uitvoeren van de fundering ‘op staal’
    • Effent de bodem van de werkput
    • Helpt bij het graven van funderingssleuven en -putten
    • Helpt bij het voorbereiden van de sleufbodem met stabiliseerzand, het waterdichte membraan en een steenslagverharding
    • Maakt manueel of machinaal beton of mortel aan
    • Werkt mee aan het droogleggen van de werkput
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van bodemsoorten en grondmechanische problemen
    • Basiskennis van bemalings- en drainagetechnieken
    • Basiskennis van technieken voor het aanbrengen van een stabilisatielaag met plaatsing van een waterdichtmembraan
  • Competentie 14:
    Treft voorbereidingen voor het metselwerk
    • Maakt mechanisch of manueel mortel, lijm en beton aan
    • Voert specie, stenen en andere materialen aan
    • Snijdt en verzaagt bakstenen
  • met inbegrip van kennis:
    • Kennis van het benodigde gereedschap voor het snijden en afzagen van bakstenen
    • Grondige kennis van lijmen en bindmiddelen, de mengverhoudingen en hulpstoffen voor mortels
  • Competentie 15:
    Helpt bij het metselwerk
    • Maakt mechanisch of manueel mortels of lijm aan
    • Kapt en slijpt openingen in muren
    • Voert opgaand metselwerk uit
    • Helpt bij het versterken van funderingen
    • Plaatst wachtbuizen, uitsparingen en energieblokken, verluchtingsbuizen, roosters, keldergaten, lichtkokers
    • Helpt bij het maken van muurdoorbrekingen
    • Plaatst dorpels en plinten
    • Besteedt aandacht aan de correcte uitvoering van de bouwknopen
    • Reinigt en beschermt het nieuwe metselwerk
    • Plaatst voorlopige afdichtingen tegen wind en regen
    • Helpt profielen plaatsen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van metselverbanden, de verschillende soorten muren en de soorten voegen
    • Basiskennis van opgaand metselwerk
    • Basiskennis van draagkracht en maximale belasting van draagvloeren en -muren en lintelen
    • Basiskennis van bouwknopen
    • Grondige kennis van lijmen en bindmiddelen, de mengverhoudingen en hulpstoffen voor mortels
  • Competentie 16:
    Plaatst en verwijdert stutten en schoren
    • Brengt stutten en schoren aan
    • Verwijdert stutten en schoren
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van stut- en schoortechnieken
  • Competentie 17:
    Helpt bij het plaatsen van geprefabriceerde elementen in residentiële toepassingen
    • Stut geprefabriceerde elementen
    • Stut en plaatst betonvloeren en betonplaten volgens een legplan
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van stut- en schoortechnieken
    • Basiskennis van verschillende soorten prefabelementen
    • Basiskennis van opslag, transport en plaatsing van prefabelementen
    • Basiskennis van stabiliteit en bescherming van prefabelementen
  • Competentie 18:
    Helpt bij het uitvoeren van de bekisting
    • Leest en begrijpt bekistingsplannen
    • Timmert, stut, monteert en voegt bekistingen samen
    • Voert een voorbehandeling uit op de bekisting
    • Ontkist en recupereert herbruikbaar materiaal
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van bekistingstechnieken
    • Basiskennis van ontkisten, ontkistingsproducten, ontkistingstermijnen en onderhoud van het bekistingsmateriaal
  • Competentie 19:
    Helpt bij het maken van wapeningen voor bekistingen, voegt deze samen en plaatst deze
    • Leest en begrijpt het ijzervlechtplan
    • Vlecht de wapeningen en verbindt het vlechtwerk volgens instructies
    • Plaatst en schermt wachtstaven af met afschermdoppen
    • Plaatst de netten en wapening met afstandshouders in de bekisting en garandeert de minimale betondekking
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van ijzervlechtwerktechnieken
    • Basiskennis van wapeningsplan, selectie van staven op staalkwaliteit en bindtechnieken voor de wapening
    • Basiskennis van plaatsing van een wapening, minimum betondekking en tussenafstanden
  • Competentie 20:
    Helpt bij betonneringswerken
    • Stort en spreidt, trilt en verdicht het beton
    • Vermijdt dat de wapening gaat verschuiven tijdens het betonstorten
    • Verzorgt de afwerking van het betonoppervlak
    • Beschermt en beschut het beton
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van betonneringstechnieken
    • Basiskennis van betonsamenstelling en hulpstoffen
  • Competentie 21:
    Voert voegwerken uit volgens instructies
    • Maakt een voegmortel aan
    • Gebruikt gepast voeggereedschap
    • Past voegtechnieken (plat, vol, achter de hand) toe
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van soorten voegen
  • Competentie 22:
    Plaatst thermische isolatie
    • Werkt oneffenheden van het te isoleren oppervlak bij
    • Bevestigt isolatie volgens type en positie
    • Vermijdt koudebruggen
    • Verzekert zich van de continuïteit van de isolatie
    • Beschermt het geplaatste isolatiemateriaal tegen weersomstandigheden
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van bouwknopen
    • Basiskennis van soorten en eigenschappen van isolatiematerialen
    • Basiskennis van bevestigingen van isolatiematerialen
  • Competentie 23:
    Plaatst lucht- en dampscherm
    • Plaatst lucht- en dampschermen
    • Voert de doorbrekingen uit
    • Werkt het luchtdichtheidsscherm af
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van soorten en eigenschappen van lucht- en dampschermen
    • Basiskennis van bevestigingen en aansluiting van lucht- en dampschermen
  • Competentie 24:
    Helpt bij het aanleggen van huisriolering en afwateringsstelsels
    • Plaatst buizen en installaties voor afval-, regen-, grond- en rioolwater
    • Voegt buizen en installaties in verschillende materialen samen
    • Plaatst reservoirs en opvangputten
    • Plaatst individuele waterzuiveringsinstallaties of recuperatiesystemen
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van principe van gescheiden riolering en de verschillende leidingsmaterialen waaruit een rioleringsnet bestaat
    • Basiskennis van voorschriften voor aansluiting en plaatsing van de verschillende waterbehandelingstoestellen
  • Competentie 25:
    Voert sloopwerken uit volgens instructies
    • Gebruikt stutten en schoren
    • Demonteert of sloopt manueel of met mechanische hulpmiddelen
    • Ruimt het puin en voert sloopafval selectief af
  • met inbegrip van kennis:
    • Basiskennis van stut- en schoortechnieken
    • Basiskennis van ontmantelings- en slooptechnieken
    • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen, elektriciteit, lawaai, trillingen, ...

