1 Taalreflectie
Taalverwerving staat ten dienste van lectuur. Een goede kennis van woordenschat en grammatica vormt dus geen doel op zich maar is een voorwaarde om teksten te kunnen begrijpen. Bij de lectuur van authentieke teksten moet je daarom de volgende leerdoelen bereiken:
- kennis van basisvocabularium, morfologie, syntaxis, prosodie en metriek gericht inzetten bij de lectuur;
- vanuit de context van de lectuur gefundeerde keuzes maken;
- een woordenboek gebruiken;
- de doorwerking van specifiek vocabularium, zoals filosofische of juridische termen, in de moderne talen toelichten;
- de constructies en formuleringen die typisch zijn voor de Latijnse taal op een correcte manier weergeven in het Nederlands.
2 Lectuurreflectie
Om teksten te begrijpen, moet je ze kunnen ontleden, interpreteren, becommentariëren en situeren in hun context. Je moet kunnen aantonen dat je die leerdoelen bereikt door een passage...
- inhoudelijk in eigen woorden weer te geven;
- te analyseren en te interpreteren vanuit taalkundig, letterkundig en/of cultuurhistorisch perspectief;
- te vergelijken vanuit taalkundig, letterkundig en/of cultuurhistorisch perspectief met andere cultuuruitingen uit de oudheid of latere periodes;
- te beoordelen: je mening over de passage formuleren en die onderbouwen met argumenten.
3 Cultuurreflectie
Authentieke teksten zijn het vertrekpunt voor een cultuurhistorische verkenning van de oudheid. Tegelijk bieden zij materiaal voor een vergelijking van antieke beschavingen met de onze en plaatsen zij zo ook onze leefwereld in een historisch perspectief. De antieke teksten zorgen voor een frisse, kritische blik op onze hedendaagse maatschappij.
- Je moet kunnen aantonen dat je een tekst kan interpreteren vanuit zijn cultuurhistorische context door...
- de tekst te situeren binnen de biografie van de auteur;
- de plaats en het belang van de tekst in het oeuvre van de auteur te omschrijven;
- de plaats en het belang van de tekst binnen de literaire traditie te omschrijven;
- de tekst te kaderen binnen zijn historische context en in verband te brengen met de politieke, socio-economische en culturele factoren die zijn ontstaan en receptie beïnvloedden.
Je moet kunnen aantonen dat je een tekst kan vergelijken met andere cultuuruitingen en met teksten uit andere historische of hedendaagse contexten door...
- gelijkenissen en verschillen aan te geven tussen deze verschillende cultuuruitingen;
- relaties te benoemen tussen de antieke oudheid en andere culturen;
- de normen en waarden van de Romeinen te toetsen aan andere culturen uit de oudheid;
- de normen en waarden van de antieke oudheid te toetsen aan die van latere Europese stromingen.
Bij de Examencommissie verwachten we dat je authentieke Latijnse teksten kan begrijpen en interpreteren vanuit hun cultuurhistorische context. Zo krijg je meer inzicht in de taal en de literatuur van de Romeinse oudheid. Daarnaast komen op onze examens ook de kunst en cultuur, maatschappij en mentaliteit van antieke beschavingen aan bod. Deze moet je bovendien kunnen vergelijken met onze hedendaagse maatschappij.
Deze vakfiche sluit nauw aan bij de cesuurdoelen van de Vlaamse overheid. Deze cesuurdoelen vormen de basis voor onze examens. Zo toetsen we of je de vereiste vaardigheden en competenties voldoende beheerst.
De cesuurdoelen vind je op deze website: http://www.ond.vlaanderen.be/curriculum/secundair-onderwijs/index.htm.