Skip to Main Content

Vakfiche kunstgeschiedenis 2 kso

Geldig van 01 januari 2022 tot en met 31 december 2022
 

content

Studierichting

Geen studierichtingen gevonden

Referentiekader

ReferentiekaderOpmerking
Leerplannen1. VVKSO: D/2007/0279/007 2. OVSG: 0/2/2006/121

Waarom leer je dit vak?

Om van kunst te kunnen genieten, zal je je best openstellen voor het nieuwe en het onbekende. Kunst kan je heel persoonlijk raken, omdat het mooi is, omdat het origineel is, omdat het knap in elkaar zit of omdat het indrukwekkend is. Iemand anders kan een totaal ander idee hebben over datzelfde kunstwerk. Jouw idee kan ook groeien of veranderen, omdat je meer te weten komt over de kunstenaar of de achtergrond. Je begrijpt dat kunst een manier is om ideeën over een samenleving te uiten of dat kunst een persoonlijke expressie kan zijn van een emotie. Kunst is eigen aan de mens en is de moeite waard om te bestuderen.

Toon meer
Toon minder

Kunst appreciëren doe je niet zomaar. Het is belangrijk om kennis te verzamelen over kunst uit het verleden. In de tweede graad kijk je naar stijlstromingen en kunstuitingen uit de periode van de prehistorie tot de 18e eeuw. We verwachten ook dat je leert kijken naar kunst en typische vormkenmerken, technieken, materialen en genres ontdekt. Je leert de juiste kunsthistorische begrippen hanteren, je leert verbanden leggen tussen verschillende periodes en je kan kunstwerken plaatsen in een context van tijd en plaats. Om te kunnen doorstromen naar het hoger onderwijs of een artistiek beroep zullen deze vaardigheden zeker van pas komen.

Voor dit vak moet je geen opdracht maken. Toch kan het zinvol zijn om een link te leggen tussen je opdrachten voor de praktijkvakken en dit vak. Zo begrijp je dat je eigen werk mee bepaald is door kunst uit het verleden.

Wat moet je leren?

Je krijgt in de eerste tabel een overzicht van alle competenties die je moet beheersen. De competenties zijn telkens toegepast op een concreet voorbeeld. In de volgende tabellen krijg je een overzicht van de leerinhouden die je voor dit vak moet beheersen. Op alle leerinhouden zal je de competenties uit de eerste tabel moeten toepassen. 

(‘kunst’ wordt hier als algemeen begrip gebruikt voor alle leerinhouden)

 

Algemene competenties voor alle leerinhouden

Welke competentie moet je beheersen?

Voorbeeld van een toepassing van de competenties

1. Je kan doelbewust kijken naar kunst.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De analyse van de compositie van een schilderij van Velázquez

2. Je kan kunst analyseren op basis van een specifieke vraagstelling.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Het gebruik van christelijke symbolen in de basilica van de Byzantijnse beschaving

3. Je kan in woorden omschrijven hoe jij kunst ervaart.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De emotie bij een muziekstuk

4. Je kan de evolutie van kunst in de tijd omschrijven.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De evolutie van de piramides in Egypte

5. Je kan omschrijven hoe kunst een reactie is op kunst uit een vorige periode.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De relatie tussen de Minoïsche en de Griekse kunst

6. Je kan omschrijven waar de benaming van een kunststroming vandaan komt.

Alle leerinhouden

Voorbeeld

De betekenis van de renaissance

7. Je kan kunst in de juiste tijd situeren en chronologisch ordenen.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De steen van Rosetta in de Egyptische beschaving

8. Je kan omschrijven hoe de tijd waarin het kunstwerk tot stand komt een effect heeft op het kunstwerk zelf en op de kunstenaar.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Relatie tussen opvattingen over leven en dood in het oude Egypte en Egyptische kunst

9. Je kan kunst op de juiste plaats situeren.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Kunstwerken in Kreta of Mycene

10. Je kan omschrijven hoe de plaats waar het kunstwerk tot stand komt een effect heeft op het kunstwerk zelf en op de kunstenaar.

