Skip to Main Content

Vakfiche portfolio 3 bso (logistiek)

Geldig van 01 januari 2018 tot en met 31 december 2018
 

content

Studierichting

3e graad bso
  • Kantoor / Logistiek

Referentiekader

ReferentiekaderOpmerking
Andere• Beroepskwalificatie polyvalent administratief medewerker. • Beroepskwalificatie administratief medewerker onthaal. • Beroepskwalificatie magazijnier. • Leerplannen uit het GO!, OVSG en Katholiek Onderwijs Vlaanderen.

Waarom maak je een portfolio?

Waarom maak je een portfolio?

Als je een diploma behaalt in een bso-studierichting, dan bewijs je dat je alle competenties hebt om rechtstreeks door te stromen naar de arbeidsmarkt. Je hebt niet alleen getoond dat je de nodige kennis en achtergrond hebt, maar ook dat je over praktijkervaring beschikt. Met een diploma secundair onderwijs Kantoor/Logistiek zou je meteen aan de slag moeten kunnen als administratief medewerker of magazijnier.

 

Toon meer
Toon minder

Volg je een opleiding op school of in een opleidingscentrum, dan loop je stage of doe je aan werkplekleren. Bij de Examencommissie moet je zelf de nodige werkervaring opdoen.

Pas als je bewezen hebt dat je de ervaring hebt, mag je deelnemen aan het interview en de assessments kantoortechnieken en logistiek. Als je niet voldoende relevante ervaring hebt in administratie of logistiek dan kan je moeilijk slagen op een uitgebreide praktijkproef.

Voldoende ervaring

Wij beschouwen werkervaring als voldoende als je een tijdje hetzelfde werk hebt gedaan en er dus een zekere routine in hebt. We verwachten dat je 950 uren praktijkervaring hebt. Dat komt overeen met de werkervaring die je normaal gezien opdoet tijdens een volledige beroepsopleiding op school, in het volwassenenonderwijs of bij VDAB.
 

Je kan de ervaring opdoen door 6 maanden voltijds te werken. Maar je mag ook over een langere periode halftijds werken of enkele dagen per week. Dat kies je zelf.

Relevante ervaring

Zorg ervoor dat je minstens 700 uren gewerkt hebben als administratief medewerker en magazijnier. Je mag maar 250 uren werkervaring hebben die niets te maken heeft met de studierichting Kantoor-Logistiek.

 

 

 

Voor welke competenties moet je werkervaring bewijzen?

Wat neem je op in je portfolio?

Je portfolio is een doelgerichte verzameling van bewijsmateriaal waarmee je aantoont welke competenties je hebt verworven op het werk. Je beschrijft wat je gedaan hebt. Zo toon je welke kennis en vaardigheden je hebt. Je geeft de nodige uitleg aan de hand van concrete situaties en voegt documenten toe die bewijzen dat je dat werk effectief zelf gedaan hebt.

We verwachten dat je bewijst dat je praktijkervaring hebt in zeven domeinen: administratieve ondersteuning, logistieke ondersteuning, communicatie, goederenbehandeling, voorraadbeheer, machinegebruik en administratieve ondersteuning bij logistieke taken.

Administratieve ondersteuning

Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

De (elektronische) agenda beheren

Je kan in een bestaande (elektronische) agenda afspraken invoeren, wijzigen en annuleren.

Je houdt rekening met praktische overwegingen zoals verplaatsingen en maaltijden.

Binnengekomen post sorteren, verdelen, beantwoorden en doorsturen

Uitgaande post voorbereiden, sorteren en versturen

Je gebruikt e-mailsoftware.

Je kan de inkomende post:

  • ontvangen,
  • voorsorteren,
  • openen,
  • registeren,
  • sorteren,
  • verdelen.
Je kan de uitgaande post:
  • adresseren,
  • sorteren,
  • registeren,
  • vouwen,
  • sluiten,
  • frankeren,
  • verzenden via gewone verzending, luchtpost, (internationale) aangetekende zending, koerierdiensten.