Beschrijving competenties a.d.h.v. de descriptorelementen

Kennis

  • Basiskennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties
  • Basiskennis van werkdocumenten, tekeningen en plannen
  • Basiskennis van functionele berekeningen
  • Basiskennis van materialen, gereedschappen en machines
  • Basiskennis van opslag- en stapeltechnieken
  • Basiskennis van bodemsoorten en grondmechanische problemen
  • Basiskennis van bemalings- en drainagetechnieken
  • Basiskennis van technieken voor het aanbrengen van een stabilisatielaag met plaatsing van een waterdichtmembraan
  • Basiskennis van stut- en schoortechnieken
  • Basiskennis van beschoeiingstechnieken
  • Basiskennis van metselverbanden, de verschillende soorten muren en de soorten voegen
  • Basiskennis van opgaand metselwerk
  • Basiskennis van soorten voegen
  • Basiskennis van draagkracht en maximale belasting van draagvloeren en -muren en lintelen
  • Basiskennis van verschillende soorten prefabelementen
  • Basiskennis van opslag, transport en plaatsing van prefabelementen
  • Basiskennis van stabiliteit en bescherming van prefabelementen
  • Basiskennis van bekistingstechnieken
  • Basiskennis van ijzervlechtwerktechnieken
  • Basiskennis van betonneringstechnieken
  • Basiskennis van ontkisten, ontkistingsproducten, ontkistingstermijnen en onderhoud van het bekistingsmateriaal
  • Basiskennis van wapeningsplan, selectie van staven op staalkwaliteit en bindtechnieken voor de wapening
  • Basiskennis van plaatsing van een wapening, minimum betondekking en tussenafstanden
  • Basiskennis van betonsamenstelling en hulpstoffen
  • Basiskennis van bouwknopen
  • Basiskennis van basisprincipes van EPB
  • Basiskennis van soorten en eigenschappen van isolatiematerialen
  • Basiskennis van bevestigingen van isolatiematerialen
  • Basiskennis van soorten en eigenschappen van lucht- en dampschermen
  • Basiskennis van bevestigingen en aansluiting van lucht- en dampschermen
  • Basiskennis van principe van gescheiden riolering en de verschillende leidingsmaterialen waaruit een rioleringsnet bestaat
  • Basiskennis van voorschriften voor aansluiting en plaatsing van de verschillende waterbehandelingstoestellen
  • Basiskennis van ontmantelings- en slooptechnieken
  • Kennis van communicatietechnieken
  • Kennis van veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften
  • Kennis van (veiligheids)pictogrammen
  • Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
  • Kennis van specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwartsstof, houtstof, asbesthoudende producten, ...), elektriciteit, lawaai, trillingen, brand, explosies, ...
  • Kennis van ergonomische hef- en tiltechnieken
  • Kennis van persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Kennis van voorschriften voor het veilig werken op hoogte
  • Kennis van maatregelen ter preventie van het vallen van personen en voorwerpen van een steiger
  • Kennis van de voorwaarden om een steiger te betreden
  • Kennis van voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, ...)
  • Kennis van een geoptimaliseerd verbruik en recuperatie van water, materialen en energie
  • Kennis van vakterminologie
  • Kennis van elektrisch-, pneumatisch- en handgereedschap
  • Kennis van de werking en veiligheidsaspecten van gebruikte machines en gereedschappen
  • Kennis van onderhoudstechnieken van gereedschappen en materiaal
  • Kennis van elektriciteit i.f.v. werkzaamheden
  • Kennis van het benodigde gereedschap voor het snijden en afzagen van bakstenen
  • Kennis van de inrichting van de werkplek: signalisatie, afsluiting, orde en netheid
  • Kennis van signalisatievoorschriften
  • Kennis van (interne) transportmiddelen
  • Kennis van laad- en zekeringstechnieken
  • Kennis van de technieken voor bevestigen, heffen en het aanslaan van lasten
  • Kennis van keuringsvoorschriften van hijsmateriaal
  • Grondige kennis van lijmen en bindmiddelen, de mengverhoudingen en hulpstoffen voor mortels