Alle leerinhouden

Voorbeeld

Het verschil tussen de renaissance binnen en buiten Italië

11. Je kan omschrijven hoe de maatschappelijke context waarin het kunstwerk tot stand komt een effect heeft op het kunstwerk zelf en op de kunstenaar.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Relatie tussen magie, seksualiteit en kunst in de prehistorie

12. Je kan een kunstwerk verbinden met de juiste stijlstroming en motiveren waarom.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Een schilderij van Watteau uit de rococo

13. Je kan stijlkenmerken aanduiden op een kunstwerk en uitleggen.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Kenmerken van een romaanse kerk

14. Je kan stijlkenmerken verbinden met de juiste stijlstroming.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Kenmerken van de gotiek

15. Je kan stijlkenmerken van een stijlstroming opsommen.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De delen van een tempel uit de klassieke oudheid  

16. Je kan de juiste kunsthistorische begrippen en basisbegrippen uit de kunst hanteren. De begrippen die in de vakfiche staan, kan je uitleggen.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Begrippen als tempo, ritme, vorm, compositie, volume, evenwicht, expressie, harmonie, melodie

17. Je kan de meest voorkomende materialen en technieken uit de kunst bespreken en verbinden met de juiste stijlstroming.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Technieken en materialen uit de Etruskische kunst zoals filigraan, granuleren en terracotta

18. Je kan de meest voorkomende genres en onderwerpen uit de kunst bespreken.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De belangrijkste operagenres

19. Je kan het werk van de belangrijkste vertegenwoordigers van een stijlstroming herkennen.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Vertegenwoordigers van de Vlaamse polyfonie

20. Je kan de belangrijkste vertegenwoordigers van een stijlstroming opsommen. De namen van de kunstenaars die in de vakfiche staan, kan je verbinden met de juiste stijlstroming.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Vertegenwoordigers van de barokke schilderkunst

21. Je kan kunstwerken met elkaar vergelijken.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

De invloed van de Griekse bouwkunst op de Romeinse bouwkunst

22. Je kan kunstwerken bespreken aan de hand van kijkwijzers.

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Kijkwijzer van beeldhouwkunst met vragen over materiaal, gereedschap, kleur, textuur, installatie, reliëf, licht en schaduw, verhouding tot de ruimte, compositie

23. Je kan onderzoeksvaardigheden in een kunsthistorische context hanteren: je kan teksten analyseren en kritisch benaderen, je kan recensies vergelijken, je kan websites van musea analyseren…

Alle leerinhouden

Voorbeeld:

Teksten van een website van een kunsthistorisch museum

1 De prehistorie

Beeldhouwkunst in de prehistorie
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen

  • megalithische monumenten bespreken zoals dolmen, menhir, steencirkel
  • steen- en metaaltijden situeren in de tijd

Bouwkunst in de prehistorie
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen

  • vruchtbaarheidsbeeldjes bespreken zoals de Venus van Willendorf
  • de verwevenheid van magie, seksualiteit en kunst bespreken

Schilderkunst in de prehistorie
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen

grotschilderingen bespreken zoals in de grot van Altamira en Lascaux

2 Egypte en het Nabije Oosten

Beeldhouwkunst in Egypte en het Nabije Oosten
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Egyptische beschaving

  • tempelbeelden bespreken zoals in de tempels van Abou Simbel
  • sfinxen bespreken zoals de grote sfinx van Gizeh
  • grafsculpturen bespreken zoals die van Rahotep en Nofret
  • koningsbeelden bespreken zoals die van Chefren en Nefertete
  • reliëfs bespreken zoals het palet van Narmer
  • sarcofagen en dodenmaskers bespreken zoals het dodenmasker van Toetanchamon
  • hiërogliefen bespreken zoals de steen van Rosetta
  • de verhouding tussen kunst, religie en politiek bespreken

alle competenties toepassen op de Mesopotamische beschaving

  • kleitabletten bespreken zoals dat van Gilgamesj
  • vrijstaande beelden bespreken zoals die van Sargon van Akkad of de wetstèle van Hammurabi
  • reliëfs bespreken zoals de Assyrische reliëfs in Chorsabad

Bouwkunst in Egypte en het Nabije Oosten
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Egyptische beschaving

  • mastaba’s bespreken zoals die van Mereruka
  • soorten piramides en hun evolutie bespreken zoals de trappiramide van Djoser, de knikpiramide van Snofroe en de piramides van Gizeh
  • soorten tempels bespreken zoals de cultustempel van Amon, de dodentempel van Hatsjepsoet en de tempels van Abou Simbel

alle competenties toepassen op de Mesopotamische beschaving

  • ziggurats bespreken zoals die van Ur
  • paleizen en vestingen bespreken zoals het Paleis van Nebukadnezar II en de Vesting van Sargon
  • poorten bespreken zoals de Isjtarpoort