Documenten ontvangen, controleren en digitaal verwerken

Je geeft een volgnummer aan documenten zodat je ze eenvoudig kan klasseren (alfabetisch, numeriek, chronologisch, alfanumeriek, geografisch, decimaal).

Je noteert regelmatig tijdens vergaderingen, teamoverleg of andere momenten.

Je werkt met een computer.

Je gebruikt kantoorsoftware voor tekstverwerking.

Je gebruikt kantoorsoftware voor gegevensbeheer.

Je kan met een aanvaardbare snelheid een tekst typen.

Je kan juridische documenten correct invullen.

  • Je kan een blanco arbeidsovereenkomst invullen.
  • Je kan een blanco (handels)huurovereenkomst invullen.
Je kan informatie afleiden uit juridische documenten of teksten (bijvoorbeeld een brochure).

  • Je kan gegevens afleiden uit het arbeidsreglement.
  • Je kan gegevens afleiden uit een arbeidsovereenkomst van een werknemer.
  • Je kan gegevens afleiden uit een (handels)huurovereenkomst.
  • Je kan gegevens afleiden uit een verzekeringspolis.
  • Je kan gegevens afleiden uit een loonfiche.
Je kan een eenvoudig juridisch probleem oplossen op basis van juridische documenten of teksten (bijvoorbeeld een brochure).
  • Je kan een vraag omtrent de (handels)huur oplossen met behulp van de (handels)huurovereenkomst.
  • Je kan een vraag omtrent een schadegeval oplossen met behulp van de verzekeringspolis.
  • Je kan een vraag omtrent een personeelsaangelegenheid oplossen met behulp van het arbeidsreglement en/of de arbeidsovereenkomst.

Documenten indexeren, klasseren en archiveren

Je kan verschillende klasseermethoden toepassen (alfabetisch, numeriek, chronologisch, alfanumeriek, geografisch, decimaal).

Je gebruikt klasseer- en archiveringsmaterialen.

Gegevens raadplegen, invoeren in een computer en bijwerken

Je werkt met een computer.

Je gebruikt kantoorsoftware voor tekstverwerking.

Je gebruikt kantoorsoftware voor rekenblad.

Je gebruikt kantoorsoftware voor gegevensbeheer.

Je gebruikt kantoorsoftware voor presentaties.

Je kan met een aanvaardbare snelheid een tekst typen.

Je drukt een document af.

Voorraden opvolgen, tekorten vaststellen en bestellingen plaatsen

Je merkt op wanneer je een nieuwe bestelling moet plaatsen en volgt de bestelling consequent op.

Je vraagt offertes en gratis stalen aan bij leveranciers.

Je verzamelt offertes om een goede prijsvergelijking te kunnen maken.

Je gebruikt een rekenblad om te berekenen hoeveel goederen je moet bestellen.

Je vult bestelbonnen in of plaatst bestellingen bij een leverancier.

Uittikken van nota’s en verslagen aan de hand van bijvoorbeeld een dictafoon of geschreven notities

Je noteert tijdens vergaderingen, teamoverleg of andere momenten.

Je werkt met een computer.

Je gebruikt kantoorsoftware voor tekstverwerking.

Je gebruikt e-mailsoftware om verslagen en bijlagen door te sturen naar collega’s.

Je kan op een aanvaardbare snelheid een tekst typen.

Ondersteuning bieden aan de dienst boekhouding

Je sorteert handelsdocumenten (offerte, bestelbon, orderbevestiging, leveringsbon/verzendnota) op datum.

Je sorteert aankoopfacturen per soort aankopen (handelsgoederen, diensten en diverse goederen, investeringen).

Je sorteert verkoopfacturen per soort verkopen (verkopen handelsgoederen, facturen met meerdere btw-tarieven, doorgerekende kosten, terugstuurbare verpakking, handelskorting en korting voor contant).

Je plaatst een volgnummer op  handelsdocumenten, facturen en creditnota’s.

Je maakt een lijst van alle verkopen zonder factuur aan de hand van de kastickets.

Je stelt een document op ter voorbereiding van het verkoopdagboek op basis van de opgelijste verkopen zonder factuur.

Je sorteert klanten per vervaldag en je onderneemt de juiste actie volgens termijn van achterstal zoals maanbrief opstellen en versturen of telefonisch contact opnemen.