Cognitieve vaardigheden

  • Communiceert effectief en efficiënt
  • Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
  • Rapporteert aan leidinggevenden
  • Werkt efficiënt samen met collega's
  • Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
  • Maakt onderscheid tussen gevaarlijke en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
  • Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen
  • Past de regels rond energieprestaties van gebouwen toe volgens instructies
  • Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
  • Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
  • Past veiligheids- en milieuvoorschriften toe
  • Meldt problemen aan de verantwoordelijke
  • Selecteert te gebruiken machines en gereedschappen
  • Controleert de machines en gereedschappen voor gebruik
  • Houdt planning en werkdocumenten bij
  • Leest en begrijpt plannen, werktekeningen of werkopgaveblad
  • Past de uitvoeringsfase toe
  • Schat gewicht en zwaartepunt van de last in
  • Besteedt aandacht aan de correcte uitvoering van de bouwknopen
  • Leest en begrijpt bekistingsplannen
  • Leest en begrijpt het ijzervlechtplan

Probleemoplossende vaardigheden

  • Past zich flexibel aan (verandering van collega’s, …)
  • Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
  • Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s
  • Herkent asbesthoudende producten en reageert passend

Motorische vaardigheden

  • Sorteert afval volgens de richtlijnen
  • Werkt ergonomisch
  • Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
  • Beperkt stofemissie
  • Gebruikt (stof)zuigapparatuur
  • Organiseert zijn werkplaats rekening houdend met een logische werkvolgorde
  • Richt de werkplaats (ergonomisch) in
  • Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingsborden aan
  • Houdt de werkplek schoon
  • Bergt de eigen gereedschappen en hulpmiddelen op
  • Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels als toegangsmiddel
  • Gebruikt steigers volgens instructies en veiligheidsregels
  • Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt
  • Beperkt het lawaai: implementeert preventiemaatregelen voor omgeving
  • Gebruikt machines en gereedschappen op een veilige en efficiënte manier
  • Onderhoudt en reinigt de machines en gereedschappen na gebruik
  • Voert de werken uit volgens planning of instructie en werkvolgorde
  • Gebruikt de benodigde materialen, gereedschappen en machines in functie van activiteit
  • Stemt de eigen werkzaamheden af op de activiteiten van anderen (het bouwteam)
  • Brengt veiligheidssignalisatie aan
  • Installeert werfafsluitingen en voorziet doorgangen voor voetgangers en toegangen voor vrachtwagens
  • Plaatst hekken en schermen tegen inbraak en stofhinder
  • Werkt mee aan een voorlopige effening van het terrein
  • Werkt mee aan de plaatsing van de werfkeet (bureau-, eet- en kleedruimte, sanitaire voorzieningen, stockageplaats, verzamelplaats bouwafval, ...)
  • Werkt mee aan de aansluiting van elektriciteit, water en verlichting
  • Bewaart de orde en de netheid
  • Houdt voorraden bij en vult aan
  • Stockeert het materieel en de materialen op de daartoe voorziene plaats en zorgt voor bescherming
  • Gebruikt de gepaste en gekeurde hijshulpmiddelen
  • Bevestigt de last aan de hijsvoorzieningen en zekert de last
  • Plaatst beschoeiingen
  • Plaatst oppervlakteverharding
  • Effent de bodem van de werkput
  • Helpt bij het graven van funderingssleuven en -putten
  • Helpt bij het voorbereiden van de sleufbodem met stabiliseerzand, het waterdichte membraan en een steenslagverharding
  • Werkt mee aan het droogleggen van de werkput