Schilderkunst in Egypte
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Egyptische beschaving

fresco’s bespreken zoals de fresco’s in graven, tempels en sarcofagen

3 De Griekse beschavingen

Beeldhouwkunst in de Griekse beschavingen
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Minoïsche of Kretenzische beschaving

  • slangengodinnen bespreken zoals die van Kreta
  • lineair A tabletten bespreken

alle competenties toepassen op de Myceense beschaving

  • juwelen bespreken zoals de diadeem van Mycene en het dodenmasker van Agamemnon
  • bekers bespreken zoals de bekers van Vaphio
  • lineair B tabletten bespreken

alle competenties toepassen op de Griekse beschaving

  • de archaïsche periode bespreken zoals de kouros en de korè
  • de klassieke periode bespreken zoals de discuswerper en de Venus van Milo
  • de hellenistische periode bespreken zoals de Nikè van Samothrake en de Laocoöngroep
  • het Griekse schoonheidsideaal bespreken
  • begrippen zoals antropocentrisme en contraposthouding bespreken
  • de invloed van de Minoïsche cultuur op de Griekse cultuur bespreken

Bouwkunst in de Griekse beschavingen
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Minoïsche of Kretenzische beschaving

paleizen en zuilen bespreken zoals het paleis van Knossos

alle competenties toepassen op de Myceense beschaving

  • burchten bespreken zoals de burcht en de leeuwenpoort in Mycene
  • graven bespreken zoals de schachtgraven in Mycene en het koepelgraf van Atreus

alle competenties toepassen op de Griekse beschaving

  • tempels bespreken zoals die van de Akropolis in Athene
  • delen van een zuil en een tempel aanduiden en benoemen
  • kenmerken van de Dorische, Ionische en Korintische zuil bespreken
  • theaters bespreken zoals het theater van Epidauros

Schilderkunst en vaatwerk in de Griekse beschavingen
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Minoïsche of Kretenzische beschaving

  • fresco’s bespreken zoals die van Knossos en Phaistos
  • keramiek bespreken zoals de kenmerken van de vroeg- en laat-Minoïsche keramiek

alle competenties toepassen op de Myceense beschaving

fresco’s bespreken zoals de Myceense vrouw in het huis van de hogepriester

alle competenties toepassen op de Griekse beschaving

  • vazen bespreken zoals vazen in de geometrische stijl, de roodfigurige en de zwartfigurige stijl
  • mozaïeken bespreken zoals de Alexandermozaïek in Pompeji

4 De Romeinse beschaving

Beeldhouwkunst in de Romeinse beschaving
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Etruskische beschaving

  • sarcofagen bespreken zoals die van het Etruskisch echtpaar
  • beelden bespreken zoals de Apollo van Veii
  • materialen en technieken bespreken zoals filigraan, granuleren en terracotta

alle competenties toepassen op de Romeinse beschaving

  • reliëfs bespreken zoals die op de triomfboog van keizer Constantijn en op de Zuil van Trajanus
  • beelden bespreken zoals Augustus van Prima Porta, de Capitolijnse Brutus en Marcus Aurelius

Bouwkunst in de Romeinse beschaving
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Etruskische beschaving

grafkamers bespreken zoals de necropolis in Tarquinia

alle competenties toepassen op de Romeinse beschaving

  • tempels bespreken zoals het Maison Carrée en het Pantheon
  • burgerlijke bouwkunst zoals amfitheaters, aquaducten, atriumhuizen, basilica, forum, insulae, thermen en triomfbogen bespreken
  • gedenktekens zoals de triomfboog van Constantijn en de Zuil van Trajanus bespreken

Schilderkunst en mozaïeken in de Romeinse beschaving
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Etruskische beschaving

fresco’s bespreken zoals die van de graven in de necropolis van Tarquinia

alle competenties toepassen op de Romeinse beschaving

fresco’s en mozaïeken bespreken zoals die van Pompeji

5 De Byzantijnse kunst

Beeldhouwkunst in de Byzantijnse periode
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Byzantijnse kunst

sarcofagen bespreken zoals de Sarcofaag van Junius Bassus

Bouwkunst in de Byzantijnse periode
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Byzantijnse kunst

  • basilieken uit de vroeg-Christelijke beschaving bespreken zoals de San Apollinare in Classe
  • basilieken met centraalbouw bespreken zoals de San Vitale in Ravenna
  • basilieken met koepelbouw bespreken zoals de Aya Sophia in Istanbul
  • catacomben bespreken zoals de Catacomben van Priscilla