Je controleert handelsdocumenten (offerte, bestelbon, orderbevestiging, leveringsbon/verzendnota) op correctheid (berekening, juist datagebruik of relatie tussen de documenten).

Je controleert facturen op correctheid (berekening, gebruikte btw- tarieven of kortingen).

Je codeert facturen op basis van het MAR (minimum algemeen rekeningenstelsel) door de kernrekening voor de factuur toe te wijzen.

Je drukt een aankoopdagboek af.

Je drukt een verkoopdagboek af.

Je druk een lijst met openstaande handelsvorderingen en -schulden af.

Je drukt financiële dagboeken af en begrijpt wat ze betekenen.

Je klasseert facturen en creditnota’s in mappen.

Je klasseert rekeningafschriften op datum in mappen.

Logistieke ondersteuning

Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

Kopies nemen

Je bedient een kopieermachine op een correcte manier.

Documenten inscannen

Je gebruikt een scanapparaat op een correcte manier.

Etiketten maken

Je werkt met een computer.

Je gebruikt kantoorsoftware voor tekstverwerking.

Vergaderzalen klaarzetten

Je reserveert en organiseert tijdig de vergaderzaal.

Je voorziet het nodige materiaal en audiovisuele apparatuur en zet deze klaar voor gebruik.

Instaan voor beperkte logistieke ondersteuning van de kantoorinrichting

Je meldt storingen en defecten aan de verantwoordelijke diensten.

Je volgt geplande leveringen van materiaal op en je controleert onderhoudscontracten van kantoormateriaal en het wagenpark op basis van instructies van je verantwoordelijke.

Communicatie

Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

Telefoon aannemen en doorverbinden

Je bedient telefoonapparatuur bijvoorbeeld via een vast toestel of via voice over IP.

Je voert vlot een telefonisch gesprek.

Boodschappen noteren en afspraken maken

Je zoekt telefoonnummers op het internet en via een digitaal telefoonboek.

Je neemt boodschappen aan.

Informatie geven

Je zoekt gericht en doeltreffend informatie digitaal op.

Je gaat kritisch om met gevonden informatie.

Je gaat op een veilige manier om met digitale informatie.

Je geeft gevraagde informatie correct door zoals de openingsuren van een onderneming of organisatie of het algemeen e-mailadres om vragen te formuleren aan een onderneming of organisatie.

Goederenbehandeling

Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

Goederen of producten ontvangen en een levering controleren

Je gaat veilig om met gevaarlijke goederen of stoffen.

Je leest locatiecodes in het magazijn.

Je kent, leest en begrijpt veiligheidspictogrammen.

Je kent, leest en begrijpt behandelingslabels.

Je leest en begrijpt vervoerdocumenten zoals CMR (Convention Relative au Contrat de Transport International de Marchandises par Route).

Je tekent vervoerdocumenten voor ontvangst.

Je geeft de nodige documenten door aan de administratie.

Goederen voorbereiden en opslaan

Je pakt binnengekomen goederen uit.

Je sorteert verpakkingsmateriaal correct.

Je sorteert en klasseert goederen volgens afspraken zoals grootte of leverancier.

Je brengt etiketten, labels of markeringen aan.

Orders picken en pakketten of partijen samenstellen

Je controleert de voorraad.

Je plaatst bestellingen.

Je stelt bestellingen en orders van goederen uit het magazijn samen.

Je verzamelt orders.

Je vervoert goederen naar de distributiezone.

Pakketten naar de verzend-, opslag- of productiezone brengen

Je leest locatiecodes in het magazijn.

Je schat het gewicht, volume en zwaartepunt van de pakketten in.

Je pakt goederen in.

Je stapelt goederen.

Je verplaatst voorraden naar een andere locatie in het magazijn en respecteert ergonomische hef- en tiltechnieken.

Goederen verzenden

Je kent het just in time principe (JIT) en past het toe.

Je sorteert goederen.

Je controleert goederen op hoeveelheid en gewicht.

Je verpakt goederen.

Je brengt etiketten, labels en markeringen aan.

Je vult vervoerdocumenten (CMR) in.

Je vervoert goederen naar de laadzone.

Verschillende opslagmethodes gebruiken

Je gebruikt rekken, paletten en containers.

Je plaatst goederen correct in rekken, op paletten en in containers.

Verpakkingstechnieken toepassen

Je pakt goederen in.

Je gebruikt geschikte materialen voor de verpakking zoals wikkelfolie.

Voorraadbeheer

Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

Voorraad controleren

Je meldt voorraadtekorten.

Je volgt voorraadrotatie op.

Je formuleert voorstellen voor een beter voorraadbeheer.

Voorraad inventariseren

Je telt het aantal aanwezige stuks correct.

Je werkt met een computer om de voorraad bij te houden en wijzigingen te noteren.

Machinegebruik

Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

Een eenvoudige handbediende gebruiken voor het verplaatsen van paletten

Je controleert het transpallet op veiligheid.

Je gebruikt het transpallet op een veilige manier.

Je gebruikt het transpallet op een efficiënte manier.

Codes inscannen van goederen en producten

Je gebruikt een scanapparaat.

Je scant codes correct in.

Inpakken van goederen

Je gebruikt een wikkelmachine veilig.

Je gebruikt een wikkelmachine efficiënt.

Administratieve ondersteuning bij logistieke taken

Wat moet je kunnen?
Wat moet je doen?

Uittikken van nota’s en verslagen

Je werkt met een computer.

Je gebruikt kantoorsoftware voor tekstverwerking.

Je gebruikt kantoorsoftware voor rekenblad.

Je gebruikt een e-mailprogramma om verslagen door te sturen naar collega’s.

Je stelt een lijst op van beschadigde goederen en stuurt hem naar de verantwoordelijke.

Je kan op een aanvaardbare snelheid een tekst typen.

Je schrijft correct in het Nederlands.

Invullen opvolgdocumenten van orders

Je werkt met een computer.

Je leest gegevens van goederen in.

Je registreert ontvangen goederen.

Je controleert geleverde goederen visueel.

Lijst opmaken van defect materiaal

Je meldt beschadigingen aan goederen en verpakkingen aan de leidinggevende.

Je onderneemt stappen om geweigerde goederen terug te sturen naar de afzender bijvoorbeeld door te noteren over welke goederen het gaat en  waarom de goederen worden teruggestuurd.

Je geeft de nodige informatie door aan de dienst boekhouding over de retour van goederen.

Wat neem je op in je portfolio?

Je portfolio bestaat uit: - het digitale portfolio (sjabloon) dat we hier toevoegen - één pdf met alle bewijsstukken
Dit vak heeft geen opdrachten

In welk sjabloon maak je het portfolio?

Bijlage
Portfolio_KANTOOR_LOG.docx

Hoe maak je het portfolio?

Volg het stappenplan in je digitale portfolio.

Hoe beoordelen we het portfolio?

We beoordelen je portfolio in 5 stappen:
1.    Heb je het digitale portfolio gebruikt dat we aan deze vakfiche hebben toegevoegd?
2.    Heb je in totaal 950 praktijkuren, waarvan 700 uren voor competenties die bij je studierichting horen?
3.    Heb je de gevraagde bewijsstukken opgeladen?
4.    Heb je voldoende ervaring in minstens 22 van de 31 competenties?
5.    Hebben je referenties je praktijkervaring bevestigd?

Wanneer mag je een interview afleggen?

Als je portfolio is goedgekeurd, dan mag je inschrijven voor het interview.
Het interview duurt 20 minuten.
Tijdens de eerste 10 minuten geef je een voorstelling waarin je toelicht welke werkervaring je hebt opgedaan en welke competenties je hebt verworven. De voorstelling gebeurt mondeling. Je kan eventueel gebruik maken van een digitale presentatie. Breng ze mee op een USB-stick. Je mag ook documenten meebrengen die je tijdens de praktijkervaring gebruikt hebt.
Nadien krijgen de interviewers 10 minuten de tijd om jou gerichte vragen te stellen.
Slaag je voor het interview, dan kan je starten met het inplannen van je digitale proef en de assessments.