  • Maakt mechanisch of manueel mortel, lijm en beton aan
  • Voert specie, stenen en andere materialen aan
  • Snijdt en verzaagt bakstenen
  • Kapt en slijpt openingen in muren
  • Voert opgaand metselwerk uit
  • Helpt bij het versterken van funderingen
  • Plaatst wachtbuizen, uitsparingen en energieblokken, verluchtingsbuizen, roosters, keldergaten, lichtkokers
  • Helpt bij het maken van muurdoorbrekingen
  • Plaatst dorpels en plinten
  • Reinigt en beschermt het nieuwe metselwerk
  • Plaatst voorlopige afdichtingen tegen wind en regen
  • Helpt profielen plaatsen
  • Brengt stutten en schoren aan
  • Verwijdert stutten en schoren
  • Stut geprefabriceerde elementen
  • Stut en plaatst betonvloeren en betonplaten volgens een legplan
  • Timmert, stut, monteert en voegt bekistingen samen
  • Voert een voorbehandeling uit op de bekisting
  • Ontkist en recupereert herbruikbaar materiaal
  • Vlecht de wapeningen en verbindt het vlechtwerk volgens instructies
  • Plaatst en schermt wachtstaven af met afschermdoppen
  • Plaatst de netten en wapening met afstandshouders in de bekisting en garandeert de minimale betondekking
  • Stort en spreidt, trilt en verdicht het beton
  • Vermijdt dat de wapening gaat verschuiven tijdens het betonstorten
  • Verzorgt de afwerking van het betonoppervlak
  • Beschermt en beschut het beton
  • Maakt een voegmortel aan
  • Gebruikt gepast voeggereedschap
  • Past voegtechnieken (plat, vol, achter de hand) toe
  • Werkt oneffenheden van het te isoleren oppervlak bij
  • Bevestigt isolatie volgens type en positie
  • Vermijdt koudebruggen
  • Verzekert zich van de continuïteit van de isolatie
  • Beschermt het geplaatste isolatiemateriaal tegen weersomstandigheden
  • Plaatst lucht- en dampschermen
  • Voert de doorbrekingen uit
  • Werkt het luchtdichtheidsscherm af
  • Plaatst buizen en installaties voor afval-, regen-, grond- en rioolwater
  • Voegt buizen en installaties in verschillende materialen samen
  • Plaatst reservoirs en opvangputten
  • Plaatst individuele waterzuiveringsinstallaties of recuperatiesystemen
  • Gebruikt stutten en schoren
  • Demonteert of sloopt manueel of met mechanische hulpmiddelen
  • Ruimt het puin en voert sloopafval selectief af

Omgevingscontext

  • Dit beroep wordt uitgeoefend op locatie in de buitenlucht, op bouwplaatsen (nieuwbouw), in bewoonde of in gebruik zijnde gebouwen (renovatie- en sloopwerken) en vergt de nodige mobiliteit.
  • Dit beroep wordt meestal in teamverband uitgeoefend, meestal in een onderneming waar de nodige flexibiliteit belangrijk is om zich aan te passen aan wijzigingen van planning, collega’s omgeving, weersomstandigheden, grondstoffen en machines.
  • De werkopdracht en het eindresultaat wordt strikt afgebakend en er heersen in veel gevallen strikte deadlines, wat resultaatgerichtheid, stressbestendigheid, concentratie, flexibiliteit en doorzettingsvermogen vraagt.
  • De bouwsector kent veel reglementeringen, normen, aanbevelingen, codes van goede praktijk en technische voorlichtingsfiches inzake kwaliteit, veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu en duurzaam bouwen. Verspilling en de rijzende afvalberg dwingen tot een economische en ecologische omgang met en hergebruik van grondstoffen en materialen.
  • De situatie op de werkplek kan het dragen van lasten, het werken op hoogte en werken in moeilijke houdingen en omstandigheden impliceren.
  • Op de bouwplaats maakt men gebruik van elektrisch en pneumatisch gereedschap. Dit kan gevaar inhouden voor lawaaihinder en stof , het oplopen van snijwonden, het stoten tegen voorwerpen, gevaar voor elektrocutie,… .

Handelingscontext

  • Oog hebben voor kwaliteit door met zorg, precisie, toewijding en zin voor esthetiek te werken.
  • Op constructieve en gebruiksvriendelijke wijze uitwisselen van informatie met collega’s.
  • Aandacht hebben voor gevaarlijke situaties, veiligheidssignalisatie op de werkplek/werf respecteren en PBM’s en CBM’s met zorg plaatsen, gebruiken en onderhouden.
  • Omzichtig omgaan met grondstoffen en producten, rekening houdend met veiligheids-, plaatsings- en milieuvoorschriften.
  • Zorgvuldig en nauwkeurig gebruiken van machines, gereedschappen en materialen.
  • Gedurende het volledige bouwproces duidelijk informatie en instructies uitwisselen.

Autonomie

Is zelfstandig in
  • het voorbereiden van de werkzaamheden
  • het veilig lossen en stockeren van het materiaal en materieel
  • het voorzien van de nodige gereedschappen en materialen (stenen, mortels, lijmen, ..) voor het metselwerk
  • het veilig aanslaan en verplaatsen van lasten
  • het veilig en ergonomisch hanteren en tillen van lasten
  • het reinigen en onderhouden van het materieel
  • het gebruiken en plaatsen van stutten en schoren
  • het verwijderen van afval en het veilig en milieubewust werken
Is gebonden aan
  • een ontvangen werkopdracht en tijdsplanning
  • veiligheids- , gezondheids- , kwaliteits- en milieuvoorschriften, codes van goede praktijk, technische voorschriften, productfiches, werktekeningen en plannen
  • afspraken met betrekking tot zijn eigen werkzaamheden met collega’s
  • instructies van metselaars, bekisters-betonneerders, ijzervlechters of leidinggevenden
Doet beroep op
  • leidinggevenden en collega’s (metselaars, bekister-betonneerders, ijzervlechters) voor de werkopdracht, gegevens, planning, leveringen, melden van problemen en gevaarlijke situaties en bijkomende instructies
  • een meer bevoegd persoon indien hij een probleem niet opgelost krijgt of te maken krijgt met werkzaamheden die buiten zijn bevoegdheid vallen
  • (onderhouds)technieker en/of derden bij storingen, technische interventies en/of onderhoud aan het machinepark

Verantwoordelijkheid

  • Werkt in teamverband
  • Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn
  • Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk
  • Werkt op hoogte
  • Gebruikt stromen duurzaam en beperkt geluidshinder
  • Gebruikt machines en gereedschappen
  • Houdt werkadministratie bij
  • Voert de werkzaamheden uit volgens planning en instructies
  • Helpt mee aan het inrichten van de bouwplaats
  • Organiseert het materiaal en het materieel
  • Slaat lasten aan
  • Helpt bij de uitvoering van grondwerken en verhardingen voor residentiële toepassingen
  • Helpt bij het uitvoeren van de fundering ‘op staal’
  • Treft voorbereidingen voor het metselwerk
  • Helpt bij het metselwerk
  • Plaatst en verwijdert stutten en schoren
  • Helpt bij het plaatsen van geprefabriceerde elementen in residentiële toepassingen
  • Helpt bij het uitvoeren van de bekisting
  • Helpt bij het maken van wapeningen voor bekistingen, voegt deze samen en plaatst deze
  • Helpt bij betonneringswerken
  • Voert voegwerken uit volgens instructies
  • Plaatst thermische isolatie
  • Plaatst lucht- en dampscherm
  • Helpt bij het aanleggen van huisriolering en afwateringsstelsels
  • Voert sloopwerken uit volgens instructies

Attesten en voorwaarden

Wettelijke attesten en voorwaarden

Er zijn geen wettelijke attesten of voorwaarden vereist.