Iconen, miniaturen en mozaïeken in de Byzantijnse periode
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Byzantijnse kunst

  • iconen bespreken zoals de iconen uit de orthodoxe kerk
  • mozaïeken bespreken zoals die van keizer Justinianus in Ravenna
  • miniaturen bespreken zoals miniatuurkunst in christelijke boeken

6 De middeleeuwen

Beeldhouwkunst in de middeleeuwen
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Karolingische beschaving

losstaande beelden bespreken zoals het ruiterbeeldje van Karel de Grote

alle competenties toepassen op de romaanse kunst

  • beelden als onderdeel van timpaan, portaal of interieur van kerken bespreken zoals de Saint-Lazare kathedraal in Autun
  • losstaande beeldhouwkunst bespreken zoals de doopvont van St.-Barthélemy in Luik

alle competenties toepassen op de gotische kunst

beelden als onderdeel van timpaan, portaal of interieur van kerken bespreken zoals de kathedraal in Chartres

Bouwkunst in de middeleeuwen
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Karolingische beschaving

kerken bespreken zoals de paleiskapel in Aken

alle competenties toepassen op de romaanse kunst

kerken bespreken zoals de Madeleine kerk in Vézelay (grondplan, gewelf, ramen, zuilen, bogen)

alle competenties toepassen op de gotische kunst

  • kerken bespreken zoals de kathedraal van Chartres (grondplan, ramen, zuilen, gewelf, luchtbogen, steunberen)
  • functies van een kathedraal in de stad bespreken
  • belangrijkste bouwwerken in een stad bespreken: belfort, lakenhalle, stadhuis

Schilderkunst en andere kunstvormen in de middeleeuwen
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de Karolingische beschaving

miniaturen bespreken zoals die uit de evangeliaria van de Karolingische renaissance

alle competenties toepassen op de romaanse kunst

wandtapijten bespreken zoals het tapijt van Bayeux

alle competenties toepassen op de gotische kunst

  • schilderkunst in Italië bespreken zoals werken van Cimabue en Giotto
  • schilderkunst in de Nederlanden bespreken zoals het Kruisigingsretabel van Melchior Broederlam
  • schilderkunst van de Vlaamse Primitieven bespreken zoals werken van Jeroen Bosch, Hans Memling, Rogier Van der Weyden en de Gebroeders Van Eyck
  • Gregoriaanse muziek bespreken zoals de muziek uit de liturgie

7 De renaissance

Beeldhouwkunst in de renaissance
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de vroege renaissance

losstaande beelden bespreken zoals de David van Donatello

alle competenties toepassen op de hoog-renaissance

losstaande beelden bespreken zoals de David en de Pièta van Michelangelo

Bouwkunst in de renaissance
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de vroege renaissance

  • kerken bespreken zoals de Santa Maria del Fiore in Firenze
  • burgerlijke bouwkunst bespreken zoals de palazzi in Firenze

Schilderkunst en andere kunstvormen in de renaissance
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de vroege renaissance

fresco’s en schilderijen bespreken zoals werken van Boticelli, Mantegna en Masaccio in Firenze en Mantua

alle competenties toepassen op de hoog-renaissance

  • fresco’s en schilderijen bespreken zoals werken van da Vinci en Michelangelo
  • begrippen zoals ‘homo universalis’ en 'mecenaat' bespreken

alle competenties toepassen op de laat-renaissance

schilderijen bespreken zoals werken van Rafaël en Titiaan

alle competenties toepassen op de renaissance buiten Italië

  • schilderijen bespreken zoals werken van Pieter Breughel de Oude en Hans Holbein de Jonge
  • Vlaamse polyfonie bespreken zoals werken van Ockeghem, Lassus en Des Prez
  • kopergravures bespreken zoals werken van Dürer

8 De barok

Beeldhouwkunst in de barok
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de barok

losstaande beelden bespreken zoals de David van Bernini

Bouwkunst in de barok
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de barok

kerken bespreken zoals de Il Gesùkerk in Rome en de Carolus Borromeuskerk in Antwerpen

alle competenties toepassen op de rococo

kerken bespreken zoals de Vierzehnheiligenbasiliek in Bad Staffelstein

Schilderkunst en andere kunstvormen in de barok
Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

alle competenties toepassen op de barok

  • schilderijen bespreken zoals de werken van Caravaggio, Hals, Jordaens, Rembrandt, Rubens, van Dyck, Velázquez, Vermeer
  • barokmuziek bespreken zoals werken van J.S. Bach, Händel, Monteverdi, Purcell en Vivaldi
  • het ontstaan van de opera en de belangrijkste operagenres bespreken zoals de musical, het muzikaal drama, de opera buffa, de opera seria en de operette

alle competenties toepassen op de rococo

schilderijen bespreken zoals werken van Fragonard en Watteau

Welke opdracht moet je uitvoeren?

Dit vak heeft geen opdrachten

Welke bijlagen heb je nodig?

Dit vak heeft geen bijlagen

Hoe verloopt het examen?

Het examen kunstgeschiedenis is een digitaal examen. Vraag je je af hoe een digitaal examen verloopt? De uitleg over onze digitale examens, de instructies en heel wat voorbeeldvragen vind je op http://examencommissiesecundaironderwijs.be/examens.
niets
kladpapier
Het digitaal examen bestaat uit gesloten en open vragen. Er zijn verschillende vraagtypes: invulvragen, sleepvragen, dropdownvragen, meerkeuzevragen. Elk vraagtype heeft zijn eigen instructiezin, die duidelijk aangeeft wat je precies moet doen. Het is belangrijk dat je de verschillende vraagtypes vooraf inoefent. Op de website vind je een oefenexamen, waarin je ze kan uitproberen. Uiteraard is dit geen echt examen: de bedoeling is dat je de techniek van de digitale vraagtypes in de vingers krijgt.

Hoe beoordelen we het examen?

Voor de gesloten vragen: -moet je het juiste antwoord aanduiden, slepen of invullen om punten te scoren; -is het naargelang het vraagtype mogelijk om voor een gedeeltelijk juist antwoord punten te scoren; -is er geen giscorrectie. Voor de open vragen bekijken de correctoren of je antwoord: -een volledig en duidelijk antwoord is op de vraag; -ondubbelzinnig is; -duidelijk gestructureerd is. Soms kan je ook voor een gedeeltelijk juist antwoord punten scoren. We houden geen rekening met taalfouten.

1 De prehistorie

10%

2 Egypte en het Nabije Oosten

10%

3 De Griekse beschavingen

10%

4 De Romeinse beschaving

10%

5 Byzantijnse kunst

10%

6 De middeleeuwen

20%

7 De renaissance

10%

8 De barok

10%

9 Stijlstromingen in de westerse cultuur

10%

Met welk materiaal bereid je je voor?

Je moet zelf op zoek naar leermiddelen om je examen voor te bereiden. De Examencommissie stelt zelf geen leermiddelen ter beschikking. Je kan ze kopen in een (online of tweedehands-) boekhandel of ontlenen en raadplegen in een bibliotheek. De bibliotheken van de lerarenopleiding aan de universiteit of de hogeschool bieden heel wat leermiddelen aan in hun collectie. We verwijzen je ook door naar websites waar je vaak gratis studie-en oefenmateriaal kan vinden.
Bij elke nieuwe editie van de vakfiche actualiseren we deze bibliografie. Toch is het best mogelijk dat bepaalde werken niet meer verkrijgbaar zijn of dat nieuwe werken die al op de markt zijn nog niet zijn opgenomen. Ook websites veranderen al eens van naam of worden aangepast . Als je niet onmiddellijk op de juiste website terechtkomt, kan je die proberen te vinden via een goede zoekmachine.
We maken bewust een selectie van leermiddelen die ons op dit ogenblik het meest aangewezen lijken om je voor te bereiden op onze examens. Zo willen we je helpen om je studie efficiënter aan te pakken. Je kan echter ook andere werken of cursussen gebruiken bij je voorbereiding op het examen. Hieronder staan enkele handboeken die vaak gebruikt worden in het secundair onderwijs. Ze bieden je voldoende ondersteuning om de leerstof zelfstandig te verwerken. We verwijzen naar websites of andere uitgaven die je ook kunnen helpen bij je voorbereiding.
Methode
Uitgeverij
Gegevens

De taal van de kunst

Van In

www.vanin.be

Uit de kunst, deel 1 en 2

Plantyn

www.plantyn.com

Een kijk op kunst

Van In

www.vanin.be

Esthetica, beeld/muziek

Van In

www.vanin.be

Kunst en Co

Pelckmans

www.pelckmans.be

Website

Te gebruiken voor

www.google.be

afbeeldingen bekijken voor alle componenten

Auteur

Titel

F. Adriaens e.a.

Kunst van Altamira tot heden, Nederlandse boekhandel Antwerpen, 